Leesuurtje

Elke donderdag, van 15u tot 15u60, is het leesuurtje bij Zelie in de klas.
Toen het initiatief van start ging kregen de kinderen dus een briefje mee naar huis om vrijwilligers te vragen. Zelie zaagde om dat te doen en ik wou wel, maar als je voltijds werkt is dat een beetje moeilijk. Ik beloofde evenwel dat, van zodra ik thuis was voor de baby, ik mijn best zou doen om wel te komen.

De eerste week thuis is het niet gelukt: ik maakte van de eerste week vooral gebruik om uit te rusten en slaap in te halen en was het dus volledig uit het oog verloren. Zelie zei dat het niet erg was want er waren die dag eigenlijk te veel mama’s, maar ik voelde me toch een beetje schuldig.

De tweede week ging ook al niet wegens de geboorte van Anna. Tenminste wel een deftig excuus waar ik me niet schuldig bij voelde. Daarna was het paasvakantie en dus hoefde het niet.

Sinds vorige week ga ik dus wel. Ik heb het mooi genoteerd in mijn agenda en nu al twee weken op rij ben ik paraat in de klas, mét Anna. Zelie is doodcontent en niet alleen omdat haar mama nu ook komt voor het leesuurtje, maar ook (en misschien eigenlijk vooral) omdat Anna mee is. Ze staat te draaien om de baby en kijkt apetrots naar iedereen die komt kijken van “en IK ben de grote zus”.

Het leesuurtje houdt in dat er ouders en grootouders naar de klas komen om te luisteren naar de kindjes die lezen en, waar nodig, te helpen. Er wordt gekeken naar het aantal volwassenen aanwezig en dan worden de kindjes in groepjes verdeeld zodat elke volwassene ongeveer evenveel kinderen heeft.

Er wordt een soort “regime” op het bord genoteerd van wat er moet gedaan worden. Meestal is dat hetzelfde: eerst worden woordjes van een blad gelezen gedurende één minuut. Na een minuut stoppen ze met lezen en wordt het laatste woordje opgeschreven. De kinderen doen dit elk om beurt (moest het tegelijkertijd zijn zou het zo’n kakafonie zijn dat je toch niet zou horen of ze het goed lezen of niet, nietwaar). Daarna wordt een boekje gelezen: de kinderen lezen opeenvolgend één pagina tot het boekje uit is. Dan wordt weer het blad met de woordjes gedurende één minuut gelezen. Daarna volgt lezen uit een ander boekje van blz. x tot blz. z. Een derde maal één minuut lezen om dan te eindigen met elk kind dat in zijn eigen bilbiotheekboek leest tot de tijd om is. Dat laatste gebeurt dus in stilte om twee redenen: elk kind heeft een ander bibliotheekboek én niet alle kinderen lezen op hetzelfde niveau.

Vorige week waren we met vijf mama’s en oma’s. Toen hadden we elk zo’n vier à vijf kinderen. Ik had er vijf: de twee kangoeroe kindjes en dan nog drie andere zeer goede lezertjes. Ik vermoed dat de meester ze zo een beetje per niveau samen zet, in de mate van het mogelijke.

Vandaag waren we met negen mama’s en oma’s (juist, opnieuw geen enkele papa of opa) en dus hadden we elk maar twee of drie kindjes en ik moet zeggen: het gaat een stuk vlotter in kleine groepjes. Niet dat dit verwonderlijk is: de kindjes komen veel rapper aan beurt, zijn dus minder rap afgeleid en letten beter op. Ze mogen ook meer doen en de kindjes waarbij ik zat lezen duidelijk graag dus hoe meer hoe beter.

Het is niet gemakkelijk om je elke week vrij te kunnen maken of te willen houden: het vraagt een zekere opoffering als volwassene ook om je elke week weer te engageren dus het verwondert me niet dat er de ene week veel meer (groot)ouders dan de andere.

Ik ga alleszins mijn uiterste best doen om tot het einde van het schooljaar elke week aanwezig te zijn, maar ik ga het niet beloven. Ge weet maar nooit.

Routine

Morgen is de paasvakantie voorbij. Zelie en Louis zijn daarover zeer gelukkig. Ze gaan zeer graag naar school en toen ze de vakantie begonnen waren ze eigenlijk niet zo tevreden om twee weken geen school te hebben.

Het probleem met vakantie is echter dat de hele routine van de kinderen om zeep is: langer opblijven, uitslapen, ’s ochtends eerst TV kijken vooraleer te ontbijten, … en dat ontdoe je niet zomaar de laatste avond.

De vorige dagen was het niet echt mogelijk om de routine opnieuw in te voeren, vooral gezien er gisteren nog volop gevierd werd voor Pasen en Louis’ verjaardag. Vanavond aten we dan nog (te) laat ook zodat er zelfs geen mogelijkheid was om te proberen hen nog “op tijd” in bed te krijgen. Uiteindelijk is het een uur later geworden dan tijdens normale schooldagen.

Bij Jan is dat ergens een beetje goed want die valt dan zo goed als onmiddellijk in slaap. Gezien Zelie en Louis nu gewoon zijn om wat langer op te blijven én gezien ze nogal opgewonden waren dat het morgen weer school was ging het bij hen heel wat moeilijker.

Onverwacht kregen we dan vanavond nog bezoek van een oude vriend van Michel en een beetje later kwam Michel’s vader ook nog eventjes langs. Uiteraard hadden onze twee apen boven gehoord dat er mensen waren. Heel “toevallig” moest Zelie dus naar toilet en we hoorden haar zo oerend traag over en weer lopen naar het toilet. We hebben haar dan maar gevraagd of ze nog eens goede avond wou komen zeggen en dat moesten wij geen twee keer zeggen natuurlijk. Twee seconden later hoorden we opnieuw gekraak bovenaan de trap: Louis uiteraard. Of hij ook wou slaapwel komen zeggen en daar was hij al.

Ze zijn dus nog eventjes beneden gekomen en moesten rap weer gaan slapen. Maar eens bovenaan de trap hooden we dat ze stilstonden (en begonnen fluisteren). Wij zeggen dat het genoeg geweest was en dat ze NU moesten gaan slapen en het was toen stil … of toch voor een paar minuten. Uiteindelijk ben ik nog eens naar boven moeten gaan en heb gezegd dat Louis nu maar naar beneden moest gaan slapen. “Maar ik wil flink zijn” zei hij. Ik zei dat hij al tijd genoeg had gehad om flink te zijn en dat hij dat niet gedaan had. “Maar ik ga nu echt flink zijn”. Ik heb hem dus nog maar een kans gegeven en die hebben ze blijkbaar alletwee aangegrepen: sindsdien zijn ze stilgevallen.

Morgen zullen er kleine oogjes zijn en kindjes die zagen dat ze nog moe zijn. Tegen het einde van de week zal de schoolroutine weer volledig geïnstalleerd zijn.

Ontbijt

Deze ochtend zijn ‘de meisjes’ van het gezin samen gaan ontbijten.

Onzen grootsten jongen (den papa) was gaan werken. Louis en Jan werden afgezet aan de opvang, respectievelijk peutertuin, en mama, Zelie en Anna zijn gaan ontbijten in afwachting van de aanvang van het doktersspreekuur.

We deden dat in een aangenaam etablissement vlakbij onze dokter. Er was een uitgebreide ontbijtkaart en het was goed klaargemaakt en gepresenteerd (het oog wil ook wat): Zelie nam yoghurt met vers fruit en een fristi, mama koffie en spek met eieren en Anna … niets: zij lag mooi te slapen. Reuze gezellig en de meisjes hebben genoten.

Voor herhaling vatbaar zou ik zo zeggen.

Gebotst

Ik heb een beetje te veel mee van mijn moeder in de zin van soms té weinig bezorgd. Zij heeft bijvoorbeeld ooit mijn broer naar school gestuurd met een gebroken pols omdat ze dacht dat hij komedie speelde. Achteraf voelde ze zicht uiteraard enorm schuldig, maar ’t is maar om u een idee te geven hoe ik soms reageer op de “pijnkreten” van mijn kinderen.

Oké, meestal overdrijven ze ook: elk klein pijntje kan een groot drama worden en ge moogt daar niet altijd te hard op ingaan, maar soms is het wel gemeend echt en veel pijn.

Zoals vorige nacht: Zelie kwam hard huilend wakker “ik heb pijn”. Ik vroeg waar, ze kon het niet zeggen want ze “wist het niet” (nog te slaapdronken) maar ze wreef op haar knie, ik heb dan ook eens gewreven en gezegd dat ze waarschijnlijk gedroomd had en dat ze terug moest gaan slapen. Voor ik de kamer uit was sliep ze al.

Tot een uur later: opnieuw hard gekrijs, opnieuw pijn, opnieuw niet weten waar. Ik begon me al een beetje meer vragen stellen, maar ze viel opnieuw als een blok in slaap dus stond ik er opnieuw niet verder bij stil.

Maar nog een uur later was ze er weer: nog harder huilend. Uiteindelijk heb ik haar maar uit haar bed gehaald en gewacht tot ze goed wakker was om haar te vragen waar en hoe komt het en al en al. Bleek het haar knie te zijn en toen ik vroeg om haar broek uit te doen, om te kunnen vergelijken met de andere knie, was die effectief gezwollen.

Verband gaan halen en ondertussen bleef ze maar krijsen van de pijn. Eens het verband er rond zat was de pijn al iets minder en ik heb haar dan maar terug naar bed gedragen en gezegd dat we vandaag naar de dokter zouden gaan. Gezien haar been min of meer geïmmobiliseerd was dacht ik dat het nu wel beter zou gaan en gelukkig is ze vannacht dan niet meer wakker geworden.

Deze morgen is Zelie dan hinkend de trap af gekomen en dus zouden we naar de dokter gaan. Eerst dan gevraagd of ze nu wist wat er uiteindelijk gebeurd was dat haar knie pijn deed en, bij de frisse ochtenstond, kwam haar geheugen terug:

op de speelplaats van de opvang zijn er zo horizontale baren waarrond de kinderen koprollen en zo doen. Zelie had een koprol gedaan met gespreide benen en was zo met haar knie tegen een van de steunen gebotst. Gisteren had ze daar duidelijk geen last van en het had blijkbaar niet echt pijn gedaan, maar vannacht, door stil te liggen, was “de verwonding” gaan zwellen.

De dokter heeft ons gerust gesteld: niets gebroken alleen een kleine spierscheuring. Een paar dagen een verbandje rond (voor warmte en steun) en het zou opgelost moeten zijn.

Het zou mij dus niet verwonderen dat vanaf nu Zelie haar broek(spijp) zal omhoog doen (NIET omlaag!) voor Jan en alleman om het verband rond haar knie te tonen en apetrots uit te leggen waarom het daar zit.

Eind goed al goed.

Lezen

Deze ochtend een zeer schoon zicht: de drie kindjes zaten samen op het bankje. Eerst Zelie, Jan ernaast en Louis naast Jan, terwijl Zelie één na één de boekjes van Nijntje aan het voorlezen was.

Jan en Louis waren gefascineerd aan het luisteren en toen Zelie eventjes naar het toilet moest riep Jan “Elie, poepe sjit”.

Aandoenlijk.

Koken met kinderen

Ik had het briljante idee deze namiddag om de kinderen spaghettisaus te laten maken. Bruno had het mij voorgedaan en toen ik onlangs op Vitaya Luis zag koken (amper 5) dacht ik: dat kunnen de mijne ook.

Om even te specifiëren: “de kinderen” zijn uiteraard alleen de twee oudste. Jan mocht toekijken, net zoals (grotendeels) mama.

Begonnen met de ajuinen. Ik deed de kroontjes er af en de kinderen pelden ze met de blote hand. Daarna toonde ik hen hoe de ajuinen te snijden en na een paar pogingen ging het verassend vlot. Louis deed het zelfs beter dan Zelie en geen enkele vinger ging bloeden.

Jan wou absoluut ook helpen dus heb ik hem dan ook maar een ajuin gegeven en een bot mes en hij was ook gelukkig. Achteraf heb ik zijn “hakwerk” ook maar fijngemaakt en in de pot gedaan.

Eens de ajuinen gesneden hebben ze elk hun stoel aan het vuur gezet: terwijl Louis in de pot roerde om de ajuinen glazig te bakken deed Zelie het vlees in de pan om te bakken. Ondertussen wastte ik de paddestoelen. Eens de uien gedaan deed Louis er de tomaten bij.

So far so good.

En toen ging het mis.

Niet zozeer met de kinderen (die deden het zeer goed) maar eerder met mezelf en Jan.

Enerzijds had Jan namelijk ook zijn stoel bij het vuur geschoven zodat hij zou kunnen meedoen. Hij kon gelukkig niet aan het vuur, evenwel wel aan de doos eieren die naast het vuur staan (mijn fout uiteraard: ik had dat over het hoofd gezien).

Eventjes niet opgelet en daar lagen de eieren op de grond: drie gebroken eieren en één nog volledig gebleven.

Op het moment dat ik dat ontdekte werd Anna net wakker. Michel hield haar bij, maar haar gehuil was niet te stoppen: hij kan haar nu eenmaal geen eten geven. Ik werd dus redelijk nerveus omdat het nu vooruit moest gaan.

Terwijl ik de eieren begon op te kuisen morstte Louis saus op Zelie (een beetje te heftig geroerd) wat ruzie tot gevolg had en ik dus nog nerveuzer werd.

Ik heb de kookpoging dan maar stopgezet en Zelie naar boven gestuurd om een andere broek aan te doen. Jan en Louis zijn (gelukkig) meegegaan en ik heb dan in de rapte de boel opgekuist om dan Anna eten te gaan geven.

Later ben ik dan (alleen) teruggegaan om de saus af te werken.

De eerste poging was dus geen volledig succes maar ook geen totale mislukking. Morgen eens proberen om cake te maken?

Reactie

Al een veel gestelde vraag op de blog van mijn andere ik is “hoe reageren de andere kinderen?”.

Wel, ’t is allemaal nog niet echt duidelijk.

Over het algemeen zeer positief: Zelie en Louis zijn dolgelukkig met hun zusje. Ze hadden beiden gezegd dat ze verdrietig zouden zijn moest het een jongentje zijn, dus hun reactie toen ze hoorden dat het een meisje was was er een van dolenthousiasme.

Vooral Zelie is zeer blij. Uiteindelijk zijn er in de (relatief directe) familie ondertussen 12 kindjes geboren, met een dertiende op komst, en daarvan zijn er maar 3 meisjes (het dertiende wordt nl. ook een jongentje).

Van Zelie heb ik nog niets van jaloezie gemerkt en dat zou mij ook verbaasd hebben gezien ze noch bij de geboorte van Louis, noch bij deze van Jan ooit jaloers is geweest.

Ze doet niet liever dan in de buurt zijn als ik met Anna bezig ben, kijken wat ik doe en wat er gebeurt. Aaikes geven aan haar zusje en haar vastpakken als ze mag, wat voor mij geen probleem is.

Louis toont ook geen jaloezie maar ergens moet er toch een (onbewust) graantje aanwezig zijn. Louis is al een beetje van een neut, maar sinds ik thuis ben heeft hij de neiging om zijn vragen al wenend te beginnen. Niet dat er enige aanleiding toe is, dus ik vermoed dat het door de gewijzigde situatie komt.

Voor de rest is het een en al contentement wat het Anna betreft. Zo heeft hij haar vanavond nog eens vastgepakt en was hij aan het glunderen van trotsheid. Doodcontent dat hij was.

Van Jan weet ik het nog niet. Ten opzichte van Anna zelf is het één en al tederheid, hetgeen mij enigzins verwondert gezien 1) Jan op zich al niet de zachtheid zelve is (hij kan nogal een brute kracht zijn) en 2) hij al altijd zeer jaloers is geweest op Zelie en Louis als ze bij mij komen.

Met Anna is hij dus zeer teder en zacht en lief. Deze avond bijvoorbeeld, toen Anna huilde, ging hij aan haar wiegje staan en keek heel lief naar haar als om te zeggen “toe, niet huilen”. Toen ze effectief stopte met huilen keek hij heel blij naar mij en zei “Anna niet wenen”. Ongelooflijk ontroerend.

Toen ik nog in het ziekenhuis lag was hij daarentegen eerder boos op mij: ik mocht amper naar hem kijken, mocht hem niet helpen om zijn jas uit te doen en pas na een aantal minuten begon hij mij weer te “aanvaarden”. Waarschijnlijk meer dan normaal nu ik bijna een week niet thuis ben geweest. Hier thuis lijkt er geen probleem op dat vlak: hij is duidelijk niet meer boos.

Hij heeft wel een reactie die gelijklopend is met Louis: rapper wenen, emotionele uitbarstingen en ik heb de indruk dat hij (nog) een beetje ruwer is dan anders ten opzichte van Zelie en Louis. Allemaal relatief normale reacties zou ik zo zeggen (maar daarom nog niet aanvaardbaar, daar niet van).

Ik probeer ze alle drie zoveel mogelijk te betrekken bij Anna, maar voor het moment is het nogal moeilijk: het is zo’n braaf kindje en het enige dat ze nodig heeft nu is slaap, eten en een badje. Bij het slapen en het eten geven kunnen ze dus niet al te veel doen hé 🙂 en om haar in bad te steken zijn ze net niet groot genoeg.

We zien wel hoe het uitdraait, maar eigenlijk heb ik er een zeer goed gevoel bij.

Lezen

Zelie leest enorm graag en dat gaat alsmaar beter en beter. Logisch, denk ik, als je het graag en veel doet.

Het leuke is dat ze ook rapper begint te lezen en tegenwoordig de ondertiteling van programmas leest. We moeten dus beginnen opletten welke programmas we laten opstaan. Ze begint rap genoeg te zijn om alles te kunnen lezen.

Het andere dat nu begint op te vallen is dat ze intonatie in haar lezen begint te steken. Veel aangenamer om horen want voorlopig geeft ze nog de voorkeur aan luidop lezen. Echt stil lezen doet ze namelijk nog niet. Het stilste is zo’n bijna onhoorbaar geprevel, dus nog niet volledig stil.

Nog een beetje en ik moet niet meer mee naar boven om verhaaltjes voor te lezen … maar niet echt want ze kan dat eigenlijk nu al en ze hebben alletwee nog altijd liefst dat ik voorlees.

Enthousiasme

Vanaf vandaag moeten de Zelie en Louis niet meer in de naschoolse opvang blijven. Als goede thuisblijvende moeder ga ik de kindjes nu direct na school afhalen.

Toen ik hen inlichtte dat ze dus niet meer in de opvang moesten blijven waren ze alletwee dolblij.

Wat mij enerzijds verbaasde (en anderzijds dan ook weer niet). Als ik tijdens “normale tijden” de kindjes vroeger afhaal zijn ze namelijk allesbehalve blij. Ze klagen dat ze nog willen spelen of dit of dat doen en gaan met tegenzin mee. Het is al gebeurd dat er tranen aan te pas kwamen. Ge denkt dan dat ge goed doet.

Maar blijkbaar is het vooruitzicht van geen opvang tout court toch leuk en vandaag absoluut geen problemen gehad 🙂

En ondanks dat ik wreed moe was vandaag heb ik er ook van kunnen genieten om zo samen dingen te kunnen doen: Zelie aan haar huiswerk zetten (helpen is (nog) niet nodig), Louis helpen met een puzzel, met Jan in een boekje kijken en de woordjes zeggen. Allemaal dingen waarvoor we anders geen tijd hebben. Zeer leuk.