Badaboem

Sinds vorig weekend slaapt Anna in haar groot bed en behalve die eerste vijf minuten is ze doodblij.

Toen de andere drie een groot bed kregen, had ik zo’n leuning geïnstalleerd zodat ze er toch niet zo rap zouden uitvallen. Maar toen ik dat bij Anna deed begon ze serieus van haren neus te maken. Ze weigerde resoluut die leuning en er was geen overtuigen tot het tegendeel aan.

Als Anna iets in haar hoofd heeft is het er zeer moeilijk uit te krijgen en uiteindelijk gaf ik maar toe: zo hoog was het nu ook weer niet, de anderen zijn er op één of ander moment ook wel eens uitgevallen en als zij zou vallen, dan zou ze wel van gedachte veranderen.

Gisterenavond hoorden we dan (eindelijk) een plof en direct erop een zacht gehuil: Anna was dus uit het bed gevallen. Het huilen was eerder van het verschieten dan van pijn want toen we haar weer in haar bed legden sliep ze gewoon door.

Ik dacht er nog even aan om toch de leuning te installeren, maar Michel stak haar beddegoed heel goed vast in de zijkant en we lieten haar dan maar zo slapen.

Alles goed en wel dus, tot ongeveer half vier deze morgen. Ik schoot wakker van een klap direct gevolgd door heel hard gehuil. Naar boven en ja hoor: Anna was opnieuw uit haar bed gevallen, maar deze keer leek ze zich wel pijn gedaan te hebben. Kind op de schoot en zo goed mogelijk proberen troosten. Haar beddegoed zat nog steeds goed vast en dus was ze in haar slaap hoger gekropen en er zo kunnen uitvallen.

Nadat ze toch een beetje gekalmeerd was heb ik haar dan weer in bed gelegd maar er leek iets niet te kloppen: in het schijnsel van het licht op de gang leek haar gezicht nogal donker en toen ik naast haar bed had geknield had ik mijn knie ook in een natte plas gezet. Plots viel mijn euro: haar gezicht zat onder het bloed.

Kind terug uit bed en ermee naar de badkamer. Ondertussen was ze gestopt met huilen en kon ik zien wat er aan de hand was. Door te vallen was ze met haar neus tegen de zetel naast haar bed gevallen en had er een bloedneus aan over gehouden. En daar kan serieus wat bloed uitkomen: gans haar gezicht en haar handen zaten onder het bloed en haar pyjama én mijn pyjama vertoonden een hele hoop bloedvlekken.

De bloedneus werd gestopt, gezicht en handen gewassen en ze kreeg een verse pyjama aan. Haar lakens mocht ik niet verversen, maar aangezien het meeste bloed op het hoofdkussen zat kon ik dat gewoon omdraaien zodat ze er niets meer van merkte.

Waar ik haar deze keer wél van kon overtuigen, dat was om nu toch maar die leuning te installeren.

Beddengeluk

Zo’n weblog hebben, dat kan nog goed zijn voor iets want vorig weekend ben ik, dankzij mijn oproep, aan ons vierde bed geraakt. Er ontbraken nog een paar vijzen, maar met IKEA nu zo goed als vlak naast de deur is dat totaal geen probleem meer.

Deze namiddag met Jan en Anna dus naar IKEA om de ontbrekende stukken. We gingen uiteraard niet alleen om een paar vijzen: ze had nog een matras nodig ook en een dekbed, want dat klein dekbedje zou niet veel nut hebben in haar nieuwe, grote bed.

Jan bleef met veel plezier achter in de opvang. Anna mocht niet: ze moest drie jaar zijn en ik ben een slechte leugenaar en dus ging ze met ons mee. Eerst al huilend, want ze wou ook blijven spelen en bij Jan blijven, maar we konden haar rap afleiden en ik denk dat ze zich wel wreed goed geamuseerd heeft met ons.

We wisten wat we zochten, dus het ging allemaal wel vlot: informeren bij de matrassen welk een goede zou zijn, doorlopen om dan te stoppen en een dekbed te kiezen, daarna nog een overtrek (niet dat we er te kort hebben, maar het is toch een speciale gelegenheid) en dan doorgewandeld om de matras uit het magazijn te halen. Een uur en tien minuten na aankomst waren we al voorbij de kassa.

Na de kassa een bezoek aan de klantendienst voor de ontbrekende vijzen. Een paar vond ik bij de gratis-onderdelen-stand, anderen moest ik vragen aan de klantendienst zelf. 10cent/stuk en de twee dingen die ik nodig had maar die niet binnen waren gaan ze gewoon naar huis opsturen: het gaat hen meer kosten om dat op te sturen dan dat ik ervoor betaald heb. Goede service dus.

Die twee ontbrekende dingen zijn gelukkig niet noodzakelijk voor het bed en dus kon ik het bed zelf vanavond ineen steken. Anna stond letterlijk te springen van anticipatie en had ik haar niet tegengehouden, ze was gewoon op het frame beginnen springen … toen het nog niet volledig in elkaar stak.

Doodgelukkig kroop ze vanavond dan in ‘haar’ grote bed … om eens ze erin zat te beginnen wenen en te zeggen dat ze in haar kleine bed wou slapen 🙂 Maar na een kort gesprekje heb ik er haar toch van kunnen overtuigen om in het groot bed te slapen en eens in bed heb ik haar niet meer gehoord.

Een kleine, maar toch weer duidelijke stap dat ons klein meisje ook flink groot aan het worden is.

Singalong

Anna zit in een zeer leuke fase: alles wat ze hoort, maar dan ook alles, zet ze om in een liedje. Zo krijg je dus de grappigste liedjes liedjes te horen over woorden en klanken die ze hier en daar heeft opgepikt en dan lukraak aan elkaar rijgt.

Zeer leuk over het algemeen, maar het kan ook serieus op de zenuwen werken. Zo bijvoorbeeld ’s ochtends in de auto, als je al gestresst loopt van de ochtendroutine en als ze dan één van haar spinsels ten berde brengt ad infinitum.

Want eens een liedje in haar hoofd gevormd word, zingt ze het keer op keer op keer op keer … tot ze iets gehoord heeft dat haar  nieuwe inspiratie oplevert. En over het algemeen is de melodie ook nogal monotoom.

Maar die fantasie, dat is wel super.

Internet! Help!

Anna wordt binnenkort 3 jaar en dus werd het tijd om een ‘groot’ bed voor haar te kopen.

Toen Zelie indertijd een groot bed kreeg gingen we naar IKEA en kochten we een Brekke-bed: een eenvoudig wit frame met drie lades met een lichthouten front. Mooi, past overal en omdat de kinderkamers onder het dak zitten (schuine muren dus) kon het niet handiger zijn.

Toen Louis en later ook Jan hun groot bed kregen, kregen ze hetzelfde bed. Het oogt ook mooier natuurlijk om gelijke bedden te hebben en zoals gezegd, zeer praktisch want de opbergruimte wordt zeker goed benut. Meer nog, ze is zelfs zeer nodig.

Vandaag was aangestipt in mijn agenda om (eindelijk) naar IKEA te gaan om Anna’s bed te kopen. Eerst eens kijken op de website en shock! horror! na zeven jaar bleek het bed niet meer in hun gamma te zitten. Ik zou mij niet laten kennen en dus trok is sowieso naar de winkel: soms staat er iets niet op de website maar blijken ze het toch nog in stock te hebben.

Maar in de winkel ook geen geluk en bij navraag aan een verkoopster bleek dat het bed definitief uit het gamma genomen is: vorige zomer, tijdens de solden, hebben ze de laatste exemplaren aan een serieuse korting weg gedaan. Ik had veel zin om te beginnen bleiten.

Maar toen dacht ik aan al die duizenden mensen op het internet en dat daar misschien de oplossing kon liggen. Vandaar dus mijn oproep hier, aan jullie: kennen jullie iemand met een Brekke-bed, iemand die het om één of andere reden niet meer wil en van wie ik het dus kan overkopen? Willen jullie mij helpen om mijn vraag ook door te sturen, de wereld in. Misschien heb ik dan geluk en kan ik ook voor Anna zo’n bed installeren. Ik ben bereid er om te komen, zolang het maar in België is.

Een oproepje dus: please help me .

Waar is die tafel om onder te kruipen?

Het was nog niet zo lang geleden dat ik nog eens met de kinderen uit eten was gegaan. Soms gaan we eens naar de Lunch Garden, tijdens de Kerstvakantie zijn we bij de zoektocht naar Zelie haar vriendinnetje iets gaan eten. Over het algemeen hoef ik mij niet te schamen over de kinderen. Tegenwoordig leren ze goed stilzitten, ze gedragen zich meestal min of meer (voor kinderen dus) en alleen het volume van hun stem moet soms getemperd worden.

Vandaag moesten we de stad in om turnschoenen voor Zelie te halen en Louis had absoluut geen zin om buiten te komen. Jan vertoonde ook weinig enthousiasme. Nu, wie kan hen dat verwijten met dit weer. Maar om hen toch een beetje enthousiast te krijgen beloofde ik dat we, na het winkelen, zouden stoppen om pannenkoeken te eten. Een goed lokmiddel bleek: ze werden op slag enthousiast.

Tegen 16u installeerden we ons in de Gwenola, ons favoriete pannenkoekenhuis, en plaatsen onze bestelling. Alles gezellig en leuk, tot de pannenkoeken aankwamen. Het probleem: Anna. Weet u nog, die zeer leuke fase waar zij in zit? Plots wou ze niet meer haar pannenkoek, maar de mijne. Toen wou ze toch weer haar eigen pannenkoek. Toen wou ze de suiker uitgesmeerd. En eens ik dat gedaan had, wou ze dat niet meer want ‘ik wil dat doen’, enz.

Ik moet er u geen tekening bij maken zeker? Twee keer is ze beginnen krijsen dat het geen naam had. Gans de tea-room op stelten. Alle mensen staarden ons aan alsof ik Anna aan het mishandelen was en ik wist niet waar kruipen van schaamte. Twee keer ben ik met Anna onder mijnen arm richting toilet getrokken om haar daar te laten uitrazen en haar dan zeer streng toe te spreken. De tweede keer duidelijk gezegd dat als ze nu haar manieren niet hield, we gewoon zouden vertrekken, zonder pannenkoek.

Daarna zat ik onrustig te wachten op de volgende uitbarsting, maar die is er Godzijdank niet meer gekomen. Blijkbaar was ik duidelijk én overtuigend geweest. Ze is een engeltje geweest, heeft braaf haar pannenkoek gegeten, gezellig gebabbeld, mooi haar milkshake uitgedronken. Het was, na het intitiële debâcle, een zeer leuk en aangenaam uitstapje met Anna op haar best (en de anderen waren ook engeltjes).

Misschien dat ik nu toch wel ga wachten tot ze uit die fase gegroeid is om nog eens met de vier iets te gaan eten.

Ikke ikke ikke

Net wat Ivan zegt. Onze kinderen zitten in de ‘ik-wil-het-zelf-doen-en-zelf-kiezen-en-het-moet-op-mijn-manier’-fase, ook gekend als Terrible Two’s, en soms is het meer dan hatelijk.

De laatste weken (of is het al langer?) zijn het constant argumenten met Anna die niet (altijd) wil luisteren en de sirène opendraait als ze haar goesting niet krijgt: ‘IK wil de auto opendoen’ nadat ik hem bijvoorbeeld net opengedaan heb. Absoluut haar botinnen willen aandoen terwijl ik haar net haar lage schoenen heb aangedaan. Zelf kleren aan en uitdoen, zelf tafel willen zetten (terwijl ze de schuiven nog niet zelf kan opendoen). Ge zegt het, zij wil het doen.

Vanavond nog zo’n voorval. We stonden op vertrekken bij de scouts en ik wou Anna op de fiets krijgen. Dus moest ze haar handschoenen aandoen en haar helm opzetten en op de fiets zelf geraken, en op alle vlakken was het worstelen en overtuigingskracht gebruiken tot en met. Een vader stond ernaar te kijken en zei iets in de trant van ‘ja, dat hebt ge op die leeftijd’ en ik bevestigde dus, want ‘dat weet ik’ zei ik, ‘het is mijn vierde’.

En gelukkig dat het onze vierde is want ondertussen weten we hoe het aan te pakken. Nu ‘weten’ is een groot woord. Uiteindelijk is elk kind anders en pakken we Anna niet op dezelfde manier aan als Zelie, Louis of Jan. Maar als het puntje bij paaltje komt pas ik de regel toe die mij is aangeleerd toen Zelie die leeftijd had: ‘pick your battles’ of met andere woorden: ze zullen over alles in de clinch gaan met u, dus maak als ouder uit welk gevecht voor u belangrijk genoeg is om te ‘winnen’ en welk argument het kind mag ‘winnen’.

Een gevecht over haar schoenen, dat ga ik niet aangaan met Anna. Voor mijn part loopt ze rond op haar pantoffels. Als haar voeten koud/nat worden, zal ze het wel merken en andere schoenen aandoen. Niet dat ik haar niet zal proberen overtuigen, maar als ze voet bij stuk houdt laat ik haar doen. Daarentegen een gevecht over warm aangekleed zijn op dit moment als we met de fiets weg gaan, dat zal ik hoedanook winnen. No way in hell dat ik haar niet warm ingeduffeld op de fiets ga meenemen.

Het krijsen als ze haar goesting niet krijgt wordt dan kordaat aangepakt. Ze krijgt drie waarschuwingen en als ze dan nog niet luistert gaat ze twee minuten in haar kamer. Daarna mag ze eruit als ze belooft braaf te zijn en haar excuses aanbiedt. De kamertruuk heb ik nog maar twee keer moeten toepassen, ze weet dat ik het meen als ik zeg dat ze moet ophouden.

Och ja. Nog een goed jaar en die fase zal dan ook weer voorbij zijn. Het is de eerste keer dat ze echt rebelleren en het zal alleszins niet de laatste keer zijn en in vergelijking met de vorige kinderen is ze eigenlijk zo mak als een lammetje. Dat of wij zijn veel toegeeflijker geworden 🙂

Dus Ivan en Nele: veel geduld en succes toegewenst!

Bergop

De laatste twee weken ga ik nu vier dagen op vijf met de kinderen naar school op de fiets: Anna bij mij op de fiets en de andere drie fietsen zelf. De evaluatie volgt wel nog eens, maar ik wou het even hebben over Jan.

Jan is dus nu 4 jaar en 8 maanden. Een leeftijd waarop de meeste kindjes blijkbaar pas leren rijden met twee wieletjes en Jan rijdt dus alleen naar school. ‘Alleen’ als op zijn eigen fiets, niet als ‘alleen zonder begeleiding’. En ik ben nu dus al veel ouders tegengekomen die ons op weg zien gaan van en naar school en Jan de hemel inprijzen van hoe goed hij dat doet en hoe veilig hij rijdt en hoe goed hij luistert naar mij. En ik kan met trots zeggen dat hij dat dus fantastisch doet.

Er is evenwel een obstakel op ons parcours. Eigenlijk zijn het er twee: de Pollepelstraat en de Willem Tellstraat. Twee straten met een serieuse helling. Zo lang wij enkel de vrijdag naar school fietsten, fietste Jan de straten naar boven. Met een beetje last, maar hij geraakte boven. Eens we (bijna) dagelijks naar school fietsen geraakte Jan niet meer boven. De Pollepelstraat ging nog net, maar de Willem Tellstraat was er teveel aan. En dus sprongen we halfweg de straat van de fiets en stapten we verder naar boven. Wel moedigde ik hem aan om elke dag toch ietsje verder te proberen fietsen: zo zou hij op de duur toch (weer) boven geraken.

Deze morgen begon hij aan de Willem Tellstraat en zoals gewoonlijk moedigde ik hem aan: vrijdag waren we tot punt x gekomen, dus daar zou hij moeten proberen voorbij geraken. En toen hij aan punt x kwam fietste Jan door … en door … en door tot hij boven stond. Hij trok grote ogen van zijn eigen prestatie en grote lof viel hem dus te beurt van mijnentwege.

Glunderend fietste hij door en vroeg plots ‘mama, ga jij dat aan de juffrouw vertellen?’. ‘Natuurlijk’, zei ik hem, ‘zo een prestatie zeg. Of mag ik niet?’ ‘Neen’ zei hij gedecideerd, en dan, vijf minuten later, met zo’n schaapachtige glimlach ‘Of toch’.

Hij is nog niet een beetje trots op zichzelf. En ik ook natuurlijk.

De-voor-het-slapengaan-excuses

Ouders zullen dit wel wreed herkennen. Het moment dat ze naar bed moeten en dan plots moet er nog vanalles gezegd of gedaan worden. Net op die moment. Geen vijf minuten ervoor, maar als ze voor de slaapkamerdeur staan of net in bed zitten.

Of ook: ze zitten al in bed en dan een paar minuten later komen ze er weer uit met één of ander excuus. Soms zo vergezocht dat ge u afvraagt welke scenario’s ze zo allemaal hebben zitten bedenken in hun bed vooraleer ze erweer uitkomen met hun verhaal.

Gisteren kwam Zelie zo weer naar beneden: ze had het afwisselend veel te warm en dan plots weer veel te koud. Dat kan dus effectief iets zijn, dus vroeg ik haar bij mij te komen om te zien of ze geen koorts had. Geen temperatuursverandering te bemerken maar terwijl ze bij mij staat zegt ze ook dat ze hoofdpijn, keelpijn en buikpijn heeft. Tja. Hmm. Kan uiteraard, maar zo pas nadat ze al 10 minuten in bed zit? Dus maar terug naar bed gestuurd om te gaan slapen met de boodschap dat als ze de volgende ochtend nog pijn had, we dan wel zouden zien wat ertegen te doen.

Met een zeer beteuterd gezich trok Zelie dus terug naar bed en toen ze ongeveer halverwege de trap was, kwam het ‘beste’ excuus van al. Half wenend zei ze: maar mama, hoe meer ik de trap opga, hoe meer het pijn doet.

Ik verwachtte niet dat ze deze ochtend nog ergens pijn zou hebben 🙂

Na dag één

Voila. Anna haar eerste dag zit erop en hij is vlekkeloos verlopen.

Deze ochtend afgezet. Geen traantjes en direct vrolijk gaan spelen. Toen ik nog even door het raam keek was ze al op onderzoek in de klas.

De rapporten van de rest van de dag stemmen tot optimisme. Rapport één komt uit de mond van het meisje zelf. School was leuk. Ze heeft gefietst. Ze gaat morgen terug. juffrouw Greet is lief. Anna was zeer beslist.

Het tweede rapport komt van haar ‘grote’ broer, Jan dus: hij heeft de hele dag met Anna gespeeld. Ze heeft niet één keer geweend. Ze was heel flink. Rapport drie komt van een andere mama: Anna doet het heel goed. Rapport vier komt van mij: toen ik op school aankwam was ze aan het fietsen en ze had geen zin om van de fiets af te komen. Na even aandringen is ze dan toch meegegaan. Altijd een goed teken als ze niet direct meewillen naar huis.

Als ze het patroon volgt van haar broers en zus, dan zal deze eerste week geen probleem zijn. Volgende week kunnen er al probleempjes zijn en als het dan niet is, dan zeker binnen twee weken: hevige huilbuien als ik ga weggaan want dan zal ze eindelijk beseffen dat de verandering definitief is. Een paar dagen huilen en dan zal dat ook weer voorbij zijn en zal ze zich als een vis in het water voelen.

Alhoewel, Anna heeft zich op dat vlak eigenlijk nog maar weinig zoals haar broers en zus gedragen, dus misschien zullen we hier ook een ander patroon zien. Afwachten dus.

Gestart

Net als Lena is Anna deze ochtend gestart met de kleuterschool. Ons kakkernestje zit ook in de volgende fase.Michel is zelfs meegegaan op haar eerste schooldag.

Juffrouw Greet heeft haar direct opgevangen, er een gesprekje mee gehad en haar een beetje op haar gemak gesteld. Ze heeft haar eigen kastje gekregen met een zonnetje als teken (’t was eerst een muisje, maar aangezien Louis ook een muisje was hebben we gevraagd of ze geen ander tekentje kon krijgen, kwestie van later de tekeningen niet door elkaar te smijten) en kon er direct haar boekentas inzetten.

Heel even zag het er naar uit dat ze zou wenen toen we weggingen, maar toen ik haar vroeg of ze nog met Jan wou spelen, liet ze direct los en was ze weg.

Ik zou toch ook wel wreed graag een vliegje zijn vandaag.