Eindigen op hoge noot

‘It never rains, but it pours’ wordt er wel eens gezegd als de dingen slecht gaan. Dan moet er toch ook zo’n equivalent zijn voor als het goed gaat.

Dit weekend was blijkbaar zo’n weekend waarin alles vlot en aangenaam verliep. Gisteren een aangename namiddag die geëindigd in een zeer gezapige, aangename kletsavond met het onverwacht uitgenodigde, bezoek.

Vriendin E. had vrijdag al gevraagd of wij iets te doen hadden vandaag en zo niet, om af te spreken. Deze voormiddag belde ze dus om concrete afspraken te maken: of we het zouden zien zitten om naar de zee te gaan? Voorgesteld aan de kinderen en ze waren laaiend enthousiast.

Eerst nog in het Huis van Alijn gepasseerd zodat de kinderen ook eens een appel konden eten 🙂 en tegen dat we terugkwamen stond vriendin E. met haar twee kinderen net voor de deur (timing is everything).

Iedereen (= twee vrouwen, zes kinderen) is in één auto gekropen en op een goed half uurtje stonden we in Oostende waar we vlak het Casino konden parkeren (opnieuw veel geluk). We zijn met de kinderen tot aan de zee gelopen, alwaar ze zich uiteraard nat hebben gemaakt, we hebben op de dijk gelopen waar ook een soort culinaire kraampjesmarkt aan de gang was, we zijn een pannenkoek gaan eten en hebben met gans de bende op een go-kart gezeten (een geluk dat daar geen fotografen rondliepen).

Tegen kwart voor zes waren we terug in Gent en iedereen is dan bij ons thuis aan tafel aangeschoven om spaghetti te eten, klaargemaakt door Michel terwijl wij op schok waren.

Bijna ging de avond eindigen in mineur: Zelie vond nergens haar bril meer. Drie dagen oud en al kwijt. Maar gelukkig dan toch niet en is hij toch nog uitgekomen.

Zo’n leuk weekend zeg. Zeker voor herhaling vatbaar.

Zalige (na)middag

Het einde van het jaar is in zicht en dat laat zich merken op verschillende gebieden en dan vooral dan op gebied van kinderactiviteiten. Volgende week is het het laatste weekend met nog activiteiten voordat ze twee weken stilgelegd worden, maar één activiteit heeft mijn zaterdag al een pak aangenamer gemaakt: de scouts heeft sinds dit weekend geen zaterdagvergadering meer maar wel een vrijdagavondvergadering. Het gevolg: een vrije zaterdagnamiddag.

Dat uit zich dus al ’s middags: in plaats van thuiskomen van de voormiddagactiviteiten, Michel die moest zorgen dat het eten op tafel stond als we thuiskwamen, raprap te eten en dan te vertrekken naar de namiddagactiviteit, kon ik vandaag op het gemak koken. Zelf. Zonder mij op te jagen (allez: toch een beetje want uiteindelijk waren we maar tegen 13u thuis en dan krijgen de kinderen toch wel al een beetje (veel) honger). Fantastisch gewoon.

Eens Anna in bed zat ben ik dan met Zelie (eindelijk) een kerstboom gaan kopen en thuis hebben de drie oudsten dan geholpen om hem te versieren. Het was leuk en wreed gezellig en ik had mij zo geamuseerd en was zo ontspannen dat ik van de weerga mijn fantastisch verjaardagscadeau (twee zeer goede pannenkoekenpannen – dank u mamie) eindelijk heb uitgetest: ik heb pannenkoeken gebakken én van de weerga ‘mensen’ uitgenodigd om mee te komen eten. Er is uiteindelijk maar één (weliswaar wijs) ‘mens’ afgekomen, maar zij had wel wijn mee en dat maakte de afwezigheid van de andere ‘mensen’ meer dan goed.

De gezellige namiddag is nu aan het uitmonden in een meer dan aangename avond. Ik ga er nog een beetje (veel) van genieten.

Toeval

Deze voormiddag met Zelie naar de dokter en toen we daarvandaan kwamen zou ik met haar een spaghetti gaan eten in de Kastart: ze moest de spaghetti Kastart eens proberen want, naar ik mij herinner, is die zeer lekker.

Ik had een ideaal plaatsje gevonden voor de wagen en was op weg om een ticketje te nemen toen ik mij bedacht dat onze kerstavondplannen nog (altijd) niet duidelijk waren.

Gewoonlijk doen we dat met mijn familie (vader, zus en gezin, broer en gezin), afwisselend bij mijn zus in Oudenaarde of bij mijn broer in Nederland (niet bij ons wegens gebrek aan plaats om acht kinderen en zeven volwassenen te slapen te leggen), maar dit jaar was er nog niets bekend. Ik had al vaag gehoord dat mijn schoonzus ging moeten werken op Kerstdag zelf (ze is dokter), maar de details, die wist ik niet: gingen we nu bij mijn zus vieren zonder mijn broer en zijn gezin of gingen we toch naar Nederland of gingen we Kerstavond overslaan deze keer?

Om een beetje duidelijkheid te krijgen belde ik naar mijn papa en u kan zich mijn verbazing voorstellen toen mijn zus zijn GSM opnam: wat gebeurt er? waar is papa? hoe komt het dat gij opneemt? Bleek dat ze in het UZ waren voor een opvolgingsconsultatie voor mij papa, genen paniek dus. Gezien het bijna middag was en zij waarschijnlijk ook gingen eten spraken we direct af: wij zouden naar het UZ komen en dan gingen we allemaal samen iets eten ipv dat wij dus alleen zouden gaan eten.

Zo’n toeval: ik die uitzonderlijk thuis/in Gent ben midden in de week én net bel voor de middag.

Zelie vond het ook fantastisch: mijn zus is haar meter en ze is er ook dol op en ze vind pepe ook heel leuk. We hebben zeer lekker gegeten in ’t Garnierken en alhoewel Zelie zich op het einde toch weer niet meer zo fantastisch voelde, ze heeft er ook duidelijk van genoten.

Anderhalfuur hebben we zo gezellig bij elkaar gezeten (en ook eindelijk kerstavond vastgelegd: we gaan naar Nederland) en daarna moest zuslief in zeven haasten weg wegens patiënten in Oudenaarde. Papa, die er trouwens opnieuw goed en kerngezond uitziet (hij ziet er minstens tien jaar jonger uit dan twee maanden geleden), heb ik dan begeleid naar de Kouter waar hij nog boodschappen wou doen en wij zijn dan maar huiswaarts gekeerd zodat ik nog een beetje kon werken.

Toeval. Zo wijs maat!

Comedy festival

Gisteren. In het Casino in Gent. Wreed goed geamuseerd.

Origineel van plan om er een uitje met ons tweeën van te maken, maar doordat Anna ziek is en Michel zich een beetje (veel) geforceerd had toen hij op haar pastte zaterdag, ben ik dan maar gegaan met de vrouw van de neef van Michel, A. ‘De mannen’ hebben gebabysit terwijl wij gaan lachen zijn.

En ’t was goed, zeer goed zelfs. Begonnen met Youssef El Moussaoui die ik niet zo denderend vond, maar dat kan ook aan de akoestiek gelegen zijn: we stonden op een niet zo ideale plaats waardoor bepaalde grappen wel eens de mist ingingen.

Daarna Xander De Rycke waar we een beetje ons hart voor vasthielden. ‘k Heb hem al gezien waar hij schitterend was en ook waarop het voor mij helemaal niet grappig was (alhoewel anderen er wel om konden lachen), maar hij was ferm in form en het was een zeer goed optreden.

Tijdens de pauze doorgewandeld naar de volgende zaal om een goed plaatsje te zoeken. We gingen ook naar de enige zaal met zitplaatsen en hadden goede zitjes op de derde rij, knal voor de comedian. Ideale plaatsen want je zit net uit het zicht van de comedian zodat je niet ‘het slachtoffer’ wordt, maar je ziet perfect alles.

De voor ons onbekende Michaël Van Peel mocht na de pauze beginnen en ook al was hij een Anterpenaar, hij deed dat wreed goed. Veel moeten lachen, geen dijenkletser maar het ging vooruit en mijn lachspieren werden getraind.

Daarna Henk Ryckaert. Ik weet niet meer hoeveel keer ik hem nu al gezien heb met deze show (of toch een stukje eruit), maar het was nu minimum al de vierde keer en toch blijf ik het nog steeds hilarisch vinden. ’t Was eigenlijk vooral de keuze van A. die hem nog nooit gezien had en zoals steeds was ik zenuwachtig om te zien of zij hem ook zo goed vond. Het verdikt was meer dan positief en ik vermoed dat ze nu wel overtuigd is om naar de hele show te gaan kijken.

Henk werd gevolgd door Ter Bescherming van de Jeugd. Die mannen kende ik ook al en net zoals vorige keer vond ik het zeer goed en heb ik ongelooflijk hard moeten lachen. Een zeer goed tweede luik dus.

Opnieuw pauze en dus tijd om te beslissen naar welke zaal nu te gaan. De zaalkeuze was eigenlijk vooral afhankelijk van wie we als laatste wouden zien: Alex Agnew of Rich Hall. Rich Hall ken ik van op de Britse TV waar hij regelmatig in panels zit (o.a.  bij Never Mind the Buzzcocks en QI) en ik vind hem wreed goed: droog, layed back en zelfs een tikkeltje (veel) gemeen. Alex Agnew ken ik ook van TV maar is iemand die ik al heel lang live wil zien.

Ik heb de keuze dan maar overgelaten aan A. die uiteindelijk koos voor Alex Agnew en op die manier maakten we kennis met de Australische Steve Hughes. We hebben ons onze keuze niet betreurd: Hughes was scherp, cynisch en lichtjes bitter, maar steeds hilarisch. Ook de manier waarop hij Raf Coppens (de MC in de Casinozaal) onderuit haalde was fantastisch.

Daarna Alex Agnew. Hij deed zijn ding en zo te zien deed hij dat voor een volle zaal. Hij had het publiek van het begin tot het einde mee. Ik was een beetje bang voor een overdosis van zijn ‘geluidjes’ maar blijkbaar is dat iets dat goed overkomt op TV want live is dat zeker niet buiten proportie en valt het zelfs niet echt op. Alex Agnew was zeer goed en toen hem teken werd gedaan dat zijn tijd erop zat vroeg hij aan het publiek of wij ermee akkoord gingen. Een massaal neen-geroep was het antwoord en dus deed hij nog een beetje voort.

Blij van het gevolgde programma dus, geen enkel spijt dat ik iets zou gemist hebben (wat ik waarschijnlijk gedaan heb) en op naar het volgend jaar, zou ik zo zeggen.

Avondje(s) uit

Ik moet er proberen vroeg in te kruipen vanavond want het wordt druk de komende dagen. Ik had bijna geschreven, vooral ’s avonds, maar overdag is het niet veel beter.

Morgen is moet ik zoals elke zaterdag taxi spelen voor de kinderen overdag. ’s Avonds organiseert mijn vriendin E. een feestje in Au Bain (omdat zij haar winkel gesloten heeft – het kind moet een naam krijgen hé). Het leuke hieraan is ook dat een andere vriendin, B. ook gaat afkomen, iemand die we alle twee al 31 jaar kennen (we zijn alle drie samen in het eerste leerjaar begonnen) en B., Michel en ik gaan eerst samen iets eten in toch één van mijn favoriete restaurants (zeer lekker én vlakbij).

Zondagnamiddag hebben we een verjaardagsfeestje voor het petekind van Michel. ’s Avonds gaan we naar Comedy Casino Festival (tenminste als het in orde komt met de babysit, maar dat zal wel).

Maandag is een gewone werkdag en ’s avonds had ik keuze tussen de uitreiking van SVHJ of een optreden van Clouseau en het is Clouseau geworden: vriendin E., die morgen het feestje geeft, was zo enthousiast én ze wil rijden, waardoor plots alle praktische bezwaren wegsmolten als sneeuw voor de zon.

Dinsdag opnieuw een gewone werkdag en dan ’s avonds naar Moeders gaan kijken met drie vrouwen en één man.

Ik heb zo’n flauw vermoeden dat ik zal mogen recupereren vanaf woensdag, dus als het hier wat stil wordt, mijn excuses. Nightynight.

Eetfestijn

Ons kinderen zitten op een katholieke school en zoals elke (ik vermoed eigenlijk niet alleen) katholieke school proberen zij op verschillende manieren aan bijkomend geld te geraken om de nodige zaken te kopen.

Dit jaar zou de school graag multimedia materiaal kopen en één van de bronnen hiervoor is het jaarlijkse eetfestijn. Elk jaar is er een ander thema. Zo was er al een paëlla avond, een italiaanse avond, een oosterse avond, … Dit jaar was het een steak en stoverij avond.

Ik moet zeggen dat ik nogal kieskeurig ben in het eten van steaks: ze moeten supermals zijn en blue gebakken. Niet ‘of/of’ maar ‘en/en’. Want eerlijk gezegd ben ik zo geen echte vleeseter. Of beter: ik eet relatief dagelijks mijn stukske vlees, één keer per week mijn stukske vis, maar in verhouding eet ik altijd veel en veel meer groenten.

Bij een steak en stoverij avond moet ge dus niet al te veel groenten verwachten. En steak maken voor een groot aantal mensen, dat vertrouw ik ook niet altijd 100%. Maar het was het ‘duurste’ op het menu (€ 14) en het is voor een goed doel én ik had eigenlijk echt geen zin in stoverij, dus heb ik het er maar op gewaagd.

Al bij al was het zeer goed gelukt: de steak was prachtig blue en hij was zo goed als supermals. Ja, ik kan gerust zeggen dat hij zelfs mals was. Niet voor de volle 100% mijn goesting dus, maar toch wel zeer dichtbij. Maar vooral: hij was zeer lekker van smaak, wat ook niet altijd het geval was. Hij werd geserveerd met een champignonsaus (mijn keuze dus), frieten en een beetje rauwe groenten. De steak was éénmalig, van de rest kon je nog naar hartlust je bord vullen.

Zelie had ook voor de steak gekozen, Louis en Jan wouden alleen frieten en dus bestelde ik voor hen stoverij, en ook voor Anna was er stoverij. Uiteindelijk hebben Jan en Anna alleen frieten gegeten, maar heeft Louis toch het meeste van zijn stoverij opgegeten: hij vond het duidelijk lekkerder dan hij had gedacht. Ik heb Anna haar stoofvlees opgegeten en het moet gezegd: zeer lekker saus en mooie malse stukjes.

We zaten met een aantal ouders, die ik al kende, aan een tafel. Misschien een beetje jammer. Het is immers de ideale gelegenheid om nieuwe mensen te leren kennen. Maar mijn sociale vaardigheden indachtig komt dat uiteindelijk altijd beter uit om bij bekenden te zitten.

Er was een shift om 18u, waartoe wij behoorden wegens allemaal kleine kinderen hebben, en een shift om 20u. Die eerste shift was ongelooflijk druk. Volk, het had geen naam. Blijkbaar een succesvolle shift. Het duurde dan ook even vooraleer we bediend werden (om te eten, niet om te drinken), maar eens we aan de beurt waren verliep alles vlot en vlug.

De shift van 20u was overduidelijk minder druk geboekt. Dat merkten we omdat wij er nog altijd zaten te kletsen en te drinken en we duidelijk zagen dat we de tafel niet moesten ontruimen om plaats te maken voor de volgende mensen. Maar de zaal kwam uiteindelijk wel goed gevuld, al bleven er hier en daar nog plaatsen over.

Het was uiteindelijk 22u15 vooraleer we naar huis gingen. De kinderen liggen er nu dus pas 20min in. Ik kan alleen hopen dat dat zich morgen vertaald in lange slapers, maar ik vrees ervoor.

Dat gebeurt dus als ge in goed gezelschap zit. We hebben denk ik toch wel een uur tegen elkaar zitten zeggen dat we naar huis gingen, maar niemand nam eigenlijk het initiatief om op te staan. Integendeel: we bestelden nog een fles wijn bij 🙂

De volwassenen hebben zich goed geamuseerd. De kinderen duidelijk ook: Zelie was (toevallig) nergens te vinden als we eindelijk dan toch vertrokken en Louis en Jan wouden opeens absoluut helpen zoeken naar hun zus, maar dat heb ik hen toch radicaal verboden, anders had ik er nog een half uur mogen rondlopen zoeken en doen.

Volgend jaar opnieuw. Ik kijk er nu al naar uit.

De tol

Voor vandaag had de klasafgevaardigde van de klas van Zelie een boswandeling georganiseerd zodat de ouders elkaar ook eens zouden leren kennen. De afspraak was in het Kluisbos en er was een zeer goede opkomst: zo’n 15 ouders en 21 kinderen.

Anna was op weg ernaartoe in slaap gevallen en dus had ik haar zo lang mogelijk in de auto gelaten. Toen de groep besloot te vertrekken ging ik dus eerst Anna halen om haar in de buggy te stoppen. Tegen dat ik klaar was met haar over te hevelen (ze bleef gelukkig slapen) en haar in te pakken bleek, toen ik de groep wou vervoegen, dat die al vertrokken was.

Hmm. Daar stond ik dus. Met Jan en een slapende Anna. Louis en Zelie waren duidelijk met de kinderen meegegaan. De vraag was: welke richting uit: links, rechtdoor of rechts. Eerst even rechts gegaan, maar dat leek onwaarschijnlijk. Dan eventjes een eindje rechtdoor, in het bos, maar ik had zo de indruk dat ze niet direct die weg zouden genomen hebben: er was nog een moeder bij met een buggy.

Uiteindelijk links gegaan. Op het gemak, met Jan naast mij, die het eigenlijk allemaal nogal grappig vond en vrolijk langs de kant in de bladeren huppelde. Met de gedachte: als ik ze niet vind, dan nog kunnen we moeilijk in de kou stil blijven staan en dus maken we dan onze eigen wandeling. En toen kwam ik aan een kruispunt en had ik toch een beetje geluk: uit beide tegenovergestelde richtingen kwamen mensen lopen en dus kon ik hen vragen of zij de groep niet gezien hadden.

Bij het eerste koppel aan wie ik het vroeg was het al prijs: ja, zij hadden de groep tegengekomen. Aangemoedigd door dit geluk stak ik een tandje bij: misschien konden we ze toch nog inhalen want wie weet, misschien hadden ze ondertussen al door dat wij er niet bij waren.

We moesten ongeveer de stijlste helling op van gans het bos en net toen ik van plan was om het op te geven hoorde ik achter mij ‘Bent u de mama van Zelie?’ Eén van de papa’s was mij komen zoeken en met de walkie talkie in de hand liet hij de anderen weten dat wij terecht waren. Hij heeft ook de buggy die laatste meters naar boven geduwd zodat ik mij kon concentreren om gewoon boven te geraken. Allez, dat én Jan naar boven meetrekken.

De rest van de wandeling liep zonder problemen. Enfin, als je niet meerekent dat een Maclaren buggy niet gemaakt is om door het bos gesleurd te worden, dat ik al ettelijke dagen (of zijn het weken? Ik ben de tel kwijt) doodmoe loop, dat ik eigenlijk toch wel al drie dagen ziek ben (zeer zware verkoudheid met koorts), dat ik geen conditie heb, dat ik ook Jan moest meetrekken, dat mijn bekken dag per dag meer en meer pijn doet … Tijdens de wandeling is het er dus niet echt van gekomen om met veel andere ouders te babbelen, maar het is af en toe toch wel gelukt.

Na een wandeling van een goed uur hebben we ons te rusten gezet in een etablissement aldaar (op voorhand gereserveerd en aan het volk te zien ook nodig) en heb ik eindelijk op mijn gemak iets kunnen drinken, een pannenkoek gegeten met de andere volwassenen (de kinderen waren eerst bediend en eens de pannenkoeken op zijn ze als een pijl uit een boog weggeschoten om in de speeltuin te gaan spelen) een babbelke of twee, drie, … kunnen slaan met de volwassenen.

’t Was een zeer leuke namiddag, de kinderen hebben rondgelopen en gespeeld tot ze er bij neervielen en ik was ondertussen geradbraakt.

Maar uiteraard was het niet gedaan na het uitje. Als ge zo dicht bij Oudenaarde zit en er eigenlijk moet passeren om naar huis te gaan, laten de kinderen mij natuurlijk niet toe om door te rijden zonder langs tante Sofie en nokel Andy te gaan. Dus daar nog even binnengesprongen en heel blij ook: goed nieuws gehoord maar daarover later eens meer. Maar vooral, weer eens kunnen bijkletsen en dat was hoognodig.

Het resultaat is dus dat ik, eens thuis, de kinderen overgelaten heb aan Michel, mijn piyama aangedaan heb en mij in de zetel laten pletsen heb om er niet meer uit te komen. ‘k Zou niet meer kunnen zelfs moest ik willen. Straks mijn agenda voor de komende weken eens deftig bekijken en eindelijk die afspraken maken bij mijn zus voor mijn bekken want het is soms echt niet meer te houden van de pijn. Op het eerste zicht ziet het er een stuk minder hectisch uit dan de laatste weken, dus het moet nu wel lukken.

Aftermath

Bij de oudervereniging is het de gewoonte om de mensen, die afscheid nemen van de vereniging, te bedanken voor bewezen diensten met een etentje. Dit noemen we ‘de bijzondere algemene vergadering’, kwestie dat het toch officieel moet klinken nietwaar.

Gisteren was de bijzondere algemene vergadering voor dit jaar: twee leden hebben ons verlaten en die hebben wij gisteren in de bloemetjes gezet.

Het was een ongelooflijk fijne avond. Ben met pijn in mijn kaken, van het harde lachen, naar huis gegaan. Iedereen heeft zich zo te zien wreed goed geamuseerd. We hadden zoveel pret en leute, we hebben gegierd van het lachen (de directeur van de basisschool was in form) en het was zo erg dat de groep die in het stuk van het restaurant naast ons zat, achteraf zei dat ze jaloers waren dat ze niet bij ons zaten: bij hen was het zooo saai en bij ons klonk het zo ongelooflijk leuk…

Uiteindelijk zat ik pas om half twee in bed. Niet zo goed voor een gewone weekdag, maar uiteindelijk niets uitzonderlijks als ik weg ben met de oudervereniging. Ik kon nog een vijftal uur slapen en dat is dan wel doenbaar de dag nadien.

Behalve dat dat gisteren buiten Anna gerekend was: om 2u15 is ze half-wakker geworden en heeft ze af en aan liggen huilen. Meestal toen ik ging kijken sliep ze alweer, maar het herbegon steeds weer. Uiteindelijk heb ik haar uit haar bed gehaald en heb ik haar melk gegeven, maar dat hielp ook niet: zelfs na haar fles bleef ze verder af en aan wenen.

Na drie kwartier was ik volledig uitgeput en heb ik haar dan maar bij ons in bed genomen. Normaal gezien, omdat ze dat niet gewoon is, begint ze dan te spelen en ik vreesde er dus voor om weer te moeten opstaan om haar terug in haar eigen bed te steken. Maar neen hoor, ik ben in slaap gevallen en Anna ook en ik heb nog een drie uur kunnen slapen … tot de wekker ging.

Vijf uur slapen ging al weinig geweest zijn, drie uur is iets veel te weinig om goed te zijn: ik ben moe tot in mijn kleine teen. Hopelijk heb ik het karakter vanavond om op tijd in mijn bed te kruipen: het is de enige avond deze week dat ik dat nog kan doen.

Toevallige ontmoetingen

Mijn wederhelft had al een tijdje geleden afgesproken met ‘zijnen maat’ om vandaag samen iets te doen.

Ik vind dat altijd grappig die afspraken. Dienen maat, ik ken die dus al een tijdje (toch zo’n vijftien jaar en een half) en als die twee afspreken loopt er altijd wel iets niet zoals gepland. Meestal spreken ze af om naar de film te gaan en gewoonlijk loopt er dan wel iets mis.

Het plan voor vandaag was opnieuw: samen naar de film. Gisteren bleek evenwel dat het plan veranderd was. Ze zouden naar het concert van Arno gaan vanavond in Vorst. Smerig uiteraard, want ik was niet meegevraagd. Bygones.

Daarnet kreeg ik telefoon. Dat het concert gedaan was en dat hij niet wist wanneer hij zou thuiskomen. ‘Zijnen maat’ had wel gezegd dat hij hem naar huis zou brengen, maar zeggen en doen … en daar kon ik volledig inkomen. Zoals gezegd, ik ken zijnen maat. Of beter: ik weet dat hij het wel zal doen, maar het zou mij ongelooflijk wreed verbazen moesten ze nu rechtstreeks van Vorst onderweg zijn naar hier en als Michel hier dus binnen een klein half uur toestuikt.

Maar heel dees historie eigenlijk om het volgende. Toen Michel belde vroeg hij mij te raden wie, of all people, hij daar bij aanvang tegen het lijf was gelopen. Bleek het mijn broer geweest te zijn, heeltegans uit Holland om naar Arno te komen kijken. En nog meer toeval: toen het concert gedaan was liep hij mijn schoonzus toch ook niet tegen het lijf zekers!

Ja meneer, de wereld is klein. In een volzet Vorst twee mensen tegen het lijf lopen zonder afgesproken te zijn. Het moet maar lukken.

Jammie leuk

Gisteren had ik mij ingeschreven voor een workshop Afrikaans koken in het kader van een 11.11.11 actie. We hadden hiervoor een mail gekregen op het Project en met vier besloten we om ons in te schrijven.

Ik moet toegeven, het was anders dan wat ik er van verwacht had, maar niet ‘anders slecht’, gewoon ‘anders’. Het was ook de eerste keer dat ik aan zo’n workshop deelnam, dus eigenlijk zou het een wreed groot toeval geweest zijn moest dat nu volledig aan mijn verwachtingen voldaan hebben.

Het belangrijkste evenwel was dat het zeer leuk was, ongelooflijk gezellig, leerrijk én, last but certainly not least, lekker. We hebben Senegalese soep gemaakt en een hoofdgerecht met o.a. bataten, tomaatjes, witte kool vergezeld van aubergines, azukiboontjes en kokosrijst en als toetje een omelet met mango.

We waren met 14 vrouwen en twee mannen en we hadden ons zo een beetje opgedeeld in mensen die de soep, het hoofdgerecht, de bijgerechtjes en het dessert deden. i. en ik stonden in voor het dessert.

Van begin tot het einde was het geslaagd en alhoewel ik zo mijn bedenkingen had bij het nagerecht (eieren met mango???) denk ik dat ik daar uiteindelijk nog het meest van gegeten heb. Alles was zeer lekker en er was meer dan genoeg om nog eens bij te nemen, wat ik niet nagelaten heb om te doen. Zoals ik tegen mijn tafelgenoten ook al zei ‘als het op eten aankomt, heb ik weinig gêne en nog veel minder als het lekker is’.

Voor herhaling vatbaar.