Terug van weggeweest

Een klein weekje thuis en nu terug op het werk. 🙁

Ik kan niet zeggen dat ik er echt zin in heb, maar wat doet ge eraan. In principe kan ik thuisblijven zoveel ik wil, het jammere is dat ik de enige ben voor het werk dat ik doe, dus als ik er niet ben stapelt het zich gewoon op. Hoe rapper ik weer in werk-mode kom, hoe beter. Het is niet gemakkelijk, alhoewel het eigenlijk nog meevalt: al goed kunnen doorwerken, een beetje leuke muziek op de achtergrond (het voordeel aan een eigen kantoor) en het is al bijna etenstijd.

Het aftellen is sowieso begonnen: nog 4 dagen werken (na vandaag dus) en ik ben weer twee weken thuis: leve het werk dat ons twee weken vakantie bovenop onze wettelijke dagen geeft. Dank u, oh prachtige werkgever. 🙂

Niet dat thuis zitten vorige week enigzins op vakantie leek: twee zieke mannen is geen sinecure. Maar ge zit in een ander ritme. En alhoewel ik werk had meegenomen naar huis om ’s avonds een beetje in te halen, is het er (behalve de eerste avond) niet van gekomen: te moe van het weinige slapen tijdens de nacht en het zorgen maken overdag.

Het ergste is thuis achter de rug vermoed ik: Jan zit terug in de peutertuin en alhoewel Louis deze week nog thuis blijft, ziet het er naar uit dat hij er bovenop is. Geen zin om hem terug te sturen zonder de bevestiging dat de longontsteking 100% over is en dat weten we pas donderdag: dan heeft hij een controle en moet hij nieuwe foto’s laten maken. Maar zoals hij nu doet heb ik er een goed oog op. Fingers crossed.

progress

Het ziet er naar uit dat het hier in orde komt. Langzaam maar zeker, maar toch.

Jan heeft sinds gisteren geen koorts meer, of toch niets zorgwekkends: 37,4 °C ’s ochtends en 37,6 °C ’s avonds. Hij is vrolijk en actief, dus die is er door. Volgende week kan hij dan weer naar de peutertuin. Goed nieuws ook voor Michel die volgende week thuis is.

Voor Louis is het nog niet voorbij. Hij lijkt zeer goed te reageren op de antibiotica. Gisterenochtend had hij ook geen koorts meer (37,5 °C) en hij was zeer vrolijk en actief. Hij is koortsvrij gebleven tot de namiddag. Rond 16u is hij dan hier thuis in slaap gevallen (papa was thuis) terwijl ik Zelie was gaan halen en toen hij wakker werd stond hij weer roodgloeiend: 38,7 °C. Direct Junifen gegeven (koortswerende siroop, voor de kinderlozen onder u) en de koorts was weg. Hij reageert tenminste goed op de medicijnen, dus dat is ook al veel. Deze ochtend opgestaan met koorts, maar het viel mee (38,1 °C). Zeer neuterig en voor het minste beginnen wenen, maar na een lepeltje siroop was de koorts weg en hij is nu weer zijn vrolijke zelve.

Hij heeft wel een hekel aan zijn antibiotica siroop. Eergisteren heb ik hem bijna moeten vastpinnen om het binnen te krijgen, maar uiteindelijk hebben mijn overredingskrachten hem ervan kunnen overtuigen het vrijwillig door te slikken. Gelukkig. Twee keer per dag worstelen om een kind van 4,5 siroop te laten drinken zag ik niet echt zitten.

Voor de rest amuseren ze zich hier wel. Het leuke is dat de twee jongens meer naar elkaar toegegroeid zijn. Ze hadden alleen elkaar (en de TV) om zich bezig te houden, dus dat helpt wel. Voordien speelde vooral Zelie met Jan, Louis bijna nooit. Nu gaat Louis zich ook bezighouden met Jan, wat wel leuk is.

Cute

Zelie heeft een beetje last van jaloersheid met twee zieke broertjes. Niets opvallends, alleen een beetje nukkig nu en dan.

Vandaag evenwel heb ik haar van school gehaald en ze was een en al vrolijkheid. Zeer leuk. Ze “wist” nl. dat ik haar ging komen halen voor de studie begon want ze had het gewenst 🙂 Dat vond ik nu fantastisch. Het feit dat ze wist dat ik thuis was met haar broertjes zal haar wel gestuurd hebben om dat te wensen, maar toch.

In de auto was het dan het ene “grapje” na het andere. Ken je de “grapjes” van zes jarigen? Genre “ik moet kaka doen. Echt waar. Heel dringend. Grapje: ik moet maar pipi doen” en gieren van het lachen, niet te doen.

Ze bleef grappig de hele avond: zeer uitgelaten en vrolijk. Maar één kink in de kabel toen ik mee grappig deed aan tafel. Zelie zei “ik MOET nu yoghurt hebben in mijn glas”. Ik had er haar al op gewezen dat grappig zijn niet hetzelfde was als onbeleefd zijn en dat ik alles grappig vond zolang ze ook beleefd bleef. Dus zei ik dat, als ze niet beleefd kon zijn, haar broertje (Jan) dus eerst kreeg en voegde daad bij woord. Het lachen was al wat minder, maar toen ze op dezelfde toon herhaalde dat zij het eerst had gevraagd en ik toen Louis bediende barstte ze in tranen uit. Enfin, we hebben gepraat, uitgelegd aan elkaar wat we zeiden en meenden te verstaan (Zelie beweerde nl. dat ze het de tweede keer wel beleefd had gevraagd) en het goed humeur was weer terug.

Toen de zieken in bed zaten hebben we dan nog zo’n kleine 45min samen gezeten en gelezen. Genieten voor alletwee.

Ik weet het, ik ben totaal bevooroordeeld, maar ik denk toch dat we een klein genie in huis hebben. Ze heeft gelezen uit een voorleesboekje van Winnie de Poeh. Op school heeft ze al veel woordjes geleerd, en ook bv. geleerd dat de “e” zowel dof kan zijn (de) als hard (met). Wij hebben haar ook uitgelegd dat ze kan uitgesproken worden als “ee”. Nu las ze dingen als “beneden”, en terwijl ze de lettergrepen “verkeerd” uitsprak, maakte ze dan de klik in haar hoofd om het totaal goed uit te spreken.

Vorige vrijdag had ze een boekje mee uit de de bibliotheek van school. Ze moest 10 minuten lezen als huiswerk maar dat ging niet want het boekje was uit voor de 10 minuten om waren. We zien wel hoe het evolueert, maar ik heb er goede hoop op 🙂

Dag 3

drie dagen later en het is zover: Louis heeft een longontsteking.

Ik vond nochtans dat hij er deftig uitzag deze morgen: niet te letargisch, relatief vrolijk, de koorts een (voor hem) redelijke 38,7 °C. Maar in tegenstelling tot de laatste dagen bloosde hij niet (van de koorts) maar zag hij lijkbleek.

De dokter heeft elke dag spreekuur van 10u tot 12u, dus ik er maar naar toe “voor de zekerheid”, en ja: hij hoorde “iets” aan de rechterkant. Doorverwezen naar de radioloog voor foto’s en patat: longontsteking. Van deze keer zijn we er goed op tijd bij. Geen ziekenhuisopname, of toch: nog niet. Antibiotica voorgeschreven en goed in de gaten houden dat de antibiotica pakt. Het is blijkbaar een infectie die 1. moeilijk te horen is en 2. waarvan het niet duidelijk is of ze nu bacterieel of viraal is. Dus, als het blijkt viraal te zijn zullen de antibiotica niet veel helpen, vermoed ik zo. Dus afwachten maar weer.

Toen ik hoorde dat het een longontsteking was heb ik maar direct naar Jan ook laten kijken want alhoewel hij amper koorts meer heeft en vandaag al uiterst actief en vrolijk is geweest, wil dat blijkbaar nog niets zeggen. Gelukkig, geen complicaties bij Jan, maar ook: in de gaten houden.

Als ik mij niet vergis is mijn wederhelft morgen thuis, hij zal dus kunnen uitkijken naar een “rustige” dag met twee zieke kindjes. Joechei.

update

Louis had deze morgen geen koorts (37,5 °C). Niet verwonderlijk na zijn dosis suppo’s en siroop van vannacht. Afwachten dus wat het zal geven tegen vanmiddag of vanavond.

Jan daarentegen had weer 38,8 °C. Opnieuw een suppo, dus dat betert wel.

Voor de rest zien ze er niet ziek uit: beiden zeer actief en helemaal niet neuterig, dus dat is ook altijd een goed teken.

Saga

en zo gaat de saga der zieke kinderen door.

Louis is gisterenavond met nogal veel koorts gaan slapen. Voor het slapengaan nog een lepeltje siroop gegeven tegen de koorts en één tegen de hoest en hij is zo rap als tel in slaap gevallen.

Ik zei zo rond 21u30 dan tegen Michel dat ik nog één tekst zou afmaken (voor het werk) en er dan in zou kruipen wegens dood en doodmoe. Maar, zei ik er bij, ge zult zien dat op het moment dat ik in mijn bed wil kruipen, er miserie zal zijn van boven (Jan of Louis dus).

En effectief, nog geen 5 minuten later, hard gehuil: Louis. Ik naar boven en die jongen lag echt op te branden. Heb hem naar beneden gedragen en zijn hele lijf stond in vuur en vlam. Nog maar weinig meegemaakt. Resultaat na temperatuuropmeting: 39,5 °C.

Bij Louis is dit relatief “normaal”: hij maakt direct zeer hoge koorts. Ik heb hem nog maar weinig geweten met koorts onder de 39 °C. Waar ik mij wel zorgen overmaakte was die hoest in combinatie met de koorts. Nog een keer siroop gegeven, een half uurtje gewacht maar geen verandering. Louis zag zo rood als een kreeft en zag er relatief opgeblazen uit.

Dan maar de dokter gebeld. Wij bellen altijd naar onze huisarts en als hij niet meer werkt wordt ge dan automatisch doorverbonden met de wachtdienst die dan de dokter van wacht contacteert.

Deze keer was er iets een beetje anders: de mens achter de telefoon bij de wachtdienst vond niet zo direct wie de dokter van wacht was. En na een beetje zoeken vond hij het nog niet ?? Hij vroeg toen maar naar wie van de dokters van ons (ze oefenen een praktijk uit met twee) onze voorkeur uitging. Eerst nog proberen bellen (door die mens dus) mar dat lukte niet. Hij heeft dan maar een berichtje nagelaten. Een 10-tal minuutjes later werden we dan opgebeld door onze eigen huisarts. Ik vond het wel jammer voor die mens maar was eigenlijk toch wel blij iemand te hebben die ons kinderen tenminste goed kent (en hun voorgeschiedenis).

Alles bij elkaar valt het dus nog mee. Louis zijn longen lijken in orde, niets te horen. Voor Louis is de koorts niets abnormaals. Dus te doen: goed in de gaten houden, koorst onder controle houden (siroop en suppo’s) en luisteren of hij niet sneller begint te ademen. We hebben een briefje voor de radioloog moest Louis zijn ademhaling beginnen veranderen. Als er niets verslechtert zijn ook geen foto’s nodig.

Laten we maar hopen dat we vandaag dus “rustig” thuis kunnen blijven 🙂

Dus, een goede nachtrust zat er niet in. Ik kon uiteindelijk maar om 23u30 gaan slapen en heb nog twee maal moeten opstaan om Louis te troosten. Jan heeft gelukkig de ganse nacht braaf doorgeslapen. Uiteindelijk toch zo’n 4 uur aan één stuk kunnen slapen, maar wel terug in slaap gevallen deze morgen toen de wekker was afgelopen. Ik ga dus proberen vandaag (overdag) wat slaap in te halen als de twee jongens dutten. Hoop doet leven.

ziek

Het is weer die tijd van het jaar: verkoudheid tijd. Leuk.

The usual suspects hebben het weer goed zitten: Louis en Jan. Een heel leuke nacht dus gehad gisterennacht.

Nochtans was er niets aan te zien (en heel weinig aan het horen) voor ze in hun bed kropen. Jan was een hele dag vrolijk geweest in de peutertuin en toen ik hem ’s avonds afhaalde was hij nog steeds in opperbeste stemming. Dit betekent: goed aan het spelen en mama die erachter mag lopen om hem te pakken zodat ik hem kan aankleden om door te gaan. Ook bij Louis geen probleem. Ook heel vrolijk en vol leven. Bij Louis had ik al een beetje gehoest gehoord, maar al bij al nog te verwaarlozen.

En toen was het bedtijd.

Jan begon (een beetje) lastig te doen toen ik hem in bed stak, maar dat doet hij wel meer. Louis zaagde wel, wou nog dit en dat, maar gezien dat ook geen uitzondering is stond ik er niet bij stil.

Pas toen Zelie ging slapen (zo’n half uurtje na Louis) begon Louis pas echt te hoesten: droge, diepe, blaffende hoest die mij aan een rokershoest van zo’n 80-jarige doet denken. Heel vies. Maar het hoesten was in zijn slaap en Louis bleef rustig doorslapen, dus, geen probleem. Dacht ik.

Rond 21u kwam Jan dan voor het eerst wakker. Gewone routine gedaan: sussen, tuutje geven, kalm praten en zachtjes weggaan. Moest hij niet stoppen, 1 min. later teruggegaan en herhaald. En zo blijven herhalen tot hij stopt met wenen. Van deze keer maar één keer teruggegaan, dus alles (nog altijd) normaal.

Tot 22u. Toen begon Jan te krijsen-wenen. Een duidelijk ander geluid dan zijn normaal wakker worden. Ik rap naar boven en hij stond recht in zijn bedje te hikken van het wenen. Voor de zekerheid uit bed gehaald. Temperatuur gepakt en ja: 38,4 °C. Suppo opgestoken. Een half uurtje bij mij zodat die suppo kon werken en terug naar bed. Vooral nu Louis ook wakker was geworden en luidkeels weende.

Enen kleinen in bed, de andere eruit. Jan weende eerst nog wel (slimmerik wou “kijken” – naar de TV die opstond toen ik hem bij mij had), maar viel na nog één bezoekje dan toch in slaap. Louis dan mee naar beneden, siroop tegen de hoest. Ook een beetje bij mama in de zetel en toen ik hem vroeg of hij in zijn bed wou slapen of bij mij, verkoos hij toch zijn eigen bed (oef!).

Louis in bed … en daar was Jan dan weer.

Jolijt, jolijt! Jan is voor de rest van de nacht nog zo’n 5 keer wakker geweest en heeft mij zo toegelaten om op een bepaald moment toch 1,5 uur aan één stuk te laten slapen.

Louis heb ik eerlijk gezegd niet meer gehoord. Ik moet toch ook zo’n radartje zitten hebben dat als ik weet dat Michel wakker is, ikzelf niet meer wakker wordt voor Louis of Zelie. Anders, als Michel ook slaapt (of niet thuis is) ben ik wakker van zodra één van de drie een kik geeft. Ik prijs mezelf hierom gelukkig, anders had ik waarschijnlijk geen oog dicht gedaan bv. tussen 00u45 en 2u: blijkbaar een tijd dat Jan sliep maar Louis nogal onrustig was en papa dus de troostende factor was.

Louis leek in orde deze morgen en wou naar school. Jan evenwel thuisgehouden vandaag. Ik heb hem moeten wakker maken deze ochtend (wat wilt ge) en hij had 38,6 °C. Niet ideaal dus om naar de opvang te gaan.

Vanmiddag was de koorts lichtjes gedaald: 38,3 °C. Jan slaapt nu sinds 13u15 en is alweer één keer wakker geweest van het hoesten. Hopelijk gebeurt het niet weer zodat hij een beetje schade kan inhalen van vannacht.

Deze morgen wel al naar de dokter met Jan: zowel hij als Louis zijn heel gevoelig wat hun luchtwegen betreft dus neem ik liever geen risico’s als hoesten met koorts gepaard gaan. Vooral Louis: het is al eens begonnen met griep en geëindigd met hospitaal. Sindsdien is het bij mij “beter voorkomen dan genezen”.

Hopelijk wordt het dus vannacht iets rustiger. Raar maar waar: ik heb mijn slaap nodig.

last

’t Heeft nog zo’n voordelen zo’n weblog: ik kan klagen zonder mij schuldig te voelen gezien ik toch niemand dwing om dit te lezen 🙂

Zwanger zijn op uw 35ste is toch geen aanrader. Fysiek dan toch niet. Ik merk meer dan duidelijk het verschil met de vorige keren.

Bij Zelie kon ik volop genieten. Gewoon zalig. Alle veranderingen in mijn lichaam meemaken, een echte ontdekkingstocht. Zeker als ze voor het eerst bewoog: is dat nu de baby, of iets anders? Was dat nu nog een beweging? Michel, voelt gij iets? … Wreed wijs. Bovendien zo goed als geen enkel ongemak gehad. Alleen in de 2e maand een paar dagen misselijk geweest (nooit moeten overgeven), en dat was ook al niet overdreven: het was voorbij voor ik het doorhad. Fysiek wel een beetje problemen: geen enkele striem gekweekt maar wel een kleine spatader ontwikkeld (die evenwel geen pijn deed en/of doet) en de wervels in mijn rug die beginnen klemmen zijn. Vooral dat laatste is zeer pijnlijk geweest tussen mijn 6e en 8e maand en dan plots, op 8 maanden, niets meer.

Het was dus voornamelijk genieten en vol ongeduld (zeker die laatste maand) uitkijken naar de geboorte. Ook nooit bang geweest voor de bevalling. Het heeft immers geen zin u ongerust te maken voor iets dat ge niet kent en absoluut niet kunt inschatten, dus waarom bang zijn. Nee, gewoon zalige zwangerschap.

Bij Louis meer van hetzelfde. Genieten. Nog beter deze keer want niets van misselijkheid en mijn rug begon pas in de 8e maand pijn te doen. Bovendien was Zelie een heel zelfstandig kindje, niet echt een schootjeszitter, dus moest ik mij niet veel forceren om haar op te pakken en zo. Toch niet tot de 8e maand (weeral) toen Zelie gelijk begon door te krijgen dat er een verandering op til was en ze zeer aanhankelijk werd. Al bij al, geen problemen.

Ook Jan weinig problemen: mijn rug is na al die jaren relatief gestabiliseerd en zeker met de fantastische hulp van mijn zus (een zeeeeer goede kinesiste/osteopate – reclame :)) was de pijn volledig onder controle. Wel meer moe en ik merkte ook al duidelijk het verschil tussen zwanger zijn op uw 28ste en op uw 33ste, maar toch nog veel genieten.

Nu daarentegen, veel minder. Als ik enige indicatie ben, dan heb ik medelijden met alle vrouwen die op deze leeftijd nog moeten beginnen aan kinderen. Ok, ik weet wel, het is zwaarder omdat ik er al 3 heb rondlopen, maar toch. De eerste 3,5 à 4 maanden constant misselijk (wat ik dus nooit heb gehad bij de andere 3) . Constant doodmoe, hoe veel ik ook slaap. En vooral fysiek heb ik nu last. Ik voel me als een vrouwtje van 80, totaal krakkemikkig en versleten. Alles doet zeer: benen, rug, armen, … Lopen is pijnlijk, ik ben direct buiten adem, heb totaal geen kracht (die ik nochtans nodig heb want Jan wil nog niet altijd lopen, zeker niet als hij moe wordt) en bukken moet ik zeker in “etappes” doen: zeer langzaam en stukje voor stukje met de nodige steun van handen op strategische plaatsen (waar mogelijk uiteraard). Probeer u maar eens het beeld voor de geest te halen van hoe ik Jan in zijn (spijlen)bedje leg :). Veel genieten is er dus niet bij, eerder afzien. En ik moet nog 4 maanden gaan. Ik zou zeggen dat ik het niet echt zie zitten, maar daar is het nu een beetje te laat voor. Dus ben ik aan het aftellen en hou ik mezelf voor dat het het waard is. Moet wel zeker?

sociaal

Onze kinderen zijn zeer sociaal.

Zelie zal spontaan iedereen aanklampen op straat als ze denkt dat ze iets weet dat (wildvreemde) mensen toch ook moeten weten. Of gewoon om met iemand te praten. Gisteren ging ze op daguitstap met de scouts en toen ik haar vroeg of ze wel nog wou gaan nu haar vriendinnetje niet meeging, bekeek ze me alsof ik niet goed bij mijn hoofd was. Natuurlijk wou ze gaan. Ze ging met de scouts weg, niet met dat vriendinnetje…

Louis wacht over het algemeen iets langer af (toch zo’n 10 seconden). Ik zie hem zelf spontaan geen wildvreemden benaderen maar als Zelie naar iemand toestapt stapt hij gerust mee en begint ook honderduit te babbelen.

Jan is gewoon nog een beetje te jong om op iemand toe te stappen, laat staan een gesprek te beginnen. Ook een beetje moeilijk als ge eigenlijk nog niet spreekt 🙂 Maar als we ergens gaan, en hij is de situatie een beetje gewoon geworden, is zijn kieskeurigheid (lees “mama’s rokken”) ook verdwenen. Echt meegaan met mensen die hij niet kent doet hij niet geheel zonder protest, maar zwaar, gemeend protesteren doet hij dan ook weer niet.

Zoals gisteren dus op het verjaardagsfeestje van Felix, het petekindje van Michel. Louis kwam toe, zei beleefd goeiedag. Hij kent de mensen aanwezig wel, maar niet echt (ziet ze nl. maar een paar keer per jaar), maar van zodra tante Denise een kleurboekje gaf met kleurtjes waren alle grenzen direct doorbroken en heeft hij met iedereen (die wou) gebabbeld en gespeeld.

Jan was in een slechte bui wakker geworden: het leek er heel goed op dat het een aanleiding was om ziek te worden, dus toen we er toekwamen duurde de “ontdooiing” wel even, maar na een half uurtje kwam hij er eindelijk door en heb ik hem niet meer gezien of gehoord (in de zin van aan mij te hangen) tot we weggingen.

Zelie was dus op daguitstap met de scouts en kwam pas later, maar toen ze er eindelijk was, was het alsof ze de mensen dagelijks zag. Ze voelt zich overal direct thuis.

Wat me doet afvragen of “sociaal zijn” aangeboren is. Ik ben er een beetje van overtuigd van wel. Ik herinner me nl. dat ik als kind énorm sociaal was. Als we op reis gingen maakte ik gegarandeerd vriendjes in gelijk welke taal en ook al verstonden we elkaar niet (ik sprak uitsluitend Nederlands), de vriendschap was er niet minder gemeend om.

Nu ben ik allesbehalve sociaal, wat Michel ook mag beweren. In tegenstelling tot Michel ben ik evenwel niet verlegen, in tegendeel. Ik ben een nogal extravert persoon die zich niet gauw schaamt om het een of ander te proberen. Mensen die mij kennen kunnen zich trouwens in het geheel niet inbeelden dat ik enige sociale handicappen zou hebben. En toch is het zo.

Gepest worden zal daar wel voor iets tussen zitten, vooral als dat zo’n 7 jaar duurt. Sinds het humaniora is dat gedaan, maar het gevolg is wel dat ik nu in het geheel geen vertrouwen meer heb “in de mensen”. Volledig in de zin van “ze doen wel of ze me leuk vinden, maar eigenlijk is dat niet zo. Eigenlijk durven ze me niet zeggen dat ik een zaag ben en ze mij er liever niet bij hebben”. Geheel irrationeel en niet waar. In mijn hoofd weet ik dit ook wel, maar in mijn hart voel ik het zo aan.

Vandaar dat ik mezelf omschrijf als “sociaal gehandicapt”. Het feit is dat ik het besef en er iets aan wil doen. Dus forceer ik mezelf om sociaal te proberen doen: mensen aanspreken, vriendelijk doen, mij engageren in school… Ik ga immers zeer graag weg en ben graag tussen de mensen. Maar het valt mij niet gemakkelijk want ik moet mezelf telkens opnieuw overhalen om een stap te zetten en te overtuigen dat ik welkom ben. Komt daarbij dat ik er niet goed in ben … en dus kom ik over het algemeen nogal lomp over.

“Practice makes perfect” zeggen ze in het Engels, en dat zal wel zo zijn ook zeker? Na 4,5 jaar contact met een moeder op school, begint het erop te lijken dat er zoiets als een vriendschap zou kunnen groeien. Niet dat er enige problemen zijn van haar waren, ik daarentegen. En nu is er ook de mama van één van Zelie’s beste vriendinnetjes waar ik begin mee overeen te komen, dus wie weet, na 10 jaar zal ik misschien nog nieuwe vrienden maken 🙂

We leven in goede hoop.