Anna

Een zalige baby. Ge moogt er zeker van zijn.

Zo’n braaf kindje, ongelooflijk.

Na de bevalling had ik hoognood aan slaap en die heeft ze mij gegund: een volle vijf uur! Mens, deed dat deugd: geslapen van 21u30 tot 2u30. Na haar voeding toen viel ze opnieuw onmiddellijk in slaap tot de volgende voeding om 5u waarna ik haar niet meer heb gehoord tot de verpleegster haar om 8u30 wakker maakte om haar te verzorgen.

Tegen gisterenavond had ze een mooi patroon opgebouwd: zeer regelmatig eten om de drie uur. Fantastisch.

En ik weet nu ook waarom ze zoveel bewoog in de buik: niet omdat ze zoveel wakker was maar omdat ze gewoon heel beweeglijk is, ook in haar slaap. Ze beweegt haar armpjes en beentjes ook in haar slaap. Dus mijn “zorgen” om een wakkere baby waren ongegrond. Anna slaapt praktisch onmiddellijk in na elke voeding en ze komt pas wakker zo’n vijf minuten voor de volgende voeding. Totale rust, dat is dat kindje.

Nu hopen dat het zo blijft. Sowieso is het nu al een ideaal vierde kindje: nog maar twee dagen oud en een volledig uitgeruste moeder, beter kan ik niet wensen.

Terugblik – nummer 4

Ja ja, ’t is alweer een volle twee en een halve dag geleden dus kan ik zeggen: terugblik.

Het begon allemaal op een mooie (?) zondagavond rond een uur of 10: een serieuze voorwee. Niet zo een zwakke om te negeren, maar eerder zo een naar de pijnlijke weeën kant op. Even in de gaten gehouden en ja hoor, een 15 minuten later nog een. En dan nog één 15 minuten later … dus Michel maar eventjes gewaarschuwd dat het nu wel eens prijs zou kunnen zijn.

Nog een uurtje afgewacht en toen versnelde het tempo: om de 10 minuten al. Dan maar als bezige bij beginnen rondcrossen: bed verversen, valiezen voor de drie reeds aanwezige kindjes maken, laatste was insteken en de voorlaatste was in de droogkast steken, lijstje overlopen over wat er mee moet.

Tijdens de bezigheden de indruk dat de voorweeën verminderd waren, maar toen ik me eventjes zette bleek van niet: door actief te zijn waren ze alleen niet zo pijnlijk en dus minder voelbaar.

Tegen middernacht een badje genomen: kwestie dat we toch proper gewassen en goed ruikend zouden toekomen in het ziekenhuis (het oog (en de neus) wil ook wat :)). Voor het bad kwamen de voorweeën al om de 8 minuten. Eens in bad weer dezelfde gewaarwording als voordien toen ik actief was: het proces was stilgevallen. Edoch, mij herinnerend dat een warm bad veel leed kan wegnemen op zo’n momenten (ervaring gehad bij Zelie toen ze me met echte weeën in bad lieten plaatsnemen) wachtte ik met conclusies trekken tot ik eruit zou zijn. En ja, eens uit het bad waren de voorweeën er nog steeds: om de 7 minuten.

Toen geprobeerd om te gaan slapen maar 1) omdat ik nerveus was dat mijn water zou breken in het verse opgemaakte bed en 2) omdat de voorweeën nu eenmaal niet van de minste waren geraakte ik niet in slaap, dus maar weer opgestaan en in de living het verdere verloop van de historie afgewacht. Een boekje gelezen en met een half oog naar een slechte griezelfilm gekeken en tegen dan was het 2 uur en kwamen de weeën ongeveer om de 5 minuten (tenminste als ik erop lette).

Discussie met Michel wat te doen: op 4 uur tijd waren het nog altijd maar voorweeën en het kon zo nog uren doorgaan maar wat als het opeens versnelde? Uiteindelijk toch maar mamie gebeld om haar op de hoogte te brengen, en dat het nog uren kon duren, en dat er dus geen haast bij was, maar misschien, voor de zekerheid, eh? en zij zei dat ze er binnen een uurtje zou zijn maar als het veranderde moesten we maar bellen en ze zou vlugger afkomen.

Mamie was er tegen 3 uur en ondertussen waren wij nog aan het wachten. De voorweeën waren niet echt veel vooruit gegaan maar hielden ook niet op.

Michel was ondertussen hard aan het doorwerken om iets klaar te krijgen voor het werk zodat hij het kon opsturen voor we vertrokken.

Tegen 4 uur kwamen de voorweeën om de 3 minuten en vanaf dan: geen vooruitgang meer. Michel was klaar met zijn werk tegen 5u15 en toen besloten we toch maar eens tot aan het ziekenhuis te gaan (met een schop in ons gat van mamie :)).

Grappige situatie in het ziekenhuis. Gezien Michel niet rijdt deed ik het dus maar zelf (hoe zouden we er anders geraken met al die bagage en al) en toegekomen op de spoed moet ge u aanmelden. Ik dus zeggen: “goedemorgen, ik kom denk ik bevallen” en we werden binnengelaten.

Toen ik moest bevallen van Zelie moesten we ook langs de spoed en toen werd ik in een rolstoel neergepoot en reden ze mij naar de kraamafdeling. Deze keer wou ik mijn papieren aanbieden, en de mens aan de balie zei gewoon: “ga maar door naar de kraamafdeling, straat 6” en tot daar de betrokkenheid van de spoed: geen rolstoel nodig voor madam en als ze onderweg bevalt moet ze haar plan maar trekken 🙂 (’t is namelijk wel nog een eindje lopen tussen de spoed en straat 6).
Eens op straat 6 toegekomen was er dezelfde “bezorgdheid”: of we ons nog eventjes wouden zetten, ze zouden zo dadelijk komen. De zetel waar we ons mochten zetten was vlak naast een kamer waar een vrouw duidelijk weeën had want ze schreewde gelijk een varken dat geslacht wordt. Eerst ging één vroedvrouw binnen, twee seconden later een tweede vroedvrouw op de voet gevolgd door de anesthesist.

Michel en ik kwamen bijna niet meer bij van het lachen: absurde situaties. Voor hetzelfde geld moest ik op dat moment bevallen en was er dus niemand om het mee te maken.

Eens die vrouw geholpen was waren wij aan de beurt: naar een arbeidskamer gebracht, onderzocht voor opening (bijna 2 cm); geïnstalleerd aan de monitor en dan was het afwachten hoe het verder zou gaan. Ondertussen was het zowat 6u ’s ochtends.

Michel had een paar afleveringen bij van The Daily Show en daar hebben we dan een tijdje naar gekeken tot ik te moe werd en mijn ogen dichtvielen. Jammer genoeg niet om te slapen want telkens ik wegedommelde kwam er weer een voorwee. Uiteindelijk op mijn zij gerold en rond 7u15 ben ik blijkbaar dan toch in slaap gevallen … tot de volgende voorwee een half uur later.

Ik dacht dus dat het hele proces was stilgevallen en toen ze mij onderzochten om iets voor 8u had ik nog altijd maar amper 2 cm opening. Ze lieten mij nog een tijdje aan de monitor en gezien mijn gyneacoloog blijkbaar ook de gyneacoloog was van de schreeuwende vrouw verder op de gang zou hij later langskomen om te beslissen wat er moest gebeuren.

Eerst nog een onderzoekje om 8u30 (een goede 2 cm al) en rond 8u45 kwam de dokter dan kijken. Hij constateerde bijna 3 cm en besloot dat mijn vliezen zouden gebroken worden om het proces in een stroomversnelling te brengen. Een enorme opluchting voor mij: ik was er bijna van overtuigd dat ik terug naar huis zou mogen gaan tot het “echte” werk begon.

Eens de vliezen gebroken ging het een beetje beter vooruit. Op een half uur tijd had ik plots 4,5 cm opening en vroeg ik een epidurale: ik wou geen risico’s nemen dat het plots té rap voorruit zou gaan en ik dan geen tijd meer zou hebben voor een epidurale. Zelie epiduraalloos proberen op de wereld brengen was poging genoeg. 🙂

Eens de epidurale zat kwam er weer een pauze aan: de frequentie van de weeën vertraagde weer en dus werd een baxter bijgestoken om de weeën weer op te wekken. En de volgende uren ging het zo door: beetje meer druppels uit de baxter, beetje verminderen, een centimetertje bij, nog een halfje … en wij maar wachten.

Tot ik plots te veel pijn kreeg. Het zat eigenlijk zo: de epidurale werkt gemiddeld anderhalf uur en die begon tegen 11u15 uit te werken. Ik bellen dus voor nog een “shot” (de knop lag buiten mijn bereik) en dat kreeg ik zonder problemen. Ondertussen nieuw onderzoekje: 7cm ontsluiting en nog een halve cm voor de baarmoederhals nodig dus we waren er nog belange niet. Een half uur later kreeg ik dus plots toch opnieuw te veel pijn: alsof de epidurale niet werkte. Opnieuw gebeld. De verpleegster wou (kon) niet bijdrukken gezien pas gedrukt een half uur er voor en besloot dus om te onderzoeken: en ja, ik had bijna volledige ontsluiting en de baarmoederhals was zo goed als volledig verstreken. De vroedvrouwen waren dus rap weer aan de telefoon met de dokter: ze hadden hem nog maar pas gemeld dat het nog een tijdje kon duren en dus wouden ze hem tegenhouden voor hij eventueel het spreekuur zou sluiten en naar huis zou gaan (in Drongen).

En plots ging het heel snel. Vreselijke pijnen van de kleine die zat te duwen om eruit te komen. Blijkbaar is het normaal dat er een deel niet verdoofd is door de epidurale, het deel waar het hoofdje tegen duwt om eruit te geraken. Ik dus puffen en doen en eerst had niemand het door omdat de weeën al een tijdje niet meer geregistreerd werden (small hiccup). Na onderzoek bleek ik klaar om te bevallen en werd ik in zeven haasten naar de bevallingskamer gerold met ondertussen de boodschap om vooral niet te persen. Het rare was dat ik eigenlijk helemaal geen persdrang had en ik gewoon pijn had, pijn die ik wel deftig kon opvangen.

Enfin, eens in de verloskamer werden we eerst gevraagd of er een eerstejaarsstudente de bevalling mocht meemaken. Daar hadden wij geen problemen mee. Volgende stap was dat ik even (heel kort) mocht meeduwen met de volgende wee en dat gaf als resultaat dat de vroedvrouw in de gang begon te roepen naar iedereen die het horen kon “dat de dokter moest lopen”: humor.

De dokter was er net op tijd bij voor de volgende wee en met die wee hebben we Anna dan maar op de wereld gebracht.

Supergemakkelijke en -vlugge bevalling dus … alhoewel ze wel een lange aanloop had en het resultaat mag er wezen, al zeg ik het zelf.

Dagje Jan

Vandaag was Jan een ganse dag alleen thuis: pedagogische studiedag op de peutertuin.

Zelie en Louis waren naar goede gewoonte ’s ochtends naar school en in de namiddag bij mamie (mijn schoonmoeder dus, die zeer genereus aangeboden heeft verder de kinderen op te vangen op woensdagnamiddag ondanks dat ik thuis ben – wreed bedankt). Dus een dagje alleen met Jan. Een zeer productief dagje.

Gezien ik dus niet terug in mijnen nest kon kruipen of lui in de zetel hangen heb ik een deel van mijn lijstje afgewerkt:

  • mijn valies gemaakt. Ik vond het eindelijk hoog tijd gezien ik gisterenavond (of moet ik zeggen “vorige nacht”) nog zeer lang heb wakker gelegen van opeenvolgende voorweeën. Niet makkelijk om daarmee in slaap te vallen. En een teken aan de wand, zou ik zo denken. Dus besloten om niet langer uit te stellen en de valies klaar te zetten en dat is dus gelukt
  • de valies voor de baby gemaakt. Ze is nog niet volledig: alleen de hemdjes mankeren maar die komen morgen
  • doopsuikers afgewerkt. Dankzij de hulp van mijn goede vriendin E. hebben we samen de laatste hand gelegd aan de afwerking. Uiteraard nog geen 100%, de naametiketjes moeten er nog aan, maar daarvoor moeten we wachten op de geboorte
  • de adressenlijst vervolledigd en ge-updated (maar dat had ik eigenlijk gisteren al gedaan en Michel moet ze nu nog afwerken).

Jan was in de buurt toen ik de valiezen maakte en liep totaal niet in de weg: hij vond het wreed plezant zo van de ene kamer naar de andere te lopen. Tijdens het maken van de doopsuikers deed hij zijn middagdutje, dus dat was veilig.

Eens Jan wakker was zijn we gaan wandelen: eerst fruit halen en dan op het gemak terug naar huis via een “omwegje”. Heel traag kwestie van mij niet te forceren, maar het was zo mooi buiten en we hebben er alletwee van genoten. En eens weer thuis heb ik voor het avondeten gezorgd: een gezond slaatje (sla, tomaat, witloof, komkommer, ajuin, paddestoelen, kippewit, kaas en hesp met een sausje van 1/3 mayonaise, 2/3 yoghurt en veel kerriepoeder) voor iedereen (ja, ook de kinderen) en voor de uitzondering zaten we eens allemaal samen aan tafel. Heel gezellig.

Hoe lastig en veeleisend Jan ook kan zijn als broer en zus aanwezig zijn, zo braaf, lief en gehoorzaam is hij als hij alleen thuis is. Ik heb hem zelfs zonder (veel) problemen in bed gekregen én Michel was er niet om hem te troosten 🙂 Triomf!

Een op alle vlakken geslaagde dag dus want met Jan had ik een beetje een zware dag gevreesd, maar niets was minder waar. Zeer leuk en dus zeker voor herhaling vatbaar.

Enige minpunt: gezien ik eigenlijk van de hele dag niet gerust heb heb ik momenteel nogal veel harde buiken. Enfin, vingers gekruist houden dat de baby nu nog tot na het optreden van De Nieuwe Snaar morgen wacht en vanaf dan: kom maar af. ’t Is genoeg geweest (alhoewel: nog een paar extra dagen om alles op punt te stellen kan eigenlijk ook geen kwaad).

Terugblik – nummer 3

En zo zijn we aanbeland bij de, voorlopig, laatste bevalling.

De omstandigheden van de laatste weken zwangerschap waren niet ideaal (om het zacht uit te drukken). Eigenlijk waren er een aantal elementen tijdens de gehele zwangerschap die niet ideaal waren, maar die laatste weken waren toch een apotheose.

De zwangerschap op zich verliep vlekkeloos: nooit last gehad van enig probleem, net zoals bij Zelie en Louis, vlekkeloze zwangerschap en zeer goed kunnen genieten. Fysiek geen specifieke lasten en de ontwikkeling bij de baby verliep zonder problemen.

De omstandigheden errond waren minder. Het begon in augustus met een zware buikgriep bij mij waardoor ik bijna twee weken buiten commissie was, tijdens de maand oktober ongelooflijke stress op het werk door een werknemer die plots doordraaide omdat ze van job veranderde, in december eerst alletwee de kindjes ziek wat bij Louis eindigde in het ziekenhuis met een longontsteking (en ik had er hoogstwaarschijnlijk ook één, maar gezien de baby konden ze alleen afgaan op de bloedproeven en geen foto’s nemen) en dan de apotheose: Michel die zijn rug brak 18 dagen voor de bevalling en dus in het ziekenhuis lag tijdens de bevalling.
De bevalling was voorzien voor den 22sten en ik vermoed dat die 4 dagen wel iets te maken zullen gehad hebben met dat laatste.

Enfin, over naar “de feiten”.

De bevalling is begonnen net zoals bij Louis: met voorweeën de dag voordien; op dinsdag. Een gewaarschuwd vrouw is er twee waard en toen ik die voorweeën opmerkte heb ik ze direct in de gaten gehouden qua regelmatigheid. Die dinsdag kwamen ze maar om de paar uur, dus ik had tijd genoeg. We woonden toen bij mijn schoonouders en met alle miserie al van Michel besloot ik om mijn mond zo lang mogelijk; te houden kwestie van mijn schoonmoeder niet nog meer op de kast te jagen met bijkomende zenuwachtigheid.

Woensdagochtend opgestaan en de kinderen naar school gebracht. De voorweeën waren toen al dichter op elkaar, maar nog niets alarmerends. ’s Middags waren de kinderen dan thuis, samen gegeten inclusief mamie, en rond 14u besloot mamie Michel te gaan bezoeken in het ziekenhuis. Geen probleem, dacht ik, de voorweeën kwamen maar om de 30 minuten dus nog meer dan genoeg tijd.

Tegen 16u kwamen de voorweeën zo om de 10 minuten en ik begon mij lichtjes zorgen te maken want mijn schoonmoeder was nog niet terug en wat als ze besloten had om eerst nog boodschappen of zo te doen: moest ik dan vertrekken naar het ziekenhuis en de kinderen meenemen? Vragen, vragen. Geen paniek: een kwartiertje later was ze er en ik was op mijn gemak. Voor de zekerheid heb ik mijn schoonmoeder dan toch maar eindelijk ingelicht over de voorweeën.
Om 17u kreeg ik het in mijn kop om nog gevulde pannenkoeken te maken voor de kinderen voor ik zou vertrekken naar het ziekenhuis. Enige probleem: de voorweeën kwamen toen al om de 4 minuten en ik begon mij toch wel een beetje vreemd te voelen (understatement). Mijn schoonmoeder insisteerde dat ik nu toch misschien maar beter naar het ziekenhuis zou gaan … ge kunt nooit weten. Uiteindelijk heb ik het pannenkoekenidee laten varen, heb mijn valies gepakt, saluu gezegd tegen de kindjes en ben tot bij Michel gereden.

Bij Michel op de kamer nog een uur gewacht vooraleer we naar de kraamafdeling liepen. De afdeling van Michel was al dagen op voorhand op de hoogte gebracht van “de regeling” voor de bevalling. Gezien Michel toen al rondliep (hobbelen eerder) gingen de verpleegsters met zijn bed naar de kraamafdeling lopen en ging Michel erachter gaan. Als het te moeilijk werd kon hij weer in het bed gaan liggen.

Zo gezegd, zo gedaan. Rond 18u30 (de voorweeën waren er toen om de minuut) vertrokken we van de afdeling neurologie naar de kraamafdeling in kolonne: twee verpleegsters met Michel zijn bed, Michel en ik erachteraan gehobbeld. De blikken van de mensen in de gang waren goud waard. Zeer grappig.

Eens op de kraamafdeling werd Michel zijn bed bij mijn bed in de arbeidskamer gerold (kon maar nét binnen) en was het afwachten op “the real thing”. De eerste echte wee kwam uiteindelijk om 19u en bijna onmiddellijk erna werd mijn epidurale gezet. Voor Jan gaf deze gelukkig geen problemen: zijn hartslag bleef sterk, dus geen paniek deze keer. De weeën zelf werden er wel door vertraagd: van om de 5 minuten direct naar om de 10 minuten.
Jan was dus blijkbaar niet zo gehaast als Louis: de ontsluiting ging zeer geleidelijk, zonder noemenswaardige sprongen, en pas na 3 uur was ik klaar om te bevallen. De bevalling zelf duurde maar een fractie van een seconde: één keer persen en Jan kwam al te voorschijn. Ook achteraf geen enkel probleem: geen bloedingen en een nageboorte die er ook zonder enig probleem uitkwam.

Tot nu toe toch één bevalling die vlot ging. Het geeft hoop voor nummer 4.

Vakantie

Ha! Niet ikke (alhoewel :)) maar mijn gyneacoloog.

Ik wist het wel: hij gaat normaal gezien op vakantie met zijn gezin in de paasvakantie, maar ik had er tot vandaag nog niets van gehoord dus ik hoopte dat misschien dit jaar…

Vergeet het. Hij moest mij inlichten over de “dienstregeling” van de komende weken en ja hoor: van 1 april tot en met 8 april is hij er niet en ik ben uitgerekend voor 6 april. Hij zal vervangen worden door een vrouwelijke gyneacoloog (de gyneacoloog van mijn vriendin, dus ik heb daar wel vertrouwen in) en ik ben al blij dat het een vrouw is want eerlijk gezegd: die gyneacologische bezoeken en tussenkomsten zijn niet iets waar ik naar uitkijk, laat staan dat het dan nog een vreemde man is die tussen mijn benen zal kruipen (om het een beetje oneerbiedig te zeggen).

Dus officiëel heb ik nu nog 2 weken en 2 dagen te gaan maar is mijn gyneacoloog er maar 1 week en 4 dagen meer. Ik heb nog een afspraak volgende vrijdag, den 31sten, dus een ideaal moment om dan af te komen. Nu dat nog aan het verstand brengen van een ongeboren baby want overtijd gaan (dus wachten tot na den 8sten) zie ik eigenlijk niet zitten 🙁

Ik moet zeggen: de andere drie hebben er ook rekening mee gehouden: Zelie is geboren op een maandag na het weekend waarop de gyneacoloog niet van dienst was, Louis is geboren op de vrijdag vlak voordat de gyneacoloog zijn paasvakantie nam en Jan is gewoon op een woensdag geboren. Hoop doet dus leven hé.

Terugblik – nummer 2

De saga gaat voort. Tijd om terug te kijken naar de tweede bevalling.

De geboorte van Louis was iets totaal anders dan die van Zelie. Kwestie van totaal geen referentiepunten te hebben kan tellen.

De bevalling van Louis is eigenlijk begonnen minimum zo’n 24 uur voordien. Dat ik het exacte moment niet weet, komt omdat ik toen niet wist dat het eindelijk in gang was geschoten.

Ik was uitgerekend voor 11 april en had nog een controle bij de gyneacoloog op die dag, hopend dus dat die afspraak niet zou doorgaan. Buiten Louis gerekend dus want hij vond blijkbaar dat hij goed zat waar hij was en toonde nog geen enkel teken om eruit te komen.

Voor de eigenlijke afspraak eerst nog een half uur aan de monitor (standaard eens je je datum bereikt hebt) om te zien of de baby het nog goed doet. Alles bleek in orde. Daarna naar de afspraak en bevestiging gekregen van de gyneacoloog: nog niets van opening en de baby was eigenlijk nog niet echt ingedaald.

Frustratie dus. 9 maanden wachten is al lang genoeg. Als je dan over datum gaat wordt het alleen erger. Moedeloos terug naar huis dus en het wachten voortzetten.

De dag erop kreeg ik voorweeën. Dat zeg ik nu gezien ik nu weet dat het voorweeën waren, maar toen wist ik dat niet en dus gedurende die donderdag 12 april kreeg ik zo heel af en toe een vaag gevoel van “maandstondenkrampen” oftewel dus voorweeën. Geen aandacht aan besteed. Het was ook maar om de zoveel uur en pijnlijk was dat niet. Ondertussen was ik de harde buiken ook al gewoon dus negeerde ik het gewoon.

’s Nachts een aantal keer wakker geworden van die voorweeën (weet ik nu dus, maar toen niet: ik kwam nogal verward wakker met een vaag gevoel van dat er iets raars was, maar ik kon mijn vinger niet op het probleem leggen en dus sliep ik maar rap weer in).

Vrijdagvoormiddag begonnen die voorweeën mij wel op te vallen. Rond een uur of 10 ’s ochtends kreeg ik door dat het 1. voorweeën waren (ik had er over gelezen) en 2. dat ze toch wel zeer regelmatig kwamen: zo om de 20 minuten. Eindelijk begon ik er aandacht aan te besteden en tegen 12 uur kreeg ik die voorweeën zo om de 5 minuten.

Zeer bizar, dacht ik, dus het hospitaal gebeld om te weten of zij mij iets meer konden vertellen: “nee madam, zeer raar, nog nooit van gehoord. Weet ge wat: komt binnen, dan leggen we u aan de monitor en we zullen dan eens kijken.”

Michel dan maar gebeld (hij werkte toen gelukkig bij ons achter de deur) die dan afkwam. Philippe (Michel zijn broer die toen heel handig eventjes voor de gelegenheid bij ons ingetrokken was) voerde ons naar het ziekenhuis waar ik in een piepkleine ruimte werd gestationeerd (niets van plaats in één van de vele arbeidskamers: sinds woensdag was er blijkbaar een babyboom aan de gang) en aan de monitor gelegd. “We zullen binnen een half uurtje eens komen kijken”, kreeg ik nog als afscheid van de vroedvrouw.

Dat half uurtje werd een uur en ondertussen bleven die voorweeën maar voortduren. Tegen 13u kwamen ze om de 2 minuten. Zeer oncomfortabel maar helemaal niet pijnlijk. Toen de vroedvrouw dus eindelijk kwam kijken bevestigde ze wat ik al gezegd had: voorweeën, geen weeën, zeer regelmatig en ze vond het raar. Ze ging er mijn gyneacoloog bijhalen “want hij was hier toch net bezig met (nog) een bevalling” om eens te kijken en te zien of en wat er eventueel moest gebeuren.

Toen de gyneacoloog om 13u30 eindelijk kwam kijken had ik nét mijn eerste wee gehad: joepie! Hij heeft dus de vroedvrouw erbij gehaald en ik werd naar een arbeidskamer verhuisd. De volgende wee kwam direct een paar minuten later en de volgende wee nog eens 5 minuten later. Blijkbaar waren die voorweeën een goede voorbereiding geweest.

Eenmaal op de arbeidskamer direct een epidurale laten zetten om dan op mijn gemak te kunnen wachten op het verdere verloop.

Als ge nu denkt dat deze bevalling vlot ging, vergeet het. Louis reageerde slecht op de epidurale. Van een sterke hartslag van rond de 150 slagen/minuut ging hij naar 98 slagen/minuut. Voor de mensen zonder referentiekader: er wordt altijd gezegd dat de hartslag van de baby boven de 100 slagen/minuut moet blijven.

Ondanks de geruststellingen was ik toch ongerust.

De verdoving die in mijn lijf zat konden ze er niet uit krijgen maar ik mocht het vergeten om “bij te spuiten”: te veel risico voor de baby. Gelukkig bleef Louis goed reageren op de weeën (bij elke wee ging zijn hartslag omhoog tot zo’n 130 slagen/minuut) en, werd ons gezegd, zo lang hij reageert op de weeën was er niets om u zorgen in te maken.

Het ging wel zeer goed vooruit. Eerst leek het van niet: toen ik binnengebracht werd in de arbeidskamer had ik al ontsluiting van zo’n 6 cm, maar een uur later had ik nog steeds maar 7 cm. Die controle gebeurde rond 14u30. Vijf minuten later voelde ik een rare druk: alsof ik moest persen. Het gevoel was duidelijk (de epidurale was aan het uitwerken) en ik belde dus de verpleging. De vroedvrouw controleerde en stelde vol verbazing vast dat ik op die 5 minuten tijd wel volledige ontsluiting had en klaar was om te bevallen. Ik werd in zeven haasten naar de bevallingskamer gerold, de gyneacoloog werd opgebeld en eens daar moest ik direct beginnen persen, zonder gyneacoloog aanwezig.

Vlak voor de tweede persing kwam de gyneacoloog er ook bij. Met maar een halve epidurale meer voelde ik meer dan genoeg pijn. Ik lag te daveren op de tafel, maar blijkbaar was dat normaal (“van de shock madam”) en een goede vijf minuten nadat ik de bevallingskamer was binnengerold, slechts twee keer moeten persen, lag Louis op mijn buik. 14u40: Louis was die dag, vrijdag de 13e, de 13e baby die geboren werd in het AZ Sint Lucas.

Louis bleek 100% in orde: perfecte apgar score, direct wenen, dus geen gevolgen van de epidurale.

Ook geen complicaties nadien (noch voor hem, noch voor mij). Een uur na de bevalling liep ik al rond.

De eerste nacht, wegens de enorme drukte van de laatste dagen, heb ik nog een kamer moeten delen met de mevrouw die baby nummer 15 van die dag op de wereld had gezet (die mevrouw was bijna in de lift bevallen: we hebben haar zien binnenrijden in een rolstoel, onmiddellijk naar de bevallingskamer en, ik overdrijf echt niet, 10 minuten later lag ze in een bed op de gang bij mij) en de dag daarop kregen we onze eigen kamer.

Ik moet zeggen, de ervaring van een kamer te delen met een andere vrouw en baby is voor mij niet voor herhaling vatbaar. Niet dat die vrouw en baby lastig waren, integendeel, maar ik geef toch de voorkeur aan het alleen zijn na een bevalling: elke storing is toch een echte storing.

To be continued …

PS: de commentaar van Huug deed met aan nog een detail denken.

De geboorte verliep zeer vlot maar ik was vergeten dat het niet zo vlot ging met de nageboorte: die wou er niet uitkomen.

Resultaat: uiteindelijk is dr. gyneacoloog er met gans zijn hand (en stuk arm) moeten ingaan om “den boel” eruit te schrapen met zijn vingers. Ik kan u verzekeren: aangenaam is anders. Maar beter zo dan via een operatie, nietwaar 🙂

Prepare

Ik ben begonnen aan “de voorbereidingen” voor de bevalling.

Gezien er in onze familie nogal wat kindjes geboren zijn de laatste jaren werden de dingen wel eens doorgegeven, zoals de kleertjes voor de eerste maand. Dus ben ik een lijstje aan het maken met wat er nu allemaal nog moet gebeuren voor de geboorte:

  • het kaartje moet in orde gemaakt worden (ontwerp en lay-out en zo) – voor Michel
  • de valies voor den kleinen maken (kleertjes zijn bij mijn zus – zij zal ze zondag meebrengen)
  • mijn valies maken (hoofdzakelijk pijama’s, toiletgerief en verder één “tenue” voor als ik terug naar huis ga, dus dat is een gemak en kan ik nu al doen)
  • doopsuikertjes afwerken. De “recpiënten” zijn in orde, nu alleen nog vullen. De volledige versiering errond moet wel nog in orde gebracht worden maar gezien ik weet wat ik nodig heb en waar ik het kan vinden, zal dat geen problemen geven
  • valiezen maken voor de kindjes. Terwijl ik in het ziekenhuis ben gaan ze logeren bij mijn schoonfamilie (grote dank), dus moet ik eens beginnen kijken naar wat zeker meemoet. Een lijstje apart dus opstellen want gezien het (hopelijk) nog een aantal weken is kan ik nu al moeilijk hun valies klaarzetten
  • adressen verzamelen. Nog iets voor Michel. Het adressenbestand van bij Jan zijn geboorte zit in een computer die al een tijdje niet meer gebruikt wordt. Michel moet hem dus weer aanzetten en de adressen eruit halen om dan te kunnen kijken welke nog geldig zijn en welke niet en om, uiteraard, de lijst aan te vullen waar nodig (ja, in die twee jaar hebben we een aantal nieuwe mensen leren kennen die we toch wel een kaartje zouden willen sturen :))
  • de drukker contacteren en zien hoeveel werk hij al heeft rond de voorziene periode en of we er nog tussen kunnen, maar normaal gezien is dit geen probleem.

Voor het moment is dat het zo wat, denk ik. Maar als ik iets vergeten ben: geef maar commentaar 🙂 En nee, “valies voor Michel maken” ben ik niet vergeten bij de puntjes: ik zou zo denken dat hij “groot en oud” genoeg is om daar zelf aan te denken 🙂

Terugblik – nummer 1

Nu het alsmaar dichter komt, de bevalling dus, dacht ik om mijn drie vorige eens in herinnering te brengen.

Als het ooit zo ver komt kunnen de kinderen daar dan ook eens van “genieten” alhoewel ik vermoed dat dat iets is dat je eigenlijk niet vergeet.

Voordat ik verder ga, een advies voor toekomstige moeders (en mannen in het algemeen :)): misschien is het beter om nu niet meer verder te lezen?

***

Ze zeggen van bevallingen dat, eens de bevalling over is, je de pijn vergeet en alleen het resultaat herinnert.

Ik kan mij daar maar gedeeltelijk bij aansluiten.

Je vergeet effectief dé pijn, of beter de soort pijn. De pijn van de weeën en de bevalling is namelijk zo specifiek dat het niet de vergelijken valt met een andere pijn zodat, eens de bevalling voorbij is, je de pijn “vergeet”. De pijn zelf wel maar niet de kennis dat het een vreselijk erge pijn was.

Het zal wel met opzet gedaan zijn door de evolutie en al: moesten we effectief dé pijn herinneren zouden we niet zo dwaas zijn het nog eens te doen (en in mijn geval: en nog eens en nog eens).

***

Toen ik zwanger was van Zelie ben ik nooit bang geweest voor de bevalling. De aard van het beestje zeker: ik heb geen zin om mij zorgen te maken over dingen waar ik toch niets aan kan doen. De bevalling ging er hoe dan ook komen dus zou ik wel zien wat het zou geven.

Ik was uitgerekend voor vrijdag 2 juli 1999 en werkte op dat moment als zelfstandig medewerker in een kantoor. Dus vrijdag 25 juni zei ik tegen mijn baas dat het misschien beter was dat ik de week erop van thuis uit zou werken voor het geval…

Het weekend van 26-27 juni waren we dan in Oudenaarde (mijn thuisstad by the way) voor ons jaarlijkse portie bierfeesten en we zijn zaterdagavond nog eens goed uit de bol gegaan.

Het moet eigenlijk grappig geweest zijn om te zien: we waren met 3 koppels, met mezelf zo goed als 9 maand zwanger en mijn twee vriendinnen beiden 7 maand ver. Waggel waggel.

Enfin, heel leuk weekend gehad, zondagavond terug naar huis en maandagochtend moest ik om 5u plassen. Een paar minuten later kroop ik terug in bed en ik was net in het slaap aan het vallen toen … mijn water brak.

Michel en ik zijn op ons gemak dan maar opgestaan, hebben ons gewassen en ik heb ons dan maar naar het ziekenhuis gereden (Michel heeft geen rijbewijs, weet ge nog).

Rond 6u in het ziekenhuis toegekomen, in een rolstoel beland (hospital policy) en net toen ik zat kreeg ik mijn eerste wee. Pijnlijk. Enorm. Dát herinner ik mij nog heel goed.

Zoals elke onwetende wou ik het op de natuurlijke manier proberen: geen verdoving. Miljoenen vrouwen hadden het gedaan voor mij dus ik kon dat ook.

Eens in de arbeidskamer bleek dat ik al 4 cm ontsluiting had. Dat ging dus vlug en gaf me goed moed.

Ik had bij de kinesiste (mijn zusje) mijn ademhaling geoefend en telkens er een wee was kneep ik Michel zijn hand aan flarden en pastte de oefeningen toe. Dat hielp.

Een uur later had ik al 7 cm ontsluiting dus ging het goed vooruit. Dacht ik.

Wist ik veel dat dit het was voor de komende twee uur. Om 9u had ik nog steeds maar 7 cm ontsluiting maar de weeën kwamen nu wel om de halve minuut. Geen tijd meer om adem te halen, laat staan om tussendoor op adem te komen.

Toen ze mij dus (nog eens) vroegen of ik een epidurale heb ik niet meer geaarzeld: liefst gisteren al.

Gezien de weeën zo vlug opeen kwamen zat er een verpleegster én Michel op mij om mij in bedwang te houden, want voor een epidurale te steken moet je doodstil blijven zitten.

De opluchting en het geluk toen de verdoving begon te werken. Onbeschrijflijk. Kijk maar naar de video van An en dan zie je wat ik bedoel 🙂

Eens de epidurale zat ging het uiteindelijk weer sneller. De uitleg die daarbij gegeven werd was dat, hoe meer ontspannen je bent, hoe rapper je lichaam zich klaarmaakt en als de weeën om de halve minuut komen kan je je niet echt ontspannen.

Tegen 10 u was ik klaar om naar de bevallingskamer te gaan: volledige ontsluiting, zachte baarmoederhals dus de bevallingstafel op. Nog een drukje op de knop voor een beetje meer verdoving en de show kon beginnen.

Door die tweede druk op de knop was er maar één probleem: een beetje té veel verdoving. Ik voelde niets, maar dan ook niets meer en om te bevallen moet je meeduwen met de weeën. Dus was ik afhankelijk van de vroedvrouw om mij te vertellen wanneer ik moest duwen.

Om 10u15 ben ik eraan begonnen. Zelie kwam vlot naar beneden. In twee keer duwen zat ze aan de ingang … en toen was het gedaan. Zelie knikte haar hoofdje niet naar beneden waardoor ze niet naar buiten kon.

Een half uurtje gewacht opdat ze zich goed zou leggen, maar er gebeurde niet echt iets. Dus werd de zuignap gehaald om haar eruit te trekken.

Zelie moet het gehoord hebben want toen ze binnenkwamen met dat ding knikte ze haar hoofd en konden we, zonder technische hulp, voort doen. Nog twee keer geduwd, de vroedvrouw die meeduwde zittend bovenop mijn buik en daar was ons meisje: 10u56.

***

Zelie haar geboorte heeft nog een staartje gekregen. Door een onvoorzienigheid bleef ik bloeden. Persoonlijk heb ik er niets van gemerkt, maar dat kon niet gezegd worden van de omgeving.

Waarom ik niets doorhad? Ik was wakker sinds 5u, was net bevallen, had na de bevalling bijna 2 uur mogen wachten voor we naar de kamer konden. Ik was dus doodmoe. En leegbloeden maakt je nu ook niet echt actief.

Op de kamer gekomen was de vroedvrouw de eerste die iets merkte: na een bevalling verlies je wel veel bloed (heel normaal) maar niet in de mate dat, als ze op je buik duwen, het bloed in klonters naar buiten spuit.

De vroedvrouw waarschuwde dus de verpleegster om een oogje op mij te houden.

Toen de verpleegster kwam kijken en ook op mijn buik duwde spoot er nog meer bloed uit. Zij haalde er dus haar collega bij, die de handeling herhaalde en toen haalden ze er samen de hoofdverpleegster bij die nogmaals hetzelfde deed.

Daarna gingen ze met zijn drieën pow-wowen over de volgende stap: de dokter erbij halen of niet? Ja dus.

Beeld u ondertussen de situatie in: ik lig in een ziekenhuisbed waar het bloed letterlijk van afdruipt. Ik besef niets want het enige dat ik wil is slapen. Ik zie ook niet wat er aan de hand is want ik heb mijn bril niet op.

Michel daarentegen zit in een zetel naast het bed met Zelie in zijn armen te kijken naar al het personeel dat binnenkomt en met de minuut ongeruster en ongeruster wordt en naar het bloed dat van het bed loopt.

De dokter kwam toe, duwde zelf ook nog eens op mijn buik om dan met geruststellende stem te zeggen dat ik eventjes ging geopereerd worden.

De stem was geruststellend, ik maakte mij nog steeds geen zorgen (misschien was ik gewoon te moe ook) maar blijkbaar sprak zijn gezicht boekdelen.

Voor ze mij wegreden zei ik nog tegen Michel “draag goed zorg voor de kleine”. Door hem werd dat zo een beetje opgevat als een soort afscheid: hij zag al het bloed en ik zag lijkbleek tegen dan. Voor mij was het gewoon iets praktisch: het kind was ocharme 2,5 uur oud, dus moest hij er goed zorg voor dragen.

Twee verpleegsters liepen in zeven haasten met mijn bed naar de operatiezaal. En gezien ik nog steeds van toeten noch blazen wist maakte ik maar flauwe grapjes.

Toen we aan de lifdeur stonden te wachten deed ik bv. mij ogen open (ik had ze dichtgedaan met al dat fluorescerend licht van de gangen) en toen zeiden de verpleegsters: “ja madam, blijf maar wakker”. Ik antwoorde lakoniek “ik ben nog niet van plan dood te gaan hoor: ik heb net een prachtige dochter gekregen”.

Boven in de operatiezaal zei de anesthesist tegen mij: “Tot straks madam” en ik zei doodleuk “hopelijk hé” met een grote glimlach. Dienen dokter in halve paniek “maar natuurlijk, zo moogt ge niet denken hoor”.

Enfin, al’s well that ends well: een uur en een paar liter bloed later (rond 15u) was ik uit narcose op recovery en om 16u lag ik terug op mijn kamer.

De plek waar de dokter gesneden heeft (down there) heeft nog heel lang (veel) pijn gedaan (toch zo’n drietal weken) maar verder heb ik er niets aan overgehouden.

Ergens wel jammer dat ik nooit heb beseft in welke “gevarenzone” ik mij heb bevonden.