Algemene raad: nooit babies verhuizen tussen 7 en 9 maand. Zelfs best niet tussen 6 en 12 maand. Dan hebben ze het er het moeilijkst mee. Vooral rond 8 maand is het het lastigst omdat ze dan meestal verlatingsangst krijgen: dat gecombineerd met een totaal nieuwe omgeving is niet echt leuk voor een baby.
Anna is vorige week maandag 8 maanden geworden. De vrijdag erop heb ik eindelijk een bed gekocht voor Jan en zaterdag zijn Anna en Jan van bed veranderd.
Na vier kinderen zou ik dus beter moeten weten, maar door omstandigheden was het er niet vroeger van gekomen en het moest dringend gebeuren: de wieg werd veel te klein, dus nog een aantal maanden wachten was eigenlijk geen optie.
Uiteindelijk is het meegevallen, de verhuis. Zaterdagavond en -nacht was het moeilijk: eerst wou ze niet slapen, daarna is ze ’s nachts nog twee maal wakker geworden en was ze relatief overstuur en moeilijk te troosten.
Zondagnacht van hetzelfde laken een broek: moeilijk om haar in bed te krijgen ’s avonds, ’s nachts één maal wakker geworden maar ook zeer overstuur. Tegen de ochtend is ze nog eens wakker geworden, maar dan omdat ze ‘kolieken’ had: drie kwartier gekrijst van de pijn om dan uitgeput in mijn armen in slaap te vallen. Het schaapje.
Maar toen ik haar gisterenavond in bed legde was er geen gekrijs, geen protest. Ze ging braaf slapen en heeft de ganse nacht doorgeslapen, zonder één kik te geven. En ook vanavond heb ik haar zonder probleem in bed gekregen. Zalig gewoon.
Duimen dus dat ze zich (nu al) aangepast heeft aan haar nieuwe omgeving. Ik houd alvast hout vast.