Stroomversnelling

Vorige week bij de huisarts om de resultaten van het bloedonderzoek te bespreken, dinsdag afspraak bij de nefroloog en woensdag opgenomen in het ziekenhuis.

Het blijkt dus allemaal nog dringender dan gedacht en ik doe hard mijn best om toch maar positief te blijven en niet te paniekeren. Voorlopig lukt dat dus nog. Niet dat er veel keuze is met 4 kinders in de buurt.

Normaal gezien komt hij vrijdag terug naar huis. Normaal gezien, want eigenlijk moeten we eerst de onderzoeken allemaal nog afwachten en dat zijn er een batterij. Sowieso ligt een volgende opname al in het vooruitzicht voor verdere behandeling. De vraag is dan alleen: wanneer juist.

En ondertussen, duimen maar.

 

Extra tocht

Als ik dacht dat mijn leven niet nog drukker kon worden, dan was ik mis. Vandaag werd mijn papa geopereerd aan zijn heup en zo zal hij de komende week à 10 dagen in het ziekenhuis mogen doorbrengen (alleenstaand en al en dan houden ze hem liever wat langer).

Dus zal ik de komende weekenhalf zoveel mogelijk over en weer rijden naar Oudenaarde om de ‘zieke’ te bezoeken.

Tussendoor nog een taak maken voor de les, met de kinderen naar de cinema, naar toneel en de gewone drukte van een gezin van 6 … Ik weet weer wat ik allemaal te doen heb de rest van de vakantie 🙂

Lange nachten

Het zijn lange nachten, hier in het ziekenhuis. Louis slaapt een klein uur, huilt dan gedurende een kwartier en zo herhaalt zich dat gedurende de nacht.

Maar dat huilen, dat is dus niet bewust maar in zijn slaap. Dus je kan hem niet troosten, je kan hem niets geven en je kan zelf ook niet slapen. Bummer. Als je hem dan uiteindelijk wakker krijgt weet hij van niets en is hij boos dat je hem wakker maakt 🙂

Thuis praat hij ook wel in zijn slaap, maar het is praten, niet huilen en het duurt niet zo lang.

Maar kijk. Uiteindelijk heeft hij deze morgen toch nog 3 uur ononderbroken geslapen en ik ook, dus dat is toch al meer dan vorige nacht.

Oh well

Ik had gedacht, de verjaardag van Anna gaat mij wel weer in gang doen schieten, maar niet dus. Ondertussen zijn we anderhalve maand verder. De tijd vliegt.

Maar kijk. Er zijn andere zaken die me dan wel weer aan het bloggen krijgen en hopelijk wil dat zeggen dat mijn blogdip voorbij is. Want het was niet alsof er niets meer te schrijven was, maar ik had gewoon de zin of de tijd niet.

Die ‘andere zaken’, dat weten de meeste onder jullie al wel, tenminste als jullie ook af en toe bij den anderen gaan kijken. Die ‘andere zaken’ is een kind in het ziekenhuis. Louis deze keer.

Vorige week begonnen toen hij klaagde dat zijn tong dik aanvoelde en hij de indruk had dat hij lispelde. Maar er was niets te zien en niets te horen en dus dacht ik dat het wel zou overgaan. Tot zondag. Hij begon heel veel pijn te krijgen in zijn mond en toen we keken stonden een aantal aften op zijn onderlip. Hij had ook koorts, wat nooit een goed teken is.

De dag erop de dokter laten komen. De koorts was er nog steeds en de mond deed nog meer pijn. Met Zelie waren we de avond voordien ook al naar de dokter van wacht mogen gaan, Jan voelde zich ’s ochtend niet goed en Michel zat er ook door. Al eens een reden om de dokter aan huis te laten komen in plaats van op consultatie te gaan.

Louis kreeg alvast een doktersbriefje tot het einde van de week. Zelie en Jan tot woensdag en den anderen … dat is een ander verhaal.

Toen ik dinsdagmiddag thuiskwam en eten maakte (enfin, boterhammen sneed om dan te kunnen eten) wou Louis niet eten: hij had geen honger en hij had laat ontbeten, zei hij. Normaal, denkt ge dan zo, er ik besteedde er niet te veel aandacht meer aan. Tot hij ’s avonds aan tafel zat en niet kón eten van de pijn in zijn mond. Drinken lukte ook al niet en ik vond dat eigenlijk niet normaal, want hoe lang was dat nu geleden dat hij nog gedronken had. Toch niet gedurende de namiddag.

Een telefoontje naar de huisarts was het resultaat. Het bleef even stil aan de lijn na mijn verhaal en toen kreeg ik de raad om de dag erop naar de kinderarts van wacht te gaan. Een verontrustend advies vond ik en omdat het nog maar 18.45u was belde ik toch nog naar onze kinderarts. Deze zei dat er geen consultaties meer waren die avond, maar ze hoorde dat ik doodongerust was en liet ons toch nog komen.

Een goede zet, zei ze achteraf. Doordat Louis niet meer deftig gegeten had of gedronken was hij al gedehytrateerd. Ik kreeg de keuze: nog een nacht afwachten, maar hem dan wel om de x aantal minuten/uur? met een pipet of spuitje water proberen laten slikken en dan de dag erop hoogstwaarschijnlijk sowieso naar het ziekenhuis te gaan om hem te laten opnemen, ofwel dezelfde avond nog naar het ziekenhuis om hem onmiddellijk aan een baxter te leggen. Ik liet de keuze aan Louis en het werd optie 2. Even langs huis gepasseerd om de valies te vullen en dan richting spoed.

En zo ligt Louis dus al vier dagen in het ziekenhuis (alle details van evoluties en zo bij den anderen) en lossen den anderen en ikzelf elkaar af om bij hem te blijven. Gelukkig hebben we goede familie en goede buren die ons aflossen en helpen met eten klaarmaken en zo, maar het blijft een georganiseer.

Langs den anderen kant, het is wel rustig zo, hier zitten. Boekje lezen, TV kijken, blog (eindelijk) bijwerken, samen met de zoon naar het Eurovisiesongfestival kijken. Ik zou zeggen, rusten, maar met dat Louis zo slecht slaapt, lukt dat niet echt, en zolang ik niet denk aan de werklast die ik nu niet kan doorworstelen (eerder studielast, want ik moet nog kweetniehoeveel doen van voorbereiding en zo) kan ik daar nog van genieten ook.

Zenuwen

Toen ik mij deze namiddag voor mijn laptop installeerde merkte ik dat ik één brok zenuwen was. Gans mijn maag in de knoop en ik begreep het niet goed.

Dat duurde even tot ik twee dingen weer besefte: vriendin Murphy werd geopereerd vandaag en den anderen vertrekt naar Rusland morgen. De zenuwen waren opeens verklaarbaar.

Vanavond al toch één relatief goed nieuws gehad: dochter M. deelt mee ‘terug op de kamer en helemaal groggy. Maar het is gepasseerd en voor zover ik weet is alles tot nu toe goed verlopen‘ en dat was een opluchting.

Den anderen is zonet vertrokken richting Brussel om dan morgen om 7.30u (’s ochtends) te vertrekken en daar ben ik helemaal niet gerust in. Hij is al een grote jongen, maar gelijk dat ze – niet – georganiseerd zijn en dat het daar momenteel blijkbaar toch -15 °C is en God mag weten hoe ze waar geraken en of ze er zelfs wel zullen geraken…

Dat het maar gauw weer maandag is … of zondagnacht. En dat hij kan zien dat hij regelmatig probeert te telefoneren.

Flashback

Voor de verzekering moesten we een papier hebben van Anna haar ziekenhuisopname vorig jaar.

Uiteraard herinner ik mij dat maar al te goed, maar eigenlijk heb ik nooit iets zwart op wit gezien over haar opname en haar toestand. Waarom zou ik ook? Dat zijn meestal rapporten tussen dokters en alle vragen die we stelden en zelfs niet stelden werden sowieso beantwoord. Geen moment hebben we daar de indruk gehad dat ze iets zouden achterhouden.

Maar ik vroeg dus naar zo’n papier aan de huisarts en toen gaf hij mij het verslag van haar opname in de PICU en uiteraard ben ik dat beginnen lezen.

Het is eigenlijk heel bizar wat een selectief iets een geheugen is, want als de mensen er mij naar vragen zeg ik altijd automatisch dat het 6 dagen waren terwijl het er 8 waren. En dan wordt ik verbeterd en dan besef ik dat ik het mis had, maar toch blijf ik mij telkens weer vergissen.

Ik ben moeten stoppen met lezen na dag 2. Ik werd zo wreed erg weer teruggeslingerd naar die dagen, dat ik het niet meer kon opbrengen verder te lezen. Mijn keel werd dichtgesnoerd en ik begon weer volledig in paniek te geraken.

Dag 3 en volgende komen nog wel. Ik wil het gewoon weten wat er nu allemaal gebeurd is en hoe en wat en wanneer. Maar het zal met kleine stukjes gelezen worden.

De korte versie staat bij den anderen.

Moet dat nu echt

Deze voormiddag afspraak bij de orthopedist. Om 9u15. Goed vroeg in de ochtend, dacht ik zo, dan ben ik een van de eersten en zal ik niet lang moeten wachten.

Na de kinderen afgezet te hebben dronk ik eerst nog een koffie met een andere mama maar brak de koffieklets vroegtijdig af en haastte ik mij om toch maar op tijd op de afspraak te zijn.

9u17 stond ik aan het secretariaat om mij aan te melden. Terwijl ik er naartoe liep passeerde ik de wachtzaal die bomvol zat. ‘Voor een andere dokter?’ hoopte ik bij mijzelf. Nee dus, enfin, niet alleen dus.

Op het moment dat ik mij aanmeldde, waren er al 6 wachtenden voor mij. ‘Hoeveel vertraging heeft de dokter?’ vroeg ik. 45 minuten was het antwoord. Nog voldoende tijd om terug naar huis te gaan en mijn boek te halen.

45 minuten later zat ik terug in de wachtzaal (eerst nog wat dingen onderweg en thuis gedaan), mét boek en begon te lezen tot ik mijn naam hoorde.

En neen, dat was geen paar minuten nadien, dat was nog eens 45minuten later. Anderhalf uur wachten in totaal dus.

Kunnen dokters dat nu echt niet beter inschatten? Want dat is dus in de ochtend. Als ik bij een ochtendafspraak al anderhalfuur moet wachten, hoelang lopen die wachttijden dan niet op tegen de namiddag?

Sorry, maar ik kan daar echt met mijn hoofd niet bij.