Resistance is futile

Het is ondertussen een paar jaar geleden. Wij liepen in Oostende en gingen naar het Marie-Joséplein toen ik ze in de etalage zag. Ze schreewden het uit in de meest opzichtige kleuren en ik had er een instant hekel aan. Loeilelijk vond ik ze.

De kinderen waren erbij en, vooral dankzij de kleuren, werden ze er als een magneet naartoe getrokken. Het was dan nog een kinderwinkel ook en aangezien ze toch een nieuw paar nodig hadden heb ik ze in de plaats een deftig paar kunnen aansmeren. Over mijn dood lijk! dacht ik toen.

Maar vandaag ben ik gezwicht. Het is er uiteindelijk van gekomen en de kinderen hebben hun eerste paar. Nu, niet alle kinderen want Zelie zit er blijkbaar ergens tussen (het gaat per twee maten en de ene waren te nipt juist en de volgende maat te groot), maar Louis, Jan en Anna hebben er nu wel: Crocs!

Nu, de kleuren vallen nog mee. Jan heeft er in een soort bruin/groen, Louis heeft zwarte (de mevrouw had ook knalgele van Sponge Bob mee en ik heb rap gevraagd om die weg te steken, wat ze zeer goed begreep) en Anna heeft er in lichtgroen.

Moeder wordt dus softer met de jaren. Binnenkort gaan ze nog helemaal over mij heen lopen.

De cijfers

Uiteraard krijgen de kinderen op het einde van het jaar ook een rapport mee en het was zowel voor Zelie als voor Louis weer zeer goed.

Eigenlijk een herhaling van het tussenrapport in december, relatief identiek hetzelfde. Allebei hadden ze weer meer dan 90%.

Louis zit blijkbaar in een zeer sterke klas. Op de laatste dag van het schooljaar nog eens gesproken met de juf en ze zei het zelf. Ze was er enigzins verbaasd van hoe goed de klas wel was. Acht kindjes zijn geëindigd in de 90%, de rest van de klas heeft in de 80%.

In Zelie haar klas zit er al meer variatie: van 60% (2) tot 90% (2) en Zelie is opnieuw tweede geworden met één tiende verschil van haar beste vriendin die opnieuw eerste was. Ze waren alletwee zeer content, ook voor elkaar en wij waren ook blij omdat zij blij waren.

Een mooi einde dus van het schooljaar. Hoogtijd voor ontspanning.

Het echte einde en begin

In principe is het schooljaar eigentlijk, feitelijk pas deze namiddag afgelopen. Vandaag was het immers de allerlaatste dag van de buitenschoolse activiteiten: brevettendag op de turnclub.

Deze ochtend mocht Jan zijn brevet halen. Om 9u waren we ter plaatse. Jan ging zonder problemen op het bankje zitten en dat is niet altijd het geval. Hij mocht zelfs een oefening voortonen en trots dat hij was. Daarna was het dus voor echt en hij deed dat zeer goed (uiteraard!), net zoals alle andere kleutertjes.

Zelie mocht in de namiddag haar ding doen. Even een valse start genomen toen we vertrokken want toen we er bijna waren merkte ik op dat ze al haar tuigen vergeten was. Rechtsomkeer naar huis dus met als nadeel dat we wel nog op tijd waren voor de oefeningen, maar te laat om nog (veel) te kunnen oefenen.

Maar de oefeningen gingen goed, had ik toch de indruk. De jury was blijkbaar niet zo overtuigd en Zelie is dus serieus teleurgesteld, wat ik verwacht had. Nochtans heeft ze het goed weggestoken, tot vanavond. Een half uur nadat ze naar bed was gegaan is ze wenend weer buitengekomen omdat ze verdrietig was over dat brevet.

Ze is haar tuigen weer vergeten, deze keer in de turnclub, dus we zullen overmorgen mogen teruggaan om ze te zoeken (en hopelijk heeft niemand ze meegenomen). Met een beetje geluk zien we iemand die gejureerd heeft en kunnen we dan om een woordje uitleg vragen. Zoniet, dan gaan we moeten wachten tot na de vakantie.

Maar het was haar verjaardag vandaag (hoera! 9 jaar!) en dus zijn we na het turnen nog eens tot Oudenaarde gereden om iets te drinken en eten met pepe (mijn papa dus), om tante Sofie en nonkel Andy te zien en de neefjes, om nog een beetje uit te waaien en af te reageren. Het was geen ideale verjaardag, maar één van de komende dagen maken we dat wel goed, driedubbel zelfs. We hebben er nu eindelijk de tijd voor.

Goede moeder

Pluim voor mijzelf. Soms mag dat ook eens.

Morgen zijn er drie kinderen die een lunchpakket nodig hebben: Louis en Zelie omdat ze sportdag hebben, Anna omdat het staking is op de peutertuin. Vanavond heb ik dus al voor een deel van de lunch gezorgd.

Eerst gaan winkelen nadat ik de kinderen afgehaald had. Bakker (Anna heeft bokes nodig voor haar 4-uurtje), beenhouwer (beleg), Spar (groenten en fruit).

Dan naar huis om de kinderen eten te geven en ondertussen aan de lunch voor morgen te beginnen: pasta koken, komkommer in fijne reepjes doen, kerstomaatjes in twee, bloemkool stomen en in kleine roosjes verdelen, erwtjes blancheren. Alles mengen, er een yoghurtsausje opdoen en verse bieslook overstrooien. Afwerken met gesneden ham. Verdelen in drie porties in doosjes die ze morgen zo in hun knapzak kunnen steken en alles bewaren in de frigo.

Gaan nog mee in het lunchpakket, voor de groten: een petit gervais kaasje, twee stukken fruit, een koek, fles water. Voor Louis waarschijnlijk nog een paar boterhammen ook voor op de opvang na de sportdag. Voor Anna, naast de pastasalade, nog een paar boterhammen en een stuk fruit.

Soms ben ik dus wel degelijk een goede (huis)moeder.

Gevallen

Woensdag was ik Zelie en Louis na de schaakles gaan afhalen. ’s Middags had ik al de boekentassen in de auto geladen zodat ik hen dan, samen met Jan, te voet zou afhalen en we zo op het gemak, al wandelend door het centrum, terug naar huis zouden gaan.

Toen we aan het einde van de Langemunt kwamen liepen Zelie, Louis en Jan al voor om nog even op de Dulle Griet te klimmen, één van hun favoriete bezigheden. Louis en Jan waren al aan het klimmen en Zelie was het langst bij mij blijven lopen, dus zag ik haar haar sprintje doen naar het kanon.

Hoe ze het gedaan heeft begrijp ik nog altijd niet, maar toen ze over de ketting, die rond het kanon hangt, sprong bleef ze haken, maakte ze een draai en landde keihard op haar zij. Niet op haar bekken,  niet op haar ribben, maar op het zachte deel ertussen. Haar flank. ‘k Heb het zien gebeuren. Ik stond erop te kijken. ‘k Heb haar zien vallen en mijn hart sloeg een paar slagen over.

Krijsen, uiteraard. Vreselijk veel pijn, maar ondankts dat kon ze nog lopen zodat een breuk al uitgesloten leek, en na een paar meter leek het al zo goed als vergeten.

Donderdagavond, toen ik haar van school afhaalde, klaagde ze dat ze al de hele dag pijnscheuten had gehad: haar zij deed af en toe pijn en af en toe afgrijselijk veel pijn. Zo veel dat ze bijna dubbel sloeg van de pijn en begon te wenen. Het was gene cinema, dat zag je duidelijk. Het was al laat tegen dat Michel thuis kwam, dus een doktersbezoek zat er niet direct meer in. Dan maar besloten dat, als het vrijdag niet beter zou zijn, we vrijdagochtend zouden gaan.

Vrijdag opgestaan en na een tijdje kreeg ze dezelfde klachten, dus eens iedereen klaar was (vrijdag was een vrije dag voor alle kinderen) zijn we op het gemakje naar de dokter getogen. Na onderzoek besloot deze dat een echografie het veiligst was: zo met een ‘gewoon’ onderzoek kon hij niets met zekerheid zeggen. Wat wel zeker was, was dat er nergens een breuk of barst was in haar beenderen, maar dat, áls er iets was, dat het aan haar ingewanden was. Juist de diagnose waar ik bang voor was.

In de namiddag dan naar de radioloog getrokken. We hadden een afspraak en ondanks het feit dat de wachtzaal vol zat hebben ze er ons mooi op uur tussen genomen.

De echografie bracht niets dan goed nieuws: er was niets te zien. Geen interne bloedingen dus. Geen beschadigingen opgemerkt. Oef! Ondertussen ook eens laten kijken naar haar navelbreuk en die blijkt ook volledig toe. Dubbel goed nieuws dus. Een navelbreuk verergert normaal gezien met de jaren en dus zou ze anders één van deze jaren/maanden/dagen geöpereerd moeten geworden zijn, dus dat is ook een zorg minder. Nu maar hopen dat de navelbreuken bij de drie anderen zichzelf ook gaan ‘genezen’. 

‘Kleine kindjes, kleine zorgen’ wordt wel eens gezegd en tot nu toe heb ik toch wel al sjans gehad: misschien soms grote zorgen, maar die zijn tot nu toe al van heel korte duur geweest.

Avondstond

De avond is volledig geworden zoals ik het mij voorgesteld had. Terwijl ik de pasta kookte en het vlees sneed zorgden de kinderen voor het tafeldekken: (kinder)tafel buitenzetten, stoelen erbij, kommetjes op tafel, bestek en bekers. Ik zette dan mijn strandstoel erbij en zo zat ik laag genoeg om aan hun tafeltje bij te zitten.

En daar zaten we dan alle vijf smakelijk te eten. We zagen de helft van de straat passeren en zeiden tegen iedereen goededag en iedereen zei smakelijk terug. ik zag er zelfs een paar jaloers kijken. Er was zelfs genoeg zodat het buurmeisje ook nog meegegeten heeft.

Daarna was het tijd om Jan en Anna in bad en bed te steken. Even was er wat tegenstribbeling van Jan want de andere buur(t)kinderen kwamen net allemaal op straat om te spelen, maar uiteindelijk ging hij toch braaf mee. Terwijl Jan in bad zat kreeg Zelie Anna ook eindelijk naar boven dus tegen dat hij eruit was kon zij erin en zo zaten de twee kleinsten op tijd in bed.

Eens Anna doorhad dat Zelie terug naar beneden was is ze wel drama beginnen maken, maar uiteindelijk is ze gekalmeerd en braaf meegegaan naar boven om een verhaaltje te lezen. Na het verhaaltje begon ze opnieuw tegen te stribbelen, maar uiteindelijk ben ik maar één keer terug moeten gaan en is ze daarna onmiddellijk in slaap gevallen.

Dan nog een half uurtje naar beneden om gezellig in mijn strandzetel te lezen terwijl Louis en Zelie wat verderop speelden. Toen het tijd was voor Louis om te gaan slapen ging hij zonder problemen in bad en naar bed. Eens hij in bed zat opnieuw verder gelezen, buiten, in de zetel en toen Zelie moest gaan slapen was er deze keer ook absoluut geen probleem om naar bad en bed te gaan.

Eens de kinderen binnen waren ben ik ook binnen gebleven: alles was inmiddels opgeruimd en zo alleen op straat gaan zitten is nu ook niet je dat. Maar aangenaam, dat was het wel geweest.

De komende vier dagen ben ik thuis en ik weet nu al, we gaan nog van die avonden tegemoet, te beginnen bij morgenavond: gezellig in de tuin bij de schoonouders.

Ups and downs

Opvoeden zou in een rechte lijn moeten lopen. Het zou alles veel eenvoudiger maken. Eens je ze iets bijgebracht hebt zouden ze dat toch moeten onthouden en, eens ze het toegepast hebben, dat blijven toepassen?

Tussen droom en werkelijkheid zit er een (soms toch groot) verschil.

Want ik ging er eerst niets over zeggen, maar uiteindelijk draait het ouderschap niet alleen om de leuke en plezante kanten van het opvoeden. Over de grappige en positieve anecdotes van de kinderen. Deze post was eigenlijk de aanzet om ook eens iets te schrijven over de minder positieve kanten die je soms tegenkomt.

Eergisteren heb ik namelijk een deftig woordje moeten klappen met onze oudste dochter. De aanleiding was nochtans iets zeer triviaals en stom: Zelie had een koek genomen zonder het te vragen en probeerde die in den duik op te eten en uiteraard, als ze geniepig proberen doen, valt het op en had ik het dus gezien.

Ik maakte er dus een strenge opmerking over en dacht dat het daarmee geregeld was. Uiteindelijk valt er niet te klagen over Zelie, integendeel. Ze is zo goed als een modeldochter: zeer eerlijk, open, flapuit, extravert, levendig, … Maar dit kleine deukje op haar eerlijkheid vond ik toch niet zo mooi staan.

Maar de strenge opmerking was blijkbaar toch niet aangekomen. Na het eten vroegen de jongens of ze nog een koek mochten hebben en Zelie sloot zich bij die vraag aan. Aangezien de jongens nog geen koek gekregen hadden en Zelie het deze keer mooi gevraagd had, mocht het. Iedereen nam een koek (Anna kreeg er uiteraard ook een) en ging aan tafel zitten om hem op te eten, behalve Zelie: zij stond met haar rug naar de tafel en toen ik vroeg of zij ook aan tafel zou komen bleef ze nogal stiekem dralen. Dus vroeg ik haar wat ze aan het doen was. Eerst wou ze niet toegeven en bleef ze haar koek wegsteken. Wel draaide ze zich nog eens rap om om toch stiekem een hap te nemen. Toen ik uiteindelijk ‘eiste’ dat ze aan tafel zou zitten en haar koek normaal zou opeten kwam de aap uit de mouw: Zelie had niet één koek genomen, maar niet minder dan vier koeken: vier sneetjes peperkoek aan elkaar geplakt en die stiekeme beet, die had ze in de vier sneetjes tegelijk gezet zodat ze zeker geen sneetje zou moeten terugleggen.

Veel drama om zo’n klein iets, hoor ik jullie al denken, maar ik vond dat dus niet. Zelie is normaal gezien de eerlijkheid zelve en ik was eigenlijk relatief wreed geschokt door haar doen. Als ze zeggen ‘ik ben niet boos, ik ben teleurgesteld’ dan telde dat zeker in mijn geval: ik was veel te teleurgesteld en voelde mij zo persoonlijk mislukt in dat deel van haar opvoeding dat ik gewoon niet boos kon zijn.

We hebben dus een serieuse babbel gehad. Eigenlijk drie serieuse babbels want ik had niet de indruk dat ze de ernst van haar gedrag inzag die eerste twee keren. Plots, bij de derde babbel, zag ik het dagen in haar ogen, waarom ik er zo zwaar aan tilde. Tegen dat ze naar bed ging was ze gelijk wat gekalmeerd, maar een half uur later stond ze huilend terug op de gang: of ze in ons bed mocht slapen want anders zou ze haar zus wakker maken. Waarom? vroeg ik. Omdat ze huilde omdat ze boos was, niet op mij maar op zichzelf. Ik heb haar dus gerustgesteld dat ik zeker niet boos was en dat ik blij was dat ze besefte dat ze verkeerd was, dus dat ze nu mocht kalmeren en gaan slapen.

Opvoeden met vallen en opstaan. Op naar de volgende hindernis.

De tijd van het jaar

Het is weer zover: de lente komt in het land, de communiefeestjes (en andere feestjes) zijn weer begonnen en dan wordt het tijd voor nieuwe schoenen voor de kinderen.

De winterschoenen zijn niet alleen rot versleten. Zo van die lompe kloefen onder zomerkledij gaan niet. De schoenen van vorig jaar zijn uiteraard te klein (alhoewel ze hun sandalen al weer gedragen hebben, maar dat is open hé vanvoren) en dus besloot ik dat het tijd werd om op schoenenjacht te gaan vandaag.

Ik heb gewacht tot Anna in bed lag: voor haar had ik al schoenen gekocht in januari, toen een kinderschoenenwinkel totale uitverkoop deed en er daar ook zomercollectie in zat. Eén paar schoenen en een paar sandalen en zij kon al de zomer beginnen. De drie anderen dus nog niet.

Eens Anna in bed lag dus de fiets genomen met de drie oudsten. Een paar weken geleden per toeval een winkel ontdekt waar ze einde reeksen verkochten en dus eerst daar naartoe getogen. En geluk gehad: zowel Zelie als Louis vonden er hun gading voor schoenen én sandalen. Voor Jan een mooi paar schoenen gevonden, maar de sandalen ontbraken: in zijn maat was het toch maar zeer nipt (alsof het een maat minder was) en een maat groter was dan direct véél te groot. Maar vijf paar schoenen voor € 220 is mooi meegenomen.

Behalve schoenen moest ik nog een lader kopen voor mijn fotoapparaat. Den anderen heeft namelijk een handig dingetje meegenomen uit Miami, maar gezien de lader een Amerikaans stopcontact nodig heeft, moet ik dus een andere lader kopen (of zo’n stopcontact vinden dat kan converteren). Wijle weer de fiets op naar de Fnac … die gesloten bleek voor 2 mei.

Dan maar terug naar huis, of neen: eerst langs de speelgoedwinkel. Die communiefeesten, dat is namelijk geen foefke om op schoenenjacht te kunnen gaan, dat is een feit. De oudste zoon van mijn nicht A. doet namelijk morgen zijn eerste communie en dus moesten wij nog een kadootje hebben. In de speelgoedwinkel toch maar eerst eens gebeld naar zijn mama, kwestie van toch niets mee te hebben waar hij toch niet zou mee spelen, en nog goed ook: hij had liever iets om te lezen.

Van de speelgoedwinkel naar de boekenwinkel om te gaan zien of ze de boeken hadden die ik wou kopen. Onderweg passeerden we nog een kinderwinkel van einde reeksen waar ze ook schoenen hadden en ben ik rap even gestopt om te zien of ze daar dan wel sandalen hadden voor Jan en joepie! we hadden geluk: één paar in zijn maat die nog mooi waren ook. Verkocht dus. Hop terug de fiets op en verder naar de boekhandel.

Zoals zovele kindjes (Zelie en Louis niet in het minst) leest achterneefje B. graag Geronimo Stilton. Hij heeft al Fantasia I en II en dus wou ik hem Fantasia III kopen (gelukt) en Reis door de tijd (niet gelukt). Niet getreurd, er zijn nog boekhandels en dus zouden we wel ergens anders geluk hebben. Maar toen we buitenkwamen begon het eerst zachtjes te regenen. Valt nog mee, dacht ik zo, en we maakten de fietsen los. Maar ze waren nog niet goed en wel los of de zachte regen veranderde in een plensbui van jewelste en gezien we geen van allen regenjassen aanhadden zijn we maar gaan schuilen, eerst onder een luifel van een (volzette) brasserie en daarna terug in de boekhandel. Het was mij namelijk ingevallen dat achterneefje B. graag voetbalt én dat er een voetbalboekje is van G.S. dus zijn we dat maar gaan halen.

Eens terug buiten de boekhandel was het eindelijk zo goed als opgehouden met regenen en zijn we vertrokken naar de zusterwinkel van de eerste boekhandel om te kijken of zij toch niet Reis door de tijd hadden en we hadden geluk: daar hadden zij wel nog een exemplaar.

En zo waren wij twee uur na ons vertrek weer thuis met alles wat we nodig hadden. We kunnen morgen met een gerust hart naar het feest en schoensgewijs mag de zomer (of zelfs maar de lente) nu wel beginnen.

Onzichtbaar

Zelie en Louis zijn zich de kunst van het zich onzichtbaar maken onder de knie aan het krijgen.

Het is een kunst die handig is voor als ze naar bed moeten gaan. Dan trekken ze hun pijama’s aan en zetten ze zich nog heel even in de zetel. Daar blijven ze dan doodstil zitten (letterlijk én figuurlijk: je hoort ze niet meer én ze bewegen niet meer) en als je dan met iets bezig bent merk je hen niet meer op.

Op die manier rekken ze hun bedtijd. De teleurstelling die op hun gezichten verschijnt als we hen dan ‘ontdekken’ … Ge moogt er niet mee lachen, maar ik moet het toch doen.

Zalige dag

Het beloofde al goed te worden toen ik zaterdagochtend Zelie naar haar turnles bracht en ik gewoon veel te warm had met mijn trui aan. Zo om 9u al in korte mouwen kunnen lopen, dat geeft al een goede indicatie voor de rest van de dag.

Nog een geluk ook, het mooie weer, want het was het jaarlijkse schoolfeest op school, en met dat de school 175 jaar bestaat hadden ze een beetje extra werk gemaakt van de optredens van de kinderen. Er liep dit jaar een rode draad door de optredens van alle kinderen, van de eerste kleuterklas tot en met het zesde leerjaar, en het zat allemaal leuk en goed in elkaar.

Het verhaaltje: ze waren met een vliegtuig in de jungle neergestort en probeerden nu de weg naar de bewoonde wereld terug te vinden. De mensen hoopten dit te kunnen doen door de junglebewoners te volgen. Zo kwamen ze olifanten tegen (Jan), vlinders, nijlpaarden, vogels, apen, junglebewoners (Zelie) en uiteindelijk zigzagmuizen (Louis), tiktakdiertjes (of zoiets), …

Even bang geweest dat Jan forfait zou geven. Vorig jaar weigerde hij ook mee te doen en daar waar hij dit jaar initieel vol enthousiasme naar de klas ging om klaargemaakt worden stond hij een paar minuten later opnieuw boven en was hij aan het wenen. ‘k Ben dan met hem meegegaan, heb hem toch kunnen overtuigen om zijn kleren aan te doen en zich te laten te shminken, zijn handje vastgehouden tot we beneden waren en daar, samen met zijn papa, hem eindelijk kunnen overtuigen om met zijn juf mee te gaan en zijn dansje te doen. En hij deed dat nog zeer goed ook (zegt de mama zeer onbevooroordeeld).

Juffrouw Michelle en Jan en Jannes

Zelie heeft eerst nog gezongen met het kinderkoor vooraleer zij haar stukje van het verhaal mocht dansen. Daar waar wij er vroeger van overtuigd waren dat zij nooit een zangeres zou worden (als kleuter zong ze allesbehalve toonvast) was zij vandaag één van de vijf kindjes die een stukje solo mochten zingen. Je groeit toch wel een paar centimeter als ouder als je dat ziet en nog meer als je ziet hoeveel plezier ze erin had om daar te staan zingen.

Zelie

Louis was ook uitverkoren om een stukje te zingen in de microfoon toen de kindjes van zijn jaar hun dansje mochten doen en dat was al een stuk minder toonvast, maar ik was er niet minder trots op en hij had er alleszins evenveel plezier in.

Louis

En tussen al die grote kindjes liep Anna als een zelfverzekerde dame rond, niet gehinderd door enige vorm van afhankelijkheid of vreemdhied. Ze had het springkasteel gezien en telkens we haar even niet vonden moesten we maar naar daar kijken en we vonden haar direct. Schoenen uitdoen en erop kruipen en springen, meer moest dat niet zijn voor haar.

Anna klimt op het springkasteel

En bij al die leuke dingen prachtig weer, schitterende zon en toen ik het laatste anderhalf uur moest ‘werken’ (aan één van de standjes met een spelletje staan en de punten bijhouden) was dat in een zalige zon. Ik denk zelfs dat ik er een kleurtje aan overgehouden heb, een rood jammer genoeg.

We hebben de dag beëindigd in de ‘grote’ school, het humaniora dus. Met nog een paar ouders naar daar afgezakt om stoverij met frietjes te eten en nog veel te kletsen en de kinderen (niet alleen de mijne dus)maakten ondertussen de speelplaats onveilig.

Meer zo’n dagen zouden er moeten zijn.