Status na 2 weken

Vandaag 2 weken geleden zijn we met Anna eindelijk naar huis mogen komen. Hoe stelt ze het ondertussen? is een ongelooflijk veelgestelde vraag. Niet verwonderlijk, daar niet van.

Awel, ze doet dat goed. Wat zeg ik? Zeer goed zelfs.

Sinds vorige week maandag gaat ze dus weer volle dagen naar school. Vrijdag was er wel een onderbreking wegens doktersbezoek en volgende vrijdag is het meer van hetzelfde (opvolgen, heet dat, en maar goed ook), maar voor de rest gaat ze dus gewoon naar school en ze amuseert zich zeer goed. ’s Ochtends kan ze wel nog eens een traantje laten, maar tegen dat ik 5 meter verder ben is dat verdriet al gepasseerd en ’s avonds is ze dolenthousiast.

Daar waar ze twee weken geleden fysiek soms nog niet al te sterk was, is daar nu niets meer van te merken. Ze zaagt wel rapper, vooral als ze moet stappen, maar gisteren heeft ze bewezen dat het dus effectief gewoon gemakszucht is en geen slappe beentjes: ze heeft een hele namiddag in het park gespeeld en rondgelopen en ’s avonds zat ze nog vol energie. De voorbije 2 weken had ik weer rapper de buggy uitgehaald, daar waar hij voor het ziekenhuisbezoek eigenlijk al zo goed als uit de deur was, en madam had dat dus zeer rap door gekregen.

En sinds zaterdag is ze eigenlijk op elk vlak weer terug naar hoe ze was voor het ziekenhuis. Want voor Anna het ziekenhuis binnenging was ze pamperloos, zowel overdag als ’s nachts. In het ziekenhuis was pamperloos niet echt een optie. Toen we naar huis mochten sliep ze opnieuw met een pamper en ’s ochtends waren die meestal wel vuil. Maar zaterdagnacht was het dus zonder én zonder accidentje en dus nu al twee nachten op rij geen pamper en een droog bed.

Ondertussen is ze ook al goed gewoon aan het drukverband en verdraagt ze de siliconen die eronder moeten zeer goed. De wonde ziet er goed uit (of moet ik nu ex-wonde zeggen), geen extra irritaties en als de siliconen eraf moeten dan klaagt ze eigenlijk dat zij ze er weer op wil. Kwa onderhoud valt het ook wel mee, want ik vreesde dat het serieus wat werk zou zijn. Ook goed nieuws hier dus, zowel voor haar als voor mij.

Alles gaat dus prima met haar en moest ik nu eens uitgeslapen geraken …

Stakingsgevolgen

Er wordt de laatste tijd gestaakt op de peutertuin en versta mij niet verkeerd, ergens kan ik daar zeer goed inkomen. Er is personeelstekort waar al veel voor beloofd is maar waarvan niets in huis komt (in tegendeel soms), ze zijn onderbetaald, …

Of een staking al dan niet zin heeft, daar ga ik mij ook niet over uitspreken, maar feit is dat de onmiddellijk getroffenen hiermee nog steeds de ouders zijn. Het geeft praktische problemen die je moet oplossen/opvangen. Maar meestal valt dat nog te regelen, soms moeilijker dan anders.

Wat veel erger is, is dat vooral de kinderen het zwaarst getroffen zijn.

Peuters zijn zeer eenhandig. Of toch de meeste peuters. Ze kennen ‘hun’ mensen, ze stellen daar vertrouwen in en houden niet van veranderingen en Anna is daar niet veel anders in dan andere peuters.

In vergelijking met haar broers is zij een graad beter, maar na drie dagen staking (niet opeenvolgend) en drie dagen (ook) vreemden die voor haar zorgden, is zij sinds vorige week haar vertrouwen in de peutertuin kwijt. Toen zij donderdag (toen de derde stakingsdag) toekwam huilde zij alsof het haar eerste dag was. De haar vertrouwde verzorgsters waren niet van nooddienst en ik heb haar bijna krijsend moeten achterlaten. Mijn hart brak.

Deze ochtend is het geen stakingsdag, maar de schrik zat er duidelijk in. In de auto begon ze al dat ze bij mama wou blijven en niet naar de peutertuin wou. Zelfs toen ik zei dat haar normale verzorgsters er zouden zijn, nog veranderde ze niet van gedachte. Toen ik haar uiteindelijk achterliet, bij de haar vertrouwde mensen, was het opnieuw in tranen. Ontroostbaar was ze.

En ja, ik weet ook dat het niet lang duurt, dat huilen, maar toch. Als je in het begin je kind ergens naartoe brengt en het is nieuw, dan stel je je daarvoor in. Je verwacht het. Eens ze het gewend zijn ga je ervan uit dat ze zich goed voelen en dus als ze zo hervallen is het allesbehalve leuk.

Morgen is het weer stakingsdag. In tegenstelling tot de vorige twee dagen zal de peutertuin niet open zijn en gaat ze een dagje bij mamie. Daarna nog twee dagen peutertuin en dan twee maanden thuis. Na de vakantie moet ze terug tot aan de herfstvakantie en ik vraag mij af hoe ze dan zal reageren.

Tand 13

Het is dus al een hele tijd geleden, van augustus 2007 meer bepaald, dat Anna nog tanden heeft gekregen, maar nu komt tand 13 erdoor: een hoektand linksonder.

Bij Zelie was het ook bijna een jaar wachten tussen het doorkomen van haar laatste-van-de-eerste-vier-kiezen en haar eerste hoektand. Indertijd maakte ik mij daar een beetje zorgen in, want die eerste 12 tanden volgden elkaar met de regelmaat van de klok op. Eens de hoektanden erdoor moesten komen gebeurde er dus niets meer.

Toen wij eens passeerden bij mijn schoonouders en daar toevallig vrienden van hen waren waarvan de man iets met tanden had gedaan, sprak ik mijn bezorgdheid uit en heeft hij even naar Zelie haar tanden gekeken. Niets om mij zorgen over te maken, wist hij mij te melden. Haar hoektanden zaten mooi klaar maar het kon best tot haar 2 jaar duren vooraleer die erdoor kwamen. En effectief, toen ze twee werd begonnnen haar hoektanden erdoor te komen.

Hoe het bij Jan en Louis was herinner ik mij niet meer, maar ik heb zo toch de indruk dat er niet zo’n lange tijd tussen was. Misschien kwam dat omdat hun andere tanden met langere tussenpozen kwamen zodat het verschil tussen tand 12 en 13 niet zo groot leek? Of misschien zat er net zoveel tijd tussen en herinner ik het mij dus gewoon niet meer.

Maar hetzelfde dus bij Anna: er zit acht maanden tussen tand 12 en 13. Vermoedelijk dat tanden 14 t/m 16 nu vlot gaan doorbreken. I’ll keep you posted.

Goed doel

Voor mensen met kinderen, misschien iets om eens met je kinderen samen te doen op tinternet.

Z@ppelin, de kinderzender op Nederland, doet een actie samen met Dick Bruna en zijn Nijntje, om geld in te zamelen om bibliotheken voor kansarme kinderen in verschillende landen te bouwen.

Ok, er zijn waarschijnlijk meer dingen die dringender zijn dan een bibliotheek, hoor ik u zo denken, maar is dat echt zo? Intellectuele ontwikkeling is even noodzakelijk als dagelijks uw portie eten en drinken binnen hebben. Er zijn al veel organisaties die zich daarop toeleggen, dus dit initiatief verdient uw steun evengoed.

En welk kind houdt nu niet van Nijntje (waarschijnlijk heel veel, maar dat is voor dit stukje een detail :)) dus surf als de weerga naar www1.zappelinennijntje.nl en bestel uw boekje. Blijf trouwens gerust hangen op de site hoor, er valt genoeg te ontdekken voor de kindjes en als dat kan aan de hand van nijntje en haar vriendjes, waarom niet?

Potty

Hoe zit dat nu met Anna’? zitten jullie je nu en masse af te vragen. Awel, ’t is genen vetten. Dat potje, ze is er duidelijk nog niet klaar voor.

Niet dat ze niet wil hoor. Allez: soms wil ze toch. En daar zit hem dus het probleem: madam haar willeke. Als ze het in haar hoofd krijgt dat ze op het potje wil, zal ze er ook opzitten. Zeker als ze kaka moet doen kan ze het goed zeggen en lukt het ook. Toch in de voormiddag. In de namiddag vaagt ze er haar voeten aan. Een plasje, dat is ook al een paar keer goed gelukt.

En dan spreek ik dus niet over toevalstreffers. Neen hoor. Anna zegt duidelijk dat ze naar het potje moet en doet dan effectief haar behoefte. Niets toeval, maar echt gericht. Maar nog altijd zegt ze het meer niet dan wel, dus van zindelijkeheid kunnen we niet spreken.

Op de peutertuin vaagt ze er gewoon radikaal haar voeten aan. Ze heeft daar nog geen accidentjes gehad als ze zonder pamper liep, maar blijkbaar gaat ze alleen op het toiletje zitten omdat ze dat leuk vind, niet om iets te doen. Aangezien ze daar maar anderhalfuur in een broekje rondloopt is het uitblijven van accidentjes dus ook niets verbazingswekkend.

Nu, ik jaag er mij absoluut niet in op hoor. Ze heeft nog alle tijd van de wereld en het laatste dat ze nu moet opdoen is één of ander trauma. Bovendien is die beginperiode van zindelijkheid logistiek gezien ook een miserie, want als ze zo klein zijn zijn ze doodsbenauwd om op een gewoon toilet hun behoefte te doen: veel te hoog, veel te groot gat, veel te onstabiel, en dus om op verplaatsing te gaan is het dan niet altijd evident.

Ze geraakt er wel. Met tijd en boterhammen. En ondertussen mag ze blijven oefenen als ze daar zin in heeft.

Lang zal hij leven

Vandaag is Jan 4 jaar geworden en terwijl ik er bij Zelie en Louis niet echt moeite mee heb dat ze groter worden, bij Jan vergeet ik dat af en toe.

Vier jaar betekent bijvoorbeeld dat hij kleren aandoet voor 5 jaar (110) daar waar ik in de winkel nog altijd naar de 104 ga en zelfs 98 (drie jaar dus). En dan sta ik daar met een paar dingen in mijn handen om dan, bijna aan de kassa, plots te beseffen dat dat al veel te klein is voor dat ventje en dat ik dus alles mag terugleggen. Jan is ongelooflijk gegroeid de laatste maanden, niet alleen in grootte maar ook in ontwikkeling en er is niets peuterachtigs meer aan, en toch lijk ik dat moeilijk te beseffen (of wil ik dat misschien gewoon nog niet beseffen).

Deze ochtend was hij wakker toen ik naar boven kwam en op het moment dat ik de kamer van de meisjes opendeed hoorde ik hem al voorzichtig zijn kamerdeur opendoen. Schoorvoetend kwam hij af en zei hij dat hij vandaag jarig was. Hij wist het zeer goed want sinds vrijdag zit hij af te tellen: nog drie keer slapen hé? nog twee keer slapen hé? nog één keer slapen hé?

Dat is weer zo’n voorbeeld van hoe hij gegroeid is: hij is enorm bezig met cijfers en aantallen en dan vooral het besef ervan, hoe dat op verschillende manieren werkt. Hij toont dan op zijn handje hoeveel vingers bijvoorbeeld ‘drie’ is en toont dat in alle mogelijke combinaties (zonder pink en duim, zonder wijsvinger en duim, zonder ringvinger en middenvinger…). Dat aftellen, daar moesten we hem ook absoluut niet bij helpen, hij deed dat helemaal alleen: weten dat hij één nacht geslapen had, dus dat er één nacht minder te slapen was.

Eens hij bij mij was ging het dan even in mineur: ik wou zingen voor hem en toen begon hij plots te huilen. Eens een beetje gekalmeerd vroeg ik hem wat het probleem was en hij wou gewoon niet dat we voor hem zouden zingen. Dus geen liedje deze ochtend ten huize Vuijlsteke.

Gisteren heb ik dus cakejes gebakken voor de kindjes in de klas en met een hoge borst bracht hij de hele doos dan naar school deze ochtend. Apetrots dat hij nu vier was gaf hij dan de doos aan de juf en toen hij hoorde dat hij een kroon zou krijgen zwol hij nog meer, als dat al mogelijk was. Hij zei dat hij hem de hele dag zal aanhouden tot ik hem kom halen.

Vier jaar. Mens de tijd vliegt.

Sprong

Deze ochtend had Anna het lastig. Ze was net ververst en stond in de badkamer door haar knietjes te buigen en met een meewijlekkend gezicht (en ook een beetje traantjes) zei ze constant ‘kaka daan’ (‘kaka gedaan’ dus). Nu wist ik meer dan zeker dat dat niet het geval was, maar toch bleef ze het maar herhalen.

Nu moet gezegd worden dat zij sinds vorige week lastig doet als we haar moeten verversen. Ze heeft ergens een beetje angst ontwikkeld en alhoewel het thuis al bij al nog meevalt, zeker als ik haar geruststel dat ik zalf aan haar poep zal doen, op de peutertuin komen er meer dan eens tranen bij te kijken.

Enfin, ze hield dus niet op, dus vroeg ik of ze op het potje wou, ook al had ik daar niet echt de tijd voor. Ze gaat al regelmatig op het potje zitten, met broek en pamper af en zo, en ze vind dat wreed plezant, maar ze heeft er nog geen idee van voor wat dat eigenlijk dient. Dus is het dan van op het potje, eraf, er terug op, … Wreed leuk spelletje dus. En van die truken, dat is al goed en wel als ge toch niets te doen hebt, maar veel minder als ge op tijd op uw werk moet geraken.

Anna’s traantjes verdwenen direct en met veel vertoon nam ze haar potje. Broek af, pamper af en Anna op het potje … waar ze tien seconden al weer af was zonder resultaat. Maar ze ging onmiddellijk weer zitten … en zette zich tien seconden later weer recht, met hetzelfde resultaat: niets dus. Op dat moment nog geen probleem want aangezien ze zich zo bezighield kon ik mij op mijn gemak klaarmaken. Ik hoopte alleen dat ze ondertussen geen plasje in/op haar broek zou doen. Toen ik, toen ze zich de vierde of vijfde keer rechtzette, naar haar keek omdat ze haar potje in haar handen had – wat ik minder vond – bleek daar een plasje in gedaan te zijn.

Grote ogen dus bij mij en veel proficiats gezegd en Anna glom van al dat geprijs. Toen ik haar pamper weer wou aandoen was het dus een drama en eens beneden begon ze opnieuw ‘kaka daan’.

Van deze keer heb ik haar niet meer op het potje gezet: ze moest nog eten en dan moesten we echt door gaan, maar ik heb broekjes meegegeven naar de peutertuin, just in case. Ze gingen het proberen in de voormiddag en vandaar verder kijken.

Hmm. Wreed benieuwd dus. Het zou ongelooflijk wijs zijn moest ze al zindelijk worden: geen pampers meer, yiha! Maar het kind is nog geen twee, dus zou het ook al wreed vroeg zijn. Maar ge weet nooit hé.

Onvoorziene sprong

Jan kleurt al een hele tijd, zoals de meeste kleuters. Vorig jaar was de tactiek voornamelijk: neem potlood in de hand, ga er wild mee over blad, wissel potlood met ander (van hopelijk ander kleur) en herhaal beweging. Hier ten huize beminnelijk ‘kriebel krabbel’ gedoopt.

Reeds in het begin van dit schooljaar zag je al een serieuze verandering/vooruitgang in zijn (in)kleuren en tegen de Kerstvakantie kleurde hij al relatief binnen de lijntjes van zijn tekening maar nu gebruikte hij voornamelijk één kleur en er was nog steeds heel veel wit tussen het kleuren.

Zijn tekeningen die sindsdien van school naar huis komen en ook deze die hij thuis maakt, toonden de laatste weken wel evolutie: hij begon meer kleuren te gebruiken, maar kwa densheid bleef het toch kriebel krabbel.

Tot hij vandaag mij een tekening kwam geven: heel mooi binnen de lijnen gekleurd. Verschillende kleuren gebruikt in éénzelfde vlak en alles mooi dicht gekleurd, niets meer wit gebleven, zonder dat hij in/over de kleuren ernaast gekleurd had.

Ik was ervan overtuigd dat het geen tekening van Jan was: zo mooi, dat had ik nooit zien aankomen. Dus vroeg ik het hem, of hij ze wel gekleurd had. Jan bevestigde en nog geloofde ik hem niet (jaja, ik weet het, slechte moeder). Dus vroeg ik aan Louis of Jan de tekening zelf had ingekleurd en ook Louis bevestigde dat. Toen moest ik het wel geloven.

Jan heeft dus plots een klik gemaakt met betrekking tot zijn kleuren: heel mooi, net en secuur is het gedaan. Hij heeft daarna nog een paar tekeningen gekleurd en telkens even mooi.

Gisteren had ik ook al opgemerkt dat Jan onlangs een flinke groeischeut gekregen heeft. Blijkbaar is die groeischeut niet alleen fysisch geweest.

Groeien: toeren

Anna krijgt meer en meer toeren. Ze kan heel goed duidelijk maken wat ze wil, maar soms versta ik het toch niet helemaal of verstaat zij niet volledig wat je wil zeggen.

Zoals bij het ontbijt deze morgen. Ze neemt een croissant en wil er iets mee, nl. dat de puntjes aan elkaar vast zouden zitten, maar dat kan natuurlijk niet en dat probeer ik haar uit te leggen. Het resultaat was een kwade huilbui omdat ik de twee eindjes niet aan elkaar vastmaakte.

Ze wil ook steeds wat de anderen hebben. Dus toen Louis een nieuwe ontbijtkoek nam, liet Anna haar croissant direct vallen om ook een andere koek te nemen. Gezien ze nog niet van de croissant gegeten had mocht ze, maar toen ze een chocoladecroissant uitkoos was ik nogal sceptisch: Anna lust immers geen chocoladekoeken en -croissants. Maar ze heeft de koek dan toch gans opgegeten … nadat ze alle chocolade eruit geprutst had.

Ondertussen hebben we toch al een beetje ervaring en ik herinner me dat ze allemaal zo waren op die leeftijd en het ‘ergste’ moet nog komen. Hm. Ik kijk er al naar uit.

Maar normaal is ons jongste een schatje … zolang je haar haar goesting maar heeft. Ze kijkt je dan zo heel mooi aan met haar blauwe kijkertjes en glimlacht dan zo heel lief.

Ondertussen spreekt ze vlot in halfzinnen van twee of drie woorden (Zelie bedje slapen? Deze voetje vuil. Yogoe djinken? Jasje aan? Sjaalje uit. Doet da nie! Stop daaimee! …) Het is nog niet altijd allemaal verstaanbaar en dan wordt ze enorm gefrustreerd en kan ze dus heel boos worden.

In de peutertuin doet ze het heel goed. Ze is zo rap als tel mee, gedraagt zich voorbeeldig en de verzorgsters zijn dol op haar. Terwijl ze thuis begint te wenen als we haar eens berispen of haar iets verbieden, gaat ze daar alleen boos kijken. Ze kent alle kindjes bij naam (wist dat na amper twee weken al) en doet de kinderverzorgsters lustig na met de andere kindjes op hun plaats te zetten (‘Louisje! Niet doen!’, ‘mooi eten’, ‘Jeffe! Opruimen’) en als ik dan toekom en haar eerst nog een beetje bekijk is dat altijd zalig om zien hoe goed ze zich daar voelt.

Soms denk ik dat ik haar teveel verwen, maar uiteindelijk mag ze evenveel als de anderen en zeggen we genoeg wat wel of niet mag. Het zou trouwens niet pakken bij de drie anderen moest zij dingen mogen doen die zij niet mogen.

Op motorisch vlak zijn er dus ook geen klachten. Ze gaat vlot onze steile trap op en af, niet meer op haar poep, maar rechtop terwijl ze zich met haar twee handjes vasthoudt aan de speilen.

Nu ja, vlot. De ene keer lukt het al beter dan de andere. Gisteren heeft ze nog eens een trede gemist en is daardoor met haar mond op de trap gevallen waardoor ze met haar tandje in haar lip zat. Veel bloed natuurlijk en veel wenen, maar ook zeer rap genezen en vergeten. Tegenhouden kunnen (en willen) we haar toch niet en het beste is, als zoiets gebeurd, om haar direct weer die trap te laten doen. Het is dat, of we mogen haar weer beginnen naar boven en beneden dragen telkens ze het in haar hoofd krijgt (en dat is veel: deze voormiddag zeker al zes keer over en weer).

Om naar haar kamer te gaan is er een klein niveauverschil tussen de gang en de kamer. Tot voor kort hield ze zich telkens vast aan de deurlijst om het trapje af te gaan of ze zette zich op haar poep. Gisteren is ze voor het eerst zonder enige steun de trap afgegaan: gewoon doorgewandeld terwijl ze rekening hield met het niveauverschil. Haar evenwicht en zelfvertrouwen nemen dus goed toe.

Ook de fijne motoriek zit zeer goed: ze speelt graag mee met de Playmobiel en heeft er geen probleem mee om de kleine stukjes vast te nemen. Kleine dingen vind ze eigenlijk meestal wreed wijs. Dingen ergens insteken en weer uitnemen: geen probleem.

Haar kousjes doet ze al zelf uit en haar schoenen ook. Die schoenen, die kan ze soms al zelf aandoen ook: in de auto doet zij ze regelmatig uit en af en toe krijgt ze er wel een weer aan ook. Oefening baart kunst dus.

Ze speelt heel graag met poppen en dan vooral de (voor haar) grote BabyBjorn van Zelie. Heel grappig om haar daar mee te zien rondzeulen want voor Anna is dat een relatief groot en onhandig ding.

Maar ze speelt nog liever met haar broers en zus: eraan hangen, erop zitten, knuffelen, kusjes geven en vooral, niet te vergeten, hen zeggen wat ze wel of niet moeten doen. Bevelen geven is heel plezant.

’s Avonds gaat ze tegelijk met Jan slapen. Beneden krijgt papa (en soms Zelie en Louis) kusjes en knuffels. Boven geeft ze Jan dan eerst duizend knuffels en kusjes vooraleer ik haar kan/mag oppakken om haar in haar bed te steken. Nu ja: ‘mag’ is veel gezegd want als ik haar echt zou laten begaan blijft ze gans de nacht kussen en knuffelen. Mij dan een kusje geven zit er niet meer in, want eens ze door heeft dat ik haar in haar bed ga steken wordt ze boos. Maar ook al krijg ik geen kusje en knuffel, van mij krijgt ze er des te meer.

Springen, dat heb ik haar nog niet zien doen. Dansen doet ze des te meer. Vooral speelgoed dat muziek maakt is daarvoor interessant want dan kan ze zelf de deuntjes bepalen.

In het zwembad kent ze geen vrees: ze wil alleen wandelen door het water. Ze stapt toch tot het water aan haar kin komt en als ze al eens kopje onder gaat moet ik haar wel even vasthouden, maar niet te lang: ze gaat onmiddellijk terug alleen het water in. Gaan zwemmen en ook eigenlijk in bad gaan, vind ze zalig. Eruit komen is al een heel pak minder alhoewel dat in het zwembad een heel pak gemakkelijker gaat dan hier thuis.

Haar middagdutje vind zij absoluut niet meer nodig. Het is meestal groot drama als ik haar naar haar bedje breng, maar ze heeft het wel nog absoluut nodig. De weinige keren dat ik het haar laat overslaan, omdat we bijvoorbeeld weg gaan, krijgt ze haar klop rond 17u en dan is ze niet meer te genieten. Dat duurt gelukkig ook nooit lang, maar plezant is anders. Als we er haar ’s middags naar boven brengen dan weent ze meestal, maar eens in bed is het protest zo goed als onmiddellijk over. Dan is het eerder een protest van ‘ik wil wel, maar ik kan niet’ en tegen dat de deur goed en wel dicht is slaapt ze al bijna.

De laatste tijd toont ze aanstalten om op het potje te gaan. Als ik bijvoorbeeld op het toilet zit wil ze soms ook gaan. De pamper gaat dan uit, maar tot nu toe nog geen succes. Wel achteraf, als ze van het potje is en ik haar niet onmiddellijk een pamper aandoe, maar het potje zelf is tot nu toe proper gebleven. Maar daar is nog meer dan tijd genoeg voor: ze is nog maar 21,5 maand.

Nog een kleine twee maanden en dan wordt ze al twee jaar. De tijd vliegt.