Moeilijk

Ik had het al eerder gezegd: sinds de Paasvakantie heeft Jan het lastig om afscheid te nemen.

Even zag het er naar uit dat het weer de goede kant op ging: een tweetal weken geleden heeft hij gedurende een dag of drie braaf (een) kusje(s) gegeven, een dikke knuffel en weg was hij, zonder wenen en direct aan het spelen met de kindjes.

Het heeft niet mogen duren want behalve die paar dagen is het weer elke ochtend groot drama: een kusje, een knuffel, nog één, nog ééntje, de allerlaatste, nog ééntje, … en dat blijft zo maar doorgaan tot ik hem relatief hardhandig van mij moet aftrekken en aan de juffrouw geven.

Gelukkig duurt het allemaal niet lang want tegen dat ik mijn rug goed gekeerd heb is de huilpartij al over, maar leuk is anders.

Het ambetante is, is dat ik de indruk heb dat het aan het escaleren is, want nu begint hij ook ’s avonds lastig te doen. Hetzelfde ritueel als als ik hem afzet aan school, begint hij nu toe te passen als ik hem in bed steek: een kusje en knuffel, nog één en nog één en nog één… het houdt niet op als het van hem afhangt.

Gisteren is uiteindelijk Michel naar boven moeten gaan, want hij wist niet van ophouden. Echt niet leuk, want ik hoor hem zo roepen en verdrietig zijn en het breekt mijn hart, maar aan de andere kant: ik kan toch moeilijk bij hem blijven zitten en zijn handje vasthouden tot hij slaapt.

Ik hoop dat het een fase is en dat het vlug voorbij gaat. Als het effectief te maken heeft met het in de opvang verblijven tijdens de Paasvakantie, dan heb ik tenminste de juiste beslissing genomen wat betreft de grote vakantie, want dan heb ik een maand ouderschapsverlof opgenomen zodat ik bijna de twee maanden thuis zal zijn.

En ik denk dat ik ook een beetje kordater zal zijn vanaf nu, want uiteindelijk werk ik het een beetje in de hand vermoed ik zo: één kusje en knuffel en dan resoluut weg. Eens zien of het dan verbetert.

Sprongen

Jan doet het goed op school. De juffrouwen spreken vol lof over hem en je ziet het ook hoe hij zich ontwikkelt.

Toen hij begin dit jaar begon was hij amper 2,5 jaar: hij is van 18 februari dus hij was twee weken voor de aanvang van het schooljaar 2,5 geworden en, mits hij zindelijk zou zijn (en dat was hij ook), mocht hij dus op 1 september beginnen.

Je zag toen dat hij toch de jongste was en zo een klein manneken in dienen hoop.

Maar ondertussen is hij dat al lang niet meer: hij is één van de haantjes de voorste en doet meer dan goed mee met ‘den hoop’. Hij moet zeker niet onderdoen van de drie-jarigen (allez, de kindjes die drie waren voor het nieuwe jaar), integendeel. Ik hoor dat hij het soms beter doet dan die ‘oudere’ kindjes.

Waaraan je het heel goed ziet dat hij vooruitgang boekt is aan zijn kleuren. In september was het vooral ‘kriebel-krabbel’: veel lijnen op een blad maar geen enkele tekening werd eigenlijk ingekleurd. Sedert een maand of twee begint hij echt te letten op zijn kleuren en op de tekeningen en probeert hij binnen de lijntjes te kleuren. En trots dat hij is als een tekening mooi ingekleurd geraakt.

Pff. Nog een klein kindje dat langzaam maar zeker groot wordt. Gelukkig is hij een grote knuffelaar en emotioneel nog echt mijn kleine jongen (maar zeg hem dat niet hoor want nu hij drie is, is hij al groot 😉 )

Genant

Dinsdag, late namiddag. Het was een warme, lange dag geweest voor de kinderen. Zeer goed te merken bij Jan door zijn bijna fushia roze kaken, een duidelijk teken van vermoeidheid.

Voor het weekend had mama belooft om voor woensdag iets klaar te maken dat de kinderen doodgraag lusten. Om zeker te zijn dat ik het niet zou vergeten hebben ze er mij elke dag (echt niet overdreven) toch een paar keer aan herinnerd.

Dinsdagavond na school moesten dus nog boodschappen gedaan worden om alle ingrediënten in huis te halen. In het naar (schoont)huis te gaan rap binnen gesprongen in de supermarkt: mama en vier kindjes.

De supermarkt in kwestie heeft zo’n zelfscan ding en toen de kinderen het zagen begonnen ze direct te zagen. Gezegd dat ieder om beurt mocht, maar het mocht niet baten: ruzie brak uit. Eenvoudig opgelost dus: mama houdt het ding alleen vast.

Geen probleem voor Zelie en Louis, al waren zij ook wat teleurgesteld, maar voor Jan … man, man, man. De vermoeidheid van de hele dag kwam opeens als een blok op hem neer en hij is begonnen aan een scène dat het geen naam had.

Onmogelijk om ermee te babbelen of hem te kalmeren, dus heb ik de truc van de boekskes toegepast: negeren … en als een zot mijn boodschappen gedaan om zo rap mogelijk buiten te zijn.

In de supermarkt eigenlijk geen probleem: de mensen keken eens en negeerden het dan. Aan de kassa kreeg ik zelfs medelevende blikken en bemoedigende woorden.

Maar eens buiten was het nog niet afgelopen met het krijsen. Jan hield koppig vol.

En toen werd ik benaderd door een jongeman die mij heel vriendelijk aansprak.

“Mevrouw, mag ik iets vragen aub”

“Ja hoor, geen probleem” zei ik in uiterste concentratie om die mens te kunnen verstaan boven het gekrijs van Jan.

“Kent u het programma ‘De Supernanny’?”

“Euh, ja …”

“Wel ziet u, ik ben een medewerker aan dat programma en …”

Hier moest ik de vriendelijke jongeman toch wel onderbreken want ik zag plots welke richting het gesprek uitging.

“Meneer, normaal gezien heb ik zeer brave kinderen, weet u”

“Oh, maar dat zie ik direct hoor mevrouw”

???? Excuseer, maar als hij dat ‘direct zag’, waarom benaderde hij mij dan. Enfin, ik heb me maar even verder verdedigd want zo ben ik nu eenmaal (‘Het is een lange dag geweest en hij is zeer moe en hij heeft nu een toer’) en dan heeft hij vriendelijk dag gezegd en ik ook.

‘Genant’ is het goede woord zeker? Of is het ‘slechte moeder’?

Kleine tragedies

Sinds de Paasvakantie gedaan is heeft Jan het ’s ochtends erg lastig.

Alles gaat goed als hij wakker wordt: hij huppelt recht in zijn bed, staat te springen om eruit te komen, kleedt zich zonder problemen aan en eet zijn ontbijt. Haast zich naar de auto als het tijd is om te vertrekken en is de hele weg naar school vrolijk en opgewekt.

Maar eens ik hem moet achterlaten op school begint de miserie. Het begint bij het binnenkomen waar hij zich nu vasthoudt aan mij en hem achter mij weg steekt. Dan neemt hij mijn hand om samen een fiets te kiezen, maar als hij zijn fiets heeft kruipt hij er niet op, zoals voor de vakantie, om ermee te rijden, maar laat hij hem liggen en blijft hij mij vasthouden.

Als ik hem een knuffel en kus wil geven om weg te gaan begint het drama. Hij klampt zich vast aan mij en begint hartverscheurend te huilen. Hij is met geen stokken van mij af te slaan. Uiteindelijk moet ik hem aan de juffrouw geven en resoluut weggaan. Het krijsen dat ik hoor terwijl ik wegloop breekt mijn hart.

Het ergste eraan is, is dat ik weet dat hij heel graag naar school gaat. Alhoewel, ergste. Gelukkig dat ik dat weet anders zou ik mij nog slechter voelen. Maar de reden ervoor heb ik mij al een tijdje zitten afvragen.

Voor de vakantie kon er immers amper een salut van af toen ik vertrok. Hij stond te popelen om te vertrekken en wou met moeite ’s avonds terug naar huis. Nu wil hij ’s avonds ook met moeite terug naar huis, ’s ochtends daarentegen …

Vandaag heeft zijn juffrouw de waarschijnlijke reden aangegeven. Tijdens de vakantie is hij vier dagen in de opvang geweest. Geen opvang van het school, maar de opvang van de peutertuin (en bijhorende kleuterschool) waar hij vroeger naartoe ging.

Zelie en Louis waren er ook, maar hij moest bij de kleintjes en broer en zus zitten al bij de grote. De eerste dag heeft hij blijkbaar de ganse dag geweend. Pas toen hij in de namiddag eindelijk bij zijn broer en zus mocht is hij opgehouden met wenen. Hij is daar in totaal vier dagen geweest en de laatste drie dagen is hij bij ‘de groten’ gebleven. ’s Ochtends was daar trouwens ook nooit een probleem toen ik hem afzette en de komende drie dagen heeft hij nooit geweend.

Na die vier dagen was ik tien dagen thuis, maar die opvangdagen zouden, zoals zijn juffrouw zegt, best wel eens aan de basis kunnen liggen van zijn ochtendsessies nu.

Hopelijk heeft hij dus vlug weer door dat we terug op het oude schema zitten. Dat ik gewoon ben gaan werken en dat ik terug kom. Elke ochtend herhaal ik dat wel en probeer ik hem gerust te stellen, maar echt lukken doet het (duidelijk) nog niet.

De aanhouder wint, wordt wel eens gezegd. Hopelijk dat ik in dit geval de aanhouder zal zijn.

Slapen

Vanavond stak ik Jan op zijn gewone uur in bed, rond 19u dus. Het was een drukke dag geweest en hij was in de auto in slaap gevallen, dus dacht ik dat hij wel zeer moe zou zijn en onmiddellijk in slaap zou vallen.

Toen ik een uur later met Zelie en Louis naar boven ging lag Jan nog klaarwakker in zijn bedje. Ik trok even mijn wenkbrauwen op, maar soit.

Tot hij begon te zagen. Dat hij niet in zijn bedje wou. Dus niet dat hij niet wou slapen, maar dat hij niet in zijn bedje wou. Geen probleem, zei ik, dan moogt ge in ons bed slapen … en Jan zei ja.

Zie, normaal gezien kan ie zo wel zagen, maar als ge dan voorstelt om in een ander bed te slapen dan verandert hij direct weer van mening. Van deze keer dus niet.

Hem dan maar opgepakt en naar ons bed gedragen alwaar hij zonder problemen in kroop. Hem er goed op gewezen dat hij nu wel heel stil moest zijn, want Anna slaapt in ons kamer, en dat was ook geen probleem: zonder boe of ba kroop hij in bed.

Eens dat ik de deur dicht deed verwachtte ik mij volledig aan geroep van Jan om toch terug in zijn bed te mogen, maar neen hoor: niets meer gehoord.

Ondertussen zijn we bijna anderhalfuur later en ligt hij rustig te slapen … in ons bed. Straks mag ik dus weer heffen om hem in zijn eigen bed te leggen zodat wij ook kunnen gaan slapen.

Kinderen!

Zindelijk-the next episode

Sinds de vorige post hierover heeft Jan nog één keer in zijn pamper geplast. Sindsdien was hij droog gebleven.

Twee dagen geleden ging ik met hem naar boven en ik was zijn pamper vergeten. Omdat hij een beetje moeilijk had gedaan om te gaan slapen wou ik niet direct met hem terug naar beneden en dus heb ik de beslissing genomen om hem zonder pamper te laten slapen.

Eerst nog eens met hem naar het toilet (‘maar ik heb al pipi gedaan’, ‘we gaan toch nog eens proberen hoor schat’, ‘maar ik moet niet meer hoor’, ’toch hoor Jan, je weet nooit’ – op toilet gezet en uiteraard moest hij wel), en dan gezegd dat hij, als hij ’s nachts moest plassen, hij mij maar moest roepen en dus niet in bed plassen.

Hij heeft mij ’s nachts niet wakker gemaakt en ’s morgens was zijn bedje droog. De nacht erna werd dit herhaald en opnieuw succes.

Telkens toen hij opstond vroeg ik of zijn broek nog droog was en apetrots, met een glimlach zo breed als zijn gezicht, zei hij ‘Ja!’.

Het is nu de derde nacht op rij dat Jan zonder pamper gaat slapen. Hopelijk zet hij de trend verder.

Nieuwe tactiek

Jan zijn terrible two’s zouden voorbij moeten zijn. Uiteindelijk is hij onlangs drie geworden.

Maar sinds een paar dagen, een week, is hij een nieuwe toer opgegaan, een niet al te aangename.

Hij begint ongelooflijk koppig te worden. Als hij zijn zinnen op iets heeft gezet heeft moet en zal hij het krijgen. Of, dat denkt hij toch.

Hoe? Hij vraagt het. Eerst vriendelijk, dan nog eens en nog eens en hoe langer ik neen zeg, hoe meer hij begint te zagen. Onophoudelijk. Doordrammen om uiteindelijk te eindigen in hartgrondig gehuil. De tactiek van ‘de aanhouder wint’.

Alleen, als bij ons iets neen is, blijft het zo.

Niet aangenaam, dat kan ik u wel verzekeren. De huilbuien en crisissen van de laatste dagen zijn niet meer bij te houden. Hij weet echt niet van ophouden, alsof, als hij lang genoeg doordoet, hij toch zijn zin kan krijgen.

Eens zien hoe lang deze fase zal duren.

Ze worden groter meneer

Sinds een week of twee doet Jan geen middagdutje meer op woensdag en in het weekend.

Niet dat hij niet meer wou gaan slapen of dat hij niet sliep als hij in zijn bedje kroop. Integendeel. Je legde hem in zijn bedje en hij viel als een blok in slaap.

Maar het probleem was dan ’s avonds. Als hij ’s middags geslapen had was hij ’s avonds niet moe genoeg meer om te gaan slapen. We staken hem, zonder protest van hem, op zijn gewone uur in zijn bedje, maar als Zelie en Louis een klein uur later kwamen slapen was hij nog klaarwakker.

Op zich niet echt een probleem behalve dat hij dat doodleuk vond dat broer en zus er nu ook waren en dat hij dus begon te spelen. Gevolg hiervan was natuurlijk dat Zelie en Louis niet konden slapen en dat, na een tijdje, Zelie of Louis hier beneden stond(en) om te klagen.

Na een aantal van dergelijk ervaringen heb ik dus maar wijslijk besloten om Jan zijn middagdutje te laten overslaan.

Hij slaapt nu weer onmiddellijk in ’s avonds en houdt niemand wakker. Als zou blijken dat hij toch oververmoeid geraakt kunnen we hem deze vakantie af en toe nog eens in bed steken. Afwachten wat het zal geven.

Zindelijk

Het ziet er naar uit dat Jan nu ook zindelijk aan het worden is ’s nachts: al vier nachten op rij heeft hij een droge pamper. Eigenlijk drie nachten want die eerste nacht was ik vergeten hem een pamper aan te doen en hij is ’s ochtends opgestaan met een droge broek … en dus een droog bed.

Ge zoudt zijn gezichtje ’s ochtends moeten zien als hij ontdekt dat hij weer geen pipi gedaan heeft ’s nachts: zooooo trots en blij.

Tot nu toe heb ik het mij nog niet geriskeerd om hem ’s nachts geen pamper aan te doen want ge zult het altijd zien: net die ene nacht dat ik het bewust niet doet zal ik mogen opstaan om zijn bed te verversen.

Ik ga het nog een paar dagen bezien en als het zo doorgaat de pamper toch weglaten. Sowieso zal er af en toe nog een accidentje zijn in het begin (dat hadden Zelie en Louis ook), maar alleen zonder pamper zal hij het echt leren nietwaar.