Morgen is de paasvakantie voorbij. Zelie en Louis zijn daarover zeer gelukkig. Ze gaan zeer graag naar school en toen ze de vakantie begonnen waren ze eigenlijk niet zo tevreden om twee weken geen school te hebben.
Het probleem met vakantie is echter dat de hele routine van de kinderen om zeep is: langer opblijven, uitslapen, ’s ochtends eerst TV kijken vooraleer te ontbijten, … en dat ontdoe je niet zomaar de laatste avond.
De vorige dagen was het niet echt mogelijk om de routine opnieuw in te voeren, vooral gezien er gisteren nog volop gevierd werd voor Pasen en Louis’ verjaardag. Vanavond aten we dan nog (te) laat ook zodat er zelfs geen mogelijkheid was om te proberen hen nog “op tijd” in bed te krijgen. Uiteindelijk is het een uur later geworden dan tijdens normale schooldagen.
Bij Jan is dat ergens een beetje goed want die valt dan zo goed als onmiddellijk in slaap. Gezien Zelie en Louis nu gewoon zijn om wat langer op te blijven én gezien ze nogal opgewonden waren dat het morgen weer school was ging het bij hen heel wat moeilijker.
Onverwacht kregen we dan vanavond nog bezoek van een oude vriend van Michel en een beetje later kwam Michel’s vader ook nog eventjes langs. Uiteraard hadden onze twee apen boven gehoord dat er mensen waren. Heel “toevallig” moest Zelie dus naar toilet en we hoorden haar zo oerend traag over en weer lopen naar het toilet. We hebben haar dan maar gevraagd of ze nog eens goede avond wou komen zeggen en dat moesten wij geen twee keer zeggen natuurlijk. Twee seconden later hoorden we opnieuw gekraak bovenaan de trap: Louis uiteraard. Of hij ook wou slaapwel komen zeggen en daar was hij al.
Ze zijn dus nog eventjes beneden gekomen en moesten rap weer gaan slapen. Maar eens bovenaan de trap hooden we dat ze stilstonden (en begonnen fluisteren). Wij zeggen dat het genoeg geweest was en dat ze NU moesten gaan slapen en het was toen stil … of toch voor een paar minuten. Uiteindelijk ben ik nog eens naar boven moeten gaan en heb gezegd dat Louis nu maar naar beneden moest gaan slapen. “Maar ik wil flink zijn” zei hij. Ik zei dat hij al tijd genoeg had gehad om flink te zijn en dat hij dat niet gedaan had. “Maar ik ga nu echt flink zijn”. Ik heb hem dus nog maar een kans gegeven en die hebben ze blijkbaar alletwee aangegrepen: sindsdien zijn ze stilgevallen.
Morgen zullen er kleine oogjes zijn en kindjes die zagen dat ze nog moe zijn. Tegen het einde van de week zal de schoolroutine weer volledig geïnstalleerd zijn.