Anna kwam thuis na een dagje bij haar meter. Ik vroeg haar of ze het leuk had gevonden en ze zei ‘ja’. Dan:
‘Ik heb zot gedaan in de auto bij mijn meter’
‘Wat heb je dan gedaan?’ vroeg ik (uiteraard).
‘Ik heb ‘boezjila’ gezegd’, was het antwoord, met haar meest ondeugende grijnslach op haar gezicht.