Goe bezig

Den anderen en ik, wij zijn zo niet aan ‘verjaardagen’ vieren. Onze geboortedag, daar denken we meestal wel aan, maar al die andere dagen, niet zo zeer. Dus geen Valentijn hier of moederkesdag of vaderkesdag (wel voor onze eigen moeder en vader) of andere ‘feestdagen’.

Toen hij dan gisteren met de cupcake afkwam en ‘Proficiat’ zei, moest ik dan ook even nadenken ‘waarvoor?’. Niet lang hoor, een tiende van een seconde of zo, maar het verbaasde hem niet en het verbaasde mij wel dat hij het wel onthouden had. Maar anderzijds, 20 jaar is wel iets om te onthouden.

Tot mijn frank vandaag viel. Dat we gisteren 31 januari waren en niet 30 januari … en dat we gisteren dus 20 jaar en 1 dag samen waren in plaats van 20 jaar.

Ik heb het hem net verteld en we hebben er maar eens goed hard om gelachen 🙂

Hoera, nogmaals

Ik was het al helemaal uit het oog verloren, zo gerust was ik erop. Maar deze namiddag, toen ik met de dochter in de stad liep op zoek naar de laatste solden, viel mijn euro: ik zou mijn rapport vandaag krijgen.

Thuisgekomen zou ik onmiddellijk kijken, maar uiteraard was ik dat in eerste instantie nog eens vergeten. Maar kijk, het is er toch nog van gekomen. Na het eten toch nog gaan kijken en mijn vermoeden werd bevestigd: ik ben geslaagd voor mijn derde semester.

Het is dus officieel en nu mag ik ook officieel met mijn stage beginnen. Overmorgen heb ik al mijn eerste afspraak met mijn stagebegeleider en vrijdag ga ik op observatie in mijn stageschool en vanaf volgende week sta ik dan zelf voor de klas. Spannend.

Vanaf nu nog vier maanden …

Waar zijn de dagen naartoe

Gisterenavond zijn den anderen en ik dan gaan eten met mijn papa in zowat het stamrestaurant van mijn papa, Wine & Dine. En mens, wat hebben we lekker gegeten. Die gasten kunnen er echt wat van. Papa had als voorgerecht rivierkreeftjes besteld en ze smolten op de tong. Het hoofdgerecht kozen we dan zelf (steak voor Michel, lamsnavarin voor mij, tong meunière voor papa) en ook hier werden de borden afgelekt teruggegeven. Voor dessert hebben we dan alledrie gepast.

We zijn niet blijven plakken, want deze ochtend moesten voor een keer nog eens allebei paraat zijn: Jan had match tegen de U7 van KAA Gent (hijzelf speelt al bij de U8) en Anna moest naar ballet.

In de vorige twee matchen hadden die jongens van KAA Gent al bewezen dat ze waardige tegenstanders zijn voor onze U8 (één match gewonnen met 11-8 en één gelijk gespeeld met 8-8). Het moet ook gezegd zijn dat ons ploegske een zeer goede start gemaakt had in het begin van het seizoen, maar de laatste weken het toch niet altijd kon waarmaken. We vreesden dus een beetje voor de goede afloop, maar ik weet niet wat ons jongens gegeten hadden de laatste dagen, maar voor het eerst sinds weken stonden ze er weer. Er werd mooi samen voetbal gespeeld, prachtige passen gegeven en mooie goals gemaakt en de einduitslag was een verdiende 6-15 voor Mariakerke. En ja, ondanks de uitslag was het een zeer spannende match.

Daarna was het weer over-en-weer-voeren en boodschappen doen en toen was Zelie haar vriendien H. hier en aten we avondeten en stak ik de kleintjes in bed (die dan nog zonder protest braaf naar bed gingen: ze moeten wel moe geweest zijn) en vertrok ik met Zelie en vriendin naar het lichtfestival.

Ik ben zeer blij dat ik eigenlijk al donderdag geweest was, want de massa volk vanavond was bijna niet te doen. Dus zijn we selectief geweest en hebben we maar delen van het parcours afgelopen, maar wel heel mooie delen.

Dat waren dus 6 avonden op rij dat ik niet thuis was. Maandagavond ‘moet’ ik weer weg, maar eerst ga ik morgen toch wel zoveel mogelijk in mijne luie zetel zitten, ik denk dat ik dat wel verdiend heb.

Platte rust

Het is zeer laat geworden, zo gisterenavond. Of moet ik zeggen: heel vroeg deze ochtend. Want gisteren was er dat lichtfestival om naartoe te gaan en daarover moest natuurlijk een stukske geschreven worden voor Gentblogt, wat ik dan ook gedaan heb.

Maar ik wou dat stukske afhebben gisteren, met tekst en foto’s erin en al, want ik wou dat het er vandaag zo vroeg mogelijk opkon zodat de mensen dat konden lezen en er misschien nog iets aan zouden hebben voor de komende drie dagen.

Foto’s in een artikel pleuren, dat is mijnen sterkste kant niet. Gelukkig is er den anderen die dat dan wel mooi in een code omzet, maar dan wou ik nog dat net die foto op die plaats zou staan en een andere foto moest verwisseld worden van plaats omdat dat beter uitkwam … Er is dus veel plak- en knipwerk aan te pas gekomen en dat duurde wel even … lang.

En uiteraard moest er eerst nog een artikel geschreven worden en ik dacht, ik schrijf een kort stukske, want de foto’s spreken voor zich, maar er was zoveel te vertellen en zoveel mede te delen dat dat artikel dan ook nog langer duurde dan voorzien.

Lang verhaal kort: het was 2u toen ik eindelijk mijn bed zag. En het is schooldag vandaag dus was ik er om 6.30u weer uit. Of beter: om 6.30u liep de wekker af, maar het heeft nog tot 7.15u geduurd eer ik uit mijn bed kroop, met alle stress van oei-we-gaan-te-laat-op-school-zijn vandien (want ge denkt toch niet dat die kinderen opstaan als hun wekker afloopt. Ah neen, zolang ik niet kom zagen blijven die ook mooi liggen … behalve Jan dan).

De afgelopen week was al ongelooflijk druk en was ik elke avond weg en zo ook vanavond. De kinderen moeten maar om 15.00u van school gehaald worden. Ik denk dat ik maar een dutje ga doen tot dan, anders zie ik mij vanavond niet meer veilig terug thuis geraken (nog een geluk dat het derde semester erop zit en het volgende nog niet begonnen is).

Slaapwel!

Lichtekes

Vanavond ben ik met mijn schoonbroer en de kinders het lichtfestival afgelopen, met als resultaat dat de kinders veel en veel te laat in bed zaten, zo voor een schoolavond (22.00u).

Maar het was mooi en we hebben genoten.

Ik heb ook complimenten gekregen over de kinders, wat altijd plezant is. We zijn op het einde iets gaan eten (we= ik en mijn schoonbroer; de kinders hadden al gegeten en wij niet; de kinders hebben iets gedronken en ook ons eten afgeschooid … uiteraard) en toen we weggingen feliciteerde een ouder koppel mij met hoe brave, beleefde en goed opgevoede kinders ik wel had. Moest ik kunnen blozen, ik zag zo rood als een tomaat, maar gelukkig heb ik dat probleem niet en heb ik die mensen dan maar zeer vriendelijk bedankt.

’t Was een leuke avond. Het was nog leuker om eindelijk thuis te zijn, want na drie uur rondwandelen waren we allemaal doodmoe en doorkou.

Alle details met bijhorende prachtige foto’s zullen morgen wel te lezen zijn bij het Project.

De laatste loodjes

Weer twee dagen niet geschreven, maar daar zijn goede redenen voor.

Maandag vergadering met de schoolraad. Altijd wreed interessant. Altijd leuk om de verschillende opinies te horen over schoolzaken, de meningen te horen van mensen die volledig buiten de school staan, de leerlingen van de school zelf, de leerkrachten, de directie en uiteraard de ouders ook.

Dinsdag nog een schoolgerelateerde vergadering, deze keer met de klasafgevaardigden van de basisschool. Ik mocht de vergadering openen, wegens dat de voorzitter een beetje later zou zijn. Niet zo leuk als ge daar niet echt op voorzien zijt (ben normaal gezien de secretaris), maar het viel wel mee. Toch content toen de voorzitter opdook, daar niet van. Leuke vergadering gehad en een nog leukere navergadering. Gezellig bijgepraat, want met die opleiding was het lang geleden dat ik nog eens op mijn gemak kon kletsen met mijn vriendinnen en kennissen.

En dan vanavond weer weg en het is nu ook definitief: mijn korte vakantie-van-de-opleiding is voorbij. Vanavond was het namelijk de informatievergadering voor onze laatste semester, ook gekend als de semester-waarin-we-onze-stage-moeten-doen. Veel informatie gekregen en ik weet nu ook al wie mijn stagebegeleider gaat zijn (had gehoopt op M. en heb haar ook ‘gekregen’, joepie!). Ik weet nu ook dat het tijd wordt om toch al een paar dingen te beginnen voorbereiden, dus tijd om de studies weer op te nemen.

Het wordt nog eens een zeer druk semester, maar ik heb de indruk dat het toch beter gaat meevallen dan vorig semester. Ik voel mij toch al geruster en ik vermoed dat mijn stagebegeleider daar toch ook wat mee te maken heeft: ’t is een heel toffe, zeer correcte madam, iemand waar ik mij zeer op mijn gemak bij voel, dus alle commentaar die zij gaat hebben, weet ik dat ik dat niet verkeerd ga opnemen. De vakmentor op mijn stageschool is ook al een toffe madam waarmee het lijkt te zullen klikken, dus mijn uitgangspunt is al een pak minder zenuwachtig.

De laatste rechte lijn is ingeslagen. Op naar het einde.

Avondje uit

Zaterdag is een over-en-weer dag. Een dag waarop ik over het algemeen weinig achter de computer zit en dus op tinternet. Vanaf 9u ’s ochtends tot 17u ’s avonds is het rijden van hier naar daar om de kinderen van en naar hun hobby’s te brengen.

Maar kijk, zo tussen 14.30u en 15.45u heb ik over het algemeen toch een beetje rust: drie kinderen op de scouts en de vierde op de academie. En zo zat ik toch eventjes op tinternet en zag ik plots deze boodschap verschijnen op Facebook:

Iemand die nog mee wil naar Theo maasen vanavond in Antwerpen?

Ik wou gewoon al mee om gezelschap te houden aan degene die het vroeg, maar voor de zekerheid googlede ik de man toch nog eerst om te weten wie Theo Maassen wel mocht zijn. Ik had een vermoeden dat het met comedy te maken had en dat bleek nog zo te zijn ook.

Geïnformeerd hoe het praktisch ineen zou zitten (vertrekstijd en zo), kwestie om te zien of het wel haalbaar zou zijn en juich oh juich, we zouden maar om 18.45u vertrekken, dus tijd genoeg om alle kinderen af te halen, eten te maken en op tijd klaar te zijn om te vertrekken. I was in.

En wat een goede beslissing was het om te antwoorden. Het was een heel fijne en zeer leuke avond daar in Antwerpen. Een comedian die in het eerste deel hilarisch praatte over het feit dat hij eigenlijk toch niets te vertellen heeft, dan maar doodleuk een pauze nam (‘Het is dan nu pauze’ en toen een aantal mensen bewogen riep ‘Voor mij! Wat heeft u gedaan om pauze nodig te hebben’) om in het laatste deel het vooral te hebben over dingen die verkeerd-om zijn. Wreed hard gelachen (al verstond ik zijn verwijzingen naar de Nederlandse voorbeelden niet altijd, soit).

Het gezelschap was nog fijner en we eindigden de avond in een heel leuk café om nog een beetje verder te praten en uiteindelijk nog op een redelijk deftig uur thuis ook.

Soms zijn het van die onverwachte dingen waar je enorm veel genot van kunt hebben. Een leuke bonus (voor mij dan toch): aangezien ik eens niet zou moeten rijden, kon ik op het gemak een glaasje drinken.

Het is officieel

Het derde semester zit er nu ook officieel op.

Gisteren had ik mijn allerlaatste ’taak’: een gesprek met mijn lerares DCo (Didactische Competentie Oefenlessen). Geen examen, net zoals we voor DCp (praktijkinitiatie) geen examen hadden moeten maken. Wel een laatste evalutatiegesprek.

Ik moet eerlijk toegeven dat ik een beetje vreesde voor dit vak, maar als ik terugkijk naar mijn semester viel het allemaal nog wel mee en dat bevestigde mijn lerares ook. Vorige week had ik al wat feedback op mijn taken teruggekregen en ik had die met een heel klein hartje opengedaan. Maar drie van de vier feedbacks waren bijna niets anders dan ‘goed’ en ‘zeer goed’. De vierde ging van ‘voldoende’ tot ‘goed’ (met hier een daar toch nog een ‘onvoldoende’, maar die waren serieus in de minderheid). Dus kon ik eigenlijk al weten dat het niet zo slecht was.

Gisteren dus het laatste gesprek en ook daar bevestigde de lerares dat het allemaal we goed zat en dat ik met een gerust hart mijn stage mocht vastleggen en voorbereiden.

Nog geen officiële resultaten, maar ik zie het over het algemeen wel rooskleurig: de examens zijn goed gegaan, het gesprek verliep vlot. Mijn rapport krijg ik pas op 30 januari, maar ik zal nu niet meer bang zijn om het te openen.

Ik heb nu een weekje rust achter de kiezen. Volgende week begin ik dan maar weer: ik mag al mee op een uitstap met mijn stageschool en dan zijn er nog lessen voor te bereiden. En ik kan dan ook weer beginnen aftellen: nog vier maanden en dan heb ik (hopelijk) mijn diploma Specifieke Lerarenopleiding.

En én of of

Waarom kan deze discussie nooit op zichzelf staan. Maakt ge een opmerking over de zotheid van sommige fietsers omdat ze niet zichtbaar rondrijden (geen verlichting, geen fluohesje, geen reflectoren … whatever), krijgt ge direct de commentaar dat het maar de automobilisten moeten zijn die trager rijden.

Maar de discussie over het al dan niet te snel rijden van automobilisten heeft hier toch niets mee te maken.

Fietsers die onzichtbaar rondrijden zijn gewoon zot. Punt. Geen discussie. Ze vormen een gevaar in het verkeer: voor zichzelf, voor andere fietsers, voor voetgangers én voor automobilisten.

Ik ben fietser én automobilist én voetganger, en het ene sluit het andere niet uit. Integendeel. Het is én én, niet of of. En auto’s moeten traag rijden, snelheid aanpassen en voorzichtig zijn, én fietsers moeten snelheid aanpassen, voorzichtig zijn én goed zichtbaar zijn. Het is niet omdat een auto traag rijdt dat dat helpt als er een onverlichte fietser zich voor uw wielen zwiert om één of ander manoeuver te maken dat ge als automobilist nooit zag aankomen, omdat ge de fietser nooit hebt zien aankomen. Een automobilist heeft dan niet genoeg tijd om te stoppen, zélfs als die traag rijdt.

Een fietser is gebruiker in het verkeer en moet zich daarnaar gedragen: verkeerswetgeving respecteren (begint daar eens mee; de overtredingen die begaan worden, nog naast de kwestie van adequate verlichting en zichtbaarheid, breek mij er de bek niet over open) en daar hoort goede verlichting bij. Goede verlichting, als in verlichting die verder zichtbaar is dan een meter, maar verlichting waardoor men de fietsers al van ver ziet afkomen, net als bij auto’s. En dat kan led-verlichting zijn: er zijn heel goede, felle ledverlichtingen op de markt, maar de meesten gebruiken toch maar van die excuselichtjes die je op een meter afstand nog niet kan zien.

Voor mijn part trekt ge dat door naar voetgangers, niet wat verlichting betreft, maar wel wat voorzichtigheid betreft: vorige week stak een voetganger over op een zebrapad dat NIET verlicht was. De voetganger was volledig in donkere kledij gehuld. Het was donker, regende, nihil zichtbaarheid, ongelooflijk veel verkeer, fietsers die (al dan niet verlicht, maar meer niet dan wel) tussen de auto’s flaneerden, en dan de voetganger die plots in het midden van het zebrapad liep.

Ja, hij mocht dat doen. En ja, gelukkig reed ik heel traag (sowieso in het stad), anders had ik hem meegehad. En ja, de stadsdiensten moeten meer verlichting over de zebrapaden zetten om de oversteekplaatsen, en dus de voetgangers die oversteken, goed duidelijk te maken zodat de automobilisten die overstekers duidelijk kunnen zien.

Maar aan de andere kant: als het heel slecht weer is, donker, veel verkeer, zotte fietsers, is het dan écht zo moeilijk voor een voetganger om 2 seconden langer te wachten tot een auto gepasseerd is, in plaats van gewoon zomaar over te steken ‘omdat hij toch voorrang heeft’? Een voetganger heeft veel meer zichtbaarheid dan iemand in de auto en als ik te voet ben (en dat ben ik heel veel), dan weet ik waar mijn prioriteiten liggen. Niet bij die 2 seconden die ik ga ‘winnen’ door mijn ‘rechten’ op te eisen en mij voor een auto te smijten.

Soit, het zijn discussies die niet ’te winnen’ zijn: bij elke slechte uitkomst zijn er alleen maar verliezers: zwaar gewonden, doden, mensen die, langs alle kanten, getraumatiseerd zijn voor het leven. Dat iedereen eens met die gedachte in het achterhoofd zich in het verkeer beweegt.